[2] Van de mededelingen over alles wat Ik tijdens Mijn lichamelijke leven op deze aarde in het hele Joodse rijk heb gedaan en geleerd, is reeds na verloop van vijfhonderd jaar na Mijn aardse leven -met name wat de verklaringen van de dingen en verschijnselen in de natuurlijke wereld betreft -het meeste voor een deel in vergetelheid geraakt, grotendeels echter opnieuw zodanig met de oude onzin vermengd, dat niemand daarin meer de zuivere waarheid heeft kunnen ontdekken.
[3] Er zijn wel veel tamelijk gelijkluidende, meestal door Grieken en Romeinen vervaardigde handschriften bewaard, deels in de tien steden in het lange en brede Jordaandal (waaronder zeker ook de ongeveer zestig steden begrepen moeten worden, die in Mijn tijd, maar ook daarvoor al en na Mij nog tot na de tijd van de verwoesting van Jeruzalem en de omgeving daarvan allemaal grotendeels door Grieken en Romeinen bewoond werden), deels in Essea (waarvan echter al twaalfhonderd jaar geleden geen spoor meer te vinden was, omdat die orde te sterk vervolgd werd door de heidense Romeinse christenen) , maar voor het merendeel in de grote bibliotheek in Alexandrië
[4] Kijk echter eens naar al die vernietigende oorlogen en grote volksverhuizingen, waardoor half Azië, het noorden van Afrika en bijna heel Europa bezocht zijn, en wel omdat al heel gauw na Mij -zoals de profeet Daniël en kort na Mij Mijn leerling Johannes op het eiland Patmos in zijn door Mij aan hem gegeven openbaring heeft getoond -de mensen, en met name de leiders van de gemeenten, Mijn leer begonnen te verdraaien en met de oude onzin te vermengen, omdat die hun als de zuiverste waarheid uit de hemelen te weinig winst opleverde.
[5] Toen was het wat Mij betreft: goed dan, omdat jullie het oude, wereldse vuil liever hebben dan Mijn zuivere goud uit de hemelen en jullie daarbij steeds meer op honden lijken die terugkeren naar hun braaksel, en ook op zwijnen die in allerijl weer naar de poel terugrennen waar ze zich al vaak vreselijk bevuild hebben, zal het goud der hemelen jullie voor lange tijd ontnomen worden; in alle rampspoed, duisternis en nood zullen jullie naar Mij smachten, en de dood zal voor jullie weer een grote schrik op aarde worden!
[6] En zo werd het dan ook, tot in deze tijd. Bijna alle steden en plaatsen, waarin geschriften over Mijn vele werken en leren ruimschoots voorhanden waren, zijn vernietigd en verwoest; alleen de kleine evangeliën van Johannes en Mattheus zijn, om tot zedenleer te dienen voor de mensen van goede wil, tot nu toe nog min of meer taalkundig juist als echte documenten over Mijn werken en leren bewaard gebleven, evenals de geschriften van Lucas en Marcus, voorzover hij datgene wat hij van Paulus heeft gehoord heel in het kort voor zichzelf heeft opgeschreven, en tevens verschillende brieven van de apostelen, waarvan er echter ook vele verloren zijn gegaan, en de openbaring van Johannes, maar welook met enkele taalkundige onjuistheden, wat echter voor degene die door Mij geleid wordt, geen afbreuk doet aan de hoofdzaak.
[7] Van de andere leringen over de dingen en verschijnselen en de hoedanigheid daarvan, is tot in deze tijd hier en daar heel verborgen nog slechts weinig bewaard gebleven; en waar er iets uit de tijd van de Romeinen en Grieken werd gevonden, kwam het in de kloosters terecht, maar aan de in het duister smachtende mensheid werd er nooit, zelfs geen jota, van meegedeeld.
[8] Zons en maansverduisteringen, kometen en andere heel natuurlijke verschijnselen hebben, wanneer ze overeenkomstig de waarheid uitgelegd werden, de priesters niets opgeleverd; men heeft ze maar al te gauw weer tot voorboden en verkondigers gemaakt van straffen die ik de mensen had opgelegd, opdat de daardoor bang gemaakte mensen in grote scharen bedevaarten zouden maken naar de tempels, die al gauw als paddestoelen uit de grond schoten, en daar vele rijke offers aan de voeten van de priesters zouden neerleggen.
[9] In de catacomben van Rome en in de paapse burchten van Spanje en Italië en hier en daar ook van het Duitse rijk bevinden zich nóg veel belangrijke handschriften uit Mijn tijd; maar de ook nu nog grootste hebzucht, heerszucht en zucht naar pracht en praal van de hoer van Babel laat daarvan niets onder de mensen komen, en wel uit vrees en grote bezorgdheid dat ze zichzelf nu geweldig zou verraden en aan iedereen strenge rekenschap zou moeten afleggen over de reden waarom zij de mensen zoveel eeuwen de waarheid heeft onthouden. Aangezien die smadelijke reden voor ieder denkend mens zonder meer duidelijk is, is het werkelijk niet nodig die hier nog nader toe te lichten.
[10] Hoe kort is het nog maar geleden, dat men het volk de vier evangeliën en de 'handelingen der apostelen' van Lucas, de brieven van de apostelen en de openbaring van Johannes ten strengste heeft onthouden en in verschillende landen doet men dat nog steeds?
[11] Wat heeft men zich verzet tegen het licht van Mijn heldere bliksem der wetenschap, die overal van het oosten naar het westen, alles wat er op aarde is opnieuw helder begon te verlichten, en wel reeds driehonderd jaar geleden! En het licht ervan schijnt nu steeds helderder, en wel zodanig dat in deze tijd zelfs de meest geheime en verborgen vertrekken van de vroeger zo grote en machtige hoer van Babel als bij klaarlichte dag open liggen!
[12] Men kan met recht vragen: ja, hoe lang zal deze hoer van Babel haar gang nog kunnen gaan?
[13] Dan zeg Ik: wat een kleingeestige vraag! Kijk naar het licht van Mijn bliksem, dat van dag tot dag steeds lichter en machtiger wordt! Hoe kan de oude duistere, heidense Babylonische wonderonzin, waarvan het bedrog tot in alle hoeken en gaten aan het licht is gebracht, zich nog staande houden naast de duizenden, nu geheel mathematisch bewezen waarheden, die voor alle mensen vrij te gebruiken zijn en open staan, uit alle vakgebieden van de wetenschappen en techniek?
[14] Ze kan zich handhaven, zolang er nog enkele oude en vanuit vroeger tijden nog dom gehouden, bijgelovige vrouwen en enkele huichelachtige zogenaamde kwezelbroeders leven, die zich door de priesters zand in de ogen laten strooien, en zolang die heersers nog enige middelen bezitten om de troon van de hoer van Babel te beschermen. Maar dat kan en zal nog maar een heel korte tijd duren, omdat er wel voor gezorgd wordt dat dergelijke heersers hun middelen worden afgenomen, zoals die al velen zijn afgenomen, en die nu zonder land en volk moeten aanzien hoe hun oude werkzaamheden, inspanningen en duistere werken in rook opgaan!
[15] Zeg eens: kan de nacht haar heerschappij op aarde uitoefenen, als de zon reeds hoog boven de horizon staat? En zo is het nu ook al op aarde! Het licht is te machtig geworden, en de machthebbers, die voorheen alle duisternis zozeer aanhingen -ter wille van hun tronen en hun onbeschrijfelijk goede leventje - beginnen in de onoverwinnelijke macht van dit licht hun grote machteloosheid in te zien. Als ze willen voortbestaan, moeten ze nu een vriendelijke houding gaan aannemen tegen het door hen eertijds zo gehate licht; en als ze ongemerkt weer op de oude duisternis willen aansturen, dan merkt het volk dat, het weigert hun dan gehoorzaamheid en brengt hen weldra in grote verlegenheid en -zoals nu al vele voorbeelden laten zien verdrijft het hen ook van hun heerserstronen.
[16] Mijn wil is niet te weerstaan! Ik laat de mensen weliswaar voortdurend hun vrije wil waar het de bijzonderheden betreft; maar in het algemeen ben Ik de Heer en houd Ik geen rekening met de machtigen van deze aarde! De tijd van het licht is er nu en kan door geen aardse menselijke macht meer tegengehouden worden.
«« 25 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.