DE HOOGMOED VAN DE SPIN
– Wim van der Wenden –
Met de ziel heeft de mens haar gaven verkregen, namelijk het geheugen, het verstand en de wil. Dit zijn geestelijke gaven die hem in staat stellen zijn levenstaken te vervullen. De mens schrijft zulke gaven graag aan zichzelf toe. Hij beroemt zich erop alsof ze zijn eigendom zijn. Toch heeft de mens alles gekregen: het leven, de gezondheid, het geloof en de genade en hij zal het heil verkrijgen als hij het maar wil………………
De mens leeft evenwel zo alsof hem alles door een gunstig lot is gegeven of door zuiver toeval of door menselijke welwillendheid. Daarbij vergeet deze mens heel gewoon “dank-u-wel” tegen zijn Schepper te zeggen. Je begrijpt hoe ongelukkig zo'n mens is.
Het is alsof hij zich gedraagt als een spin, die in het spinneweb hangt, dat tussen twee takken is gespannen, en die de draad, die van boven komt, vergeet en deze stuk trekt in de veronderstelling iets goeds gedaan te hebben, maar daardoor in het spinneweb verward raakt, wat tot zijn dood leidt. God verafschuwt de hoogmoedigen en schenkt de nederigen zijn genade.
Jezus heeft tijdens zijn sterfelijk leven herhaaldelijk en duidelijk in open gesprekken en gelijkenissen de hoogmoed veroordeeld. Jezus, die van zichzelf zegt de echte waarheid te zijn, kan het gedrag van hen niet goedkeuren, die menen deugd, verdienste en gave aan zichzelf te kunnen toeschrijven, terwijl dit geen persoonlijke rijkdommen zijn maar geschenken, die men gratis verkregen heeft en die men vermeerdert en die onder nauwkeurige verantwoording teruggegeven moeten worden.
Als je in jezelf iets goeds ontdekt, ontken het dan niet, want dat zou in strijd met de waarheid zijn, maar schrijf de verdienste aan God toe, die de bron van al het goede is.