[2] Overgangen van het onvolmaakte naar het volmaakte zijn heel goed mogelijk, omdat God daardoor -op menselijke wijze gesproken -Zijn grote gedachten en ideeën vrije zelfstandigheid wil verschaffen; die overgangen zijn echter geen vernietigingen, maar slechts schijnbare vernietigingen op het meest uiterlijke, natuurlijke gebied. Slechts de materiële vormen, waarin de geestelijke levenskracht een tijdlang in zekere zin afgezonderd en gescheiden van het algemene, goddelijke, geestelijke wezen sluimerend en verborgen is, kunnen vernietigd worden, maar hun innerlijke wezen nooit.
[3] Deze uiterlijke vormen moeten daarom wat hun uiterlijke verschijningsvorm betreft vernietigd kunnen worden, omdat anders een geestelijke vervolmaking, d. w.z. het tot een vrij, zelfstandig individu worden van een wezen, volkomen onmogelijk zou zijn. Want voor jullie mensen, die nu ook nog in een laatste materiële vorm zitten, is het zichtbare en waarneembare geschapene immers ook niets anders dan de door Mijn wil tijdelijk vastgehouden gedachten en ideeën die Ik, als het nodig is, kan veranderen zoals en wanneer Ik dat overeenkomstig Mijn liefde en wijsheid wil?
[4] Ik doe dat echter niet uit een soort gril, om Mijzelf daardoor op menselijke wijze een zeker heerszuchtig genoegen te verschaffen, maar Ik doe dat overeenkomstig Mijn eeuwig wijze en liefdevolle orde uit de eeuwige noodzaak om Mijn gedachten en ideeën een volledig vrije, individuele en werkelijk ware zelfstandigheid te verschaffen. Als dat langs een andere weg mogelijk zou zijn -die er echter niet is en ook niet kan zijn, wat jullie nu evenwel nog niet helemaal kunnen inzien en begrijpen -dan zou Ik daar zeker de voorkeur aan hebben gegeven boven deze weg, die jullie als te langdurend en in zekere zin moeizaam beschouwen; maar de weg die jullie kennen is en blijft de enig mogelijke en derhalve ook de enige ware en beste, omdat alleen daarlangs Mijn doelen volkomen bereikt kunnen worden.
[5] Als nu de mensen op deze aarde zich deze orde van Mij niet willen laten welgevallen en aan de hand van hun verstand en vrije wil een andere en naar zij menen betere en wijzere orde voor zichzelf willen scheppen -wat zowel aan deze als aan gene zijde heel vaak het geval is -moeten ze het aan zichzelf toeschrijven, wanneer ze daardoor in plaats van in een betere, in een steeds maar slechtere toestand van leven en bestaan terechtkomen en tenslotte zozeer verdwaald en uitgeput raken, dat zij -helaas -op geen enkele andere manier geholpen kunnen worden dan door het voelen van alle denkbare kwellende toestanden, die ze zichzelf bezorgd hebben; en dergelijke gevoelens duren dan net zo lang, tot een ziel in zichzelf begint te keren en steeds meer inziet dat zij, door zich tegen Mijn orde te verzetten, noodzakelijkerwijs haar toestand nooit zal verbeteren, maar alleen verslechteren.
[6] Kijk, Mijn vriend Pellagius, zo'n uit vrije wil volgehouden weerstreven van Mijn orde is de eigenlijke hel met al haar duisternis, kwaad, slechtheid en onbeschrijfelijke kwellingen!'
«« 111 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.