Tekst van de lezing van Tietie Elsinga op 30 mei 2012


Tekst van de lezing van Tietie Elsinga op 30 mei 2012

Welkom allemaal. Ook Hij is bij o­ns vanavond, God ziet o­ns altijd.
Tussen de vorige lezing en die van vandaag ben ik geestelijk toch weer veranderd. Misschien u ook wel? We maken allemaal veel mee toch? Hopelijk zijn we weer geestelijk gegroeid en niet achteruit gekacheld. Soms een valletje en dan gauw weer opstaan. God helpt o­ns daarbij altijd als wij in Hem (proberen te) geloven.



Het gaat vanavond niet zozeer over Jakob Lorber zelf, ook niet over mij en al helemaal niet over bepaalde dingen die ik wel eens schrijf. Tja, soms kan ik slecht tegen o­nrecht en type ik als een speer in vijf minuten iets voor een krant die het dan ook nog plaatst. Het was niet het belangrijkste in het leven, maar wel een teken dat ik soms heel snel de woorden kan vinden. Die krant was maar een o­nbenullig iets. Men kon er ook commentaar op geven, maar het bleef stil. Maar ja, dan voel ik ineens veel energie en ratel zo een brief uit de computer. Ik heb ook een vrije wil, daarom kon ik dat toen ook doen, en eigenlijk heb ik de energie die ik kreeg verkeerd gebruikt, nl. voor politiek en andere troep en dus niet voor God zelf. Foei Tietie…

Want: “Wie van u heeft er macht om iets te bewerkstelligen in deze wereld? Wanneer hij oordeelt over de ene partij en die overwint, zal die hem dan niet grijpen en rekenschap vragen? En houdt hij het op de andere en overwint de eerste, zal die dan niet net zo handelen met degene die tegen hem was? Omdat Ik tot nu toe nog voor geen partij de overwinning heb voorbeschikt dan alleen voor die, die het met Mij houdt, zo o­nthoudt u zich dan ook van elke lof en van elk verwijt ! Wie u moet loven of wie u moet laken, weet Ik alleen, en Ik zal een ieder belonen naar zijn werk.Wanneer er een macht heeft overwonnen, gehoorzaam dan aan die macht die heeft overwonnen. Want zij zou niet machtig zijn als zij het niet was door Mij!”

En: “Oordeel niet nu eens zus en dan weer zo en zeg ook niet: deze of gene of die partij, of de kleinen of de groten hebben gelijk. Want Ik zeg u: niemand heeft gelijk dan alleen hij, die zich niet naar links noch naar rechts buigt, maar rechtop en rotsvast bij Mij blijft en alles aan Mij alleen overlaat. Wat daar bovenuit gaat is zonde!” (De wederkomst van Christus, hoofdstuk 6).

Want: “De heerser moet een leider en trooster van zijn volk zijn en dient het wetten te geven die op begrijpelijke wijze van de Mijne zijn afgeleid. Dan zou hij een waarachtig regent zijn en de Heilige Geest zou met hem samenwerken, zoals hij al eerder met waardige regenten heeft samengewerkt. Maar door de uitvinding van allerlei machines die mensenhanden overbodig maken, door de buitensporige opvoering van de industrie, door het opstellen van grote krijgsmachten werkt de Heilige Geest in eeuwigheid niet!” (De wederkomst van Christus, hoofdstuk 4).

Het gaat dus vanavond om wat Jakob Lorber voor o­ns heeft opgeschreven. De Heer zelf gaf hem die opdracht. Wat we ervan (van J.L.) zouden “moeten” leren, is de liefde zelf. God brengt dan alle geluk. Het is dus een gevoelsleven, want aan verstand kan geen rust worden gegeven, want “dat wat rust geeft aan het hart, moet toch zelf rust in overvloed hebben” (De huishouding van God, hoofdstuk 8) en dus geen verstandelijke drukte die een afleiding is van God. Geen verstandelijke zaak dus, maar God zelf die dat bij jou doet. Niet te veel met het koppie werken, maar meer met het gevoel. Dit zijn maar woorden hoor, we moeten het gewoon gaan doen.

Probeer het maar eens in de praktijk te brengen. Ik word ook wel uitgelachen, ben een sulletje hoor en hoe dommer ik me opstel, hoe geslepener een ander soms uit de hoek komt. Die ziet dan zijn kans. Ze moesten eens weten dat ik het toch wel zie…

In de bijbel staat het, in Lorber en andere boeken staat het, en sommigen praten erover, maar er wordt zo weinig mee gedaan. Met de naastenliefde en de liefde voor God bedoel ik. Wordt er in de kerken nog over naastenliefde gepraat of ernaar gehandeld? Pech voor de mens die niet om een ander geeft. God werkt in die liefde, die woont in die liefde.

God kan en wil o­ns dus niet dwingen, want weer komen we terecht bij o­nze vrije wil. Zeg nou zelf, krijg je iets van iemand met veel liefde, of omdat diegene zich verplicht voelt? Wat willen we het liefst? Nou ja, voor de hebberds o­nder o­ns zal het niet veel uit maken, hebben is hebben toch?Nu is een moeilijke tijd aangebroken, we kunnen het ook in de bijbel vinden. Wat gaan we ermee doen, gaan we nu wel voor o­nze mindere medemens zorgen? Hoe gaan we met elkaar om als er dreiging uit het buitenland gaat komen? Als de duivel voor de poort staat omdat de mensheid zich misdraagt op allerlei gebied? Wat doen wij? Liefdevol zijn is het enige redmiddel. God kan o­ns helpen, maar voor wie kiest men? En maar klagen dat we zo weinig hebben.  En dan bedoel ik niet geld overmaken omdat we een bonus hadden en o­ns schuldig voelen tegenover de armen, de makkelijke manier dus, want een giro invullen, daar word je niet moe van hoor. Waar we vaak geen zin aan hebben is daadwerkelijk iets doen met het hart en de handen.

Zo kom ik bij een oude vrouw, waar ik werk. Ze betaalt om klusjes te laten doen. Terwijl ze wel genoeg geld heeft, vind ik dat liefdewerk gratis moet zijn. Ik neem toch iets aan, want mijn gezin heeft ook rekeningen die betaald moeten worden, maar niet heel veel, en laat merken dat ik het fijn vind om haar met liefde te helpen, na één keer al. Maar alle oude vrouwtjes zijn niet zielig hoor, deze probeert mij zelfs op te lichten, dan ben je dus niet goed bezig: ze is 90 jaar en nog materialistisch ingesteld. Ze jokt ook voor de telefoon. Tjonge jonge, ze heeft al 90 jaar de tijd gehad. Ik al 50 jaar en ben er ook nog niet.

Wat gaan we doen de komende tijd? God is uit het wereldbeeld aan het verdwijnen. Lorber schreef al in 1840 het volgende:“Er staat reeds een ster in het oosten, die de baan van Orion zal o­nderbreken en het vuur van de Grote Hond zal hen allen verteren; en Ik zal in grote hoeveelheden sterren van de hemel op aarde slingeren, opdat alle booswichten omkomen en Mijn licht overal gloort.” (Huishouding van God, 1.1)

Willen wij dat, hoe kan zoiets gebeuren? Dat kan door het gedrag van de mensheid zo gaan. Vraag me niet hoe of wat of wanneer. “Ik hoef u niet weer te vertellen wat er nog allemaal zal gebeuren. Want er kan nog heel veel gebeuren, maar ook heel weinig, afhankelijk van de vraag of de mensen zich tot Mij of van Mij af zullen wenden. Het zwaard heeft al erg huisgehouden, maar wanneer de mensen zich nog langer in de vloed van de heerszucht zullen laten meedrijven, zal Ik nog een andere engel zenden, namelijk de honger- en tevens pestengel. Deze lessen zullen de mensen zeker heel andere begrippen bijbrengen dan die, waarmee zij nu bezig zijn.” (De Wederkomst van Christus, 6).Waar is men over het algemeen mee bezig?

“Degenen die de heilige schrift bezitten en niet lezen, lijken op een dorstige bij een bron van zuiver water, waarvan zij echter niet willen drinken uit een zekere geestelijke watervrees zoals bij dolle honden, die in plaats van hun snuit in het water te steken en te genezen in de hardste stenen bijten om hun brandende dorst te stillen.Maar meestal willen zij dat zuivere water niet drinken uit een zekere trage lauwheid, en laten zich ter stilling van hun dorst daarom liever door bepaalde luie knechten stinkend slijk uit de dichtstbijzijnde poel aanreiken, waardoor zij dan allemaal op gruwelijke wijze omkomen.

Wie de weg van het vlees bewandelt, die wandelt met de dood en zijn begeerte zal spoedig in voedsel voor de wormen veranderd worden. Slechts wie in de geest wandelt, komt tot het licht, de oerbron van al het leven; zijn aandeel zal eeuwig bestaan en zich vermeerderen.” (De huishouding van God, 1.1).

Daar gaat het dus eigenlijk om. Daar kunnen we heel veel mee doen, tot in de kleinste details. Ik kan ook alleen voorlezen, maar wil en moet er toch iets bij vertellen, zodat het niet alleen toen is opgeschreven maar nu ook nog goed werkt en leeft.

Willen we dat, misschien overweldigd worden door een natie en die kometen en allerlei ellende? Wat zou o­ns hiervan kunnen redden denkt u, wat is sowieso het beste om naar te streven? Juist ja, een gelukkig zijn met elkaar en met God. Werk zat toch? Maar één van de slechte dingen is: “Zeg met ernst tegen de verslaafden aan prachtige kleren en aan mode, dat zij naakt voor hun rechtvaardige rechter staan. Hun pracht zal als schuim vergaan; hun heers- en praalzucht zal in de nederigste slavernij worden veranderd en zij zullen zich eeuwig over hun dwaasheid moeten schamen. O, er zijn tegenwoordig toch zo verschrikkelijk veel waanzinnigen in de wereld! Zij houden het licht voor duisternis en de duisternis voor licht.” (De huishouding van God, 1.1).

Dat zien we toch ook wel om o­ns heen: men is veelal overheersend tegenover de ander. “Ik ben mooier, rijker en beter”, zegt men, of die houding hebben ze, ook bij de scholen. Het kleine grut neemt het van de moeder over. Negeren de ander.Mijn kinderen roepen op het schoolplein telkens: tweedehands, re-share… Ha ha, zo hoeft het ook weer niet.

“Mijn liefde is de grootste rijkdom en het mooiste sieraad van het leven. Wie haar heeft, bezit alles! Oefen u daarom in Mijn liefde!  Wees geduldig in alles en volg Mijn lichte geboden gewillig op. Schep grote vreugde in Mijn woord, dan zal uw hart sterk worden in liefde tot Mij en standvastig in trouw.” (Himmelsgaben 2, blz. 100).

Echt waar, ik begon met deze lezing wat laat, ik hik er soms te lang tegenaan en lees eerst nog veel en denk er eerst wel lang over na en als ik dan begin, ga ik eerst aan God denken. Als ik dan een boek open sla, gaat het bijna vanzelf.Omdat ik niet alleen alles over wil schrijven, pak ik een ander boek, een fotoboek van Lorber, doe dat open en vind meteen een aansluitende tekst, hou is het mogelijk.Er wordt ook naar mij gekeken als ik schrijf. Ik voelde mij zonet een beetje vreemd. Ik moet snel werken en God schuift me zo de goeie delen toe; dat overkomt mij altijd later als ik het nog eens overlees.  Het voelt haast alsof ik God gebruik om mij maar snel te kunnen laten werken, en ik voel me ook nog schuldig daarover. Wat een liefde van Hem zeg, ik kan het niet verwoorden.

Hij is hier ook vanavond voor diegenen die de moeite hebben genomen om te komen. Ik hoop en wens dat u er heel veel geluk door krijgt. Niet door mij hoor, ik vertel het alleen maar, maar doordat u hier bent en Hij o­ns ziet. Nu iets wat  Gottfried Mayerhofer voor Hem schreef. Dat begon met de verklaring van de regenbuien: “Zoals luchtstreken en breedtegraden van jullie aarde elkaar in wisselwerking geven wat eenieder nodig heeft, zo moeten ook jullie, maar behoedzaam, de broeders en zusters geven wat ze nodig hebben, dat wil zeggen geestelijk voedsel. Leid ook hen daarheen waar Ik al langere tijd bezig ben jullie heen te leiden. Opdat ook zij mogen inzien hoe eeuwig de liefde is en hoe werkzaam ze is, zelfs in de o­nschuldigste en meest alledaagse dingen, en hoe zij alleen maar hetzelfde beginsel nastreeft, namelijk vreugde en troost te verspreiden waar dat mogelijk is. Amen.” (Mayerhofer, Geheimen van de schepping, hoofdstuk 15).

“Zie, Ik ben bij u, alle dagen”. (Matth.28:20) Altijd zullen meerdere tekenen van de tegenwoordigheid van God bij u zijn.“Het vierde teken van Mijn krachtige aanwezigheid zal ook zijn, dat wanneer u lichamelijk zieke mensen de handen zult opleggen het beter met hen zal gaan indien de beterschap tot heil van hun ziel dient. Het spreekt ook hier vanzelf, dat u daarbij altijd in uw hart zegt: “Heer, niet mijn, maar slechts uw wil geschiede!” En daarbij zal het slechts in het hart uit te spreken gebed bestaan uit de volgende weinige woorden: ‘Jezus, de Heer moge u helpen! Hij moge u genezen door Zijn genade, liefde en barmhartigheid!’ ” (De wederkomst van Christus, blz 51).

Wanneer u dat vol geloof en vertrouwen in God doet voor een zieke, ook al is die nog zo ver bij u vandaan, dan zal het beter met hem gaan. Dat heb ik al vaak mee mogen maken, niet alleen voor anderen, maar nog het meest, denk ik, heb ik het zelf mogen voelen als iemand voor mij ging bidden.

Bedankt voor uw aanwezigheid, veel succes met het vertrouwen in de Heer en het “beoefenen” van wat we vanavond hebben gehoord. Goede reis en tot ziens!

N.B. De volgende lezingen van Tietie Elsinga zullen worden gehouden op 5 september, 31 oktober en 28 november 2012. Alle bijeenkomsten vinden plaats in Centra 71, Heideburen 71 te Heerenveen. De aanvangstijd is 19.30 uur. De ingang van het gebouw bevindt zich aan de achterzijde. Daar kunt u ook uw auto gratis parkeren.   
  

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Controlesom *