Jezus wordt door Maria gezalfd (Joh. 12:1-8)

Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)

«« 62 / 77 »»
[1] Toen. wij daar nu allemaal nog zwijgend zaten na het betoog van Judas, waarbij ieder met zijn eigen gedachten bezig was, ging de deur open en Maria, de zuster van Lazarus, kwam binnen. Met haar ogen op Mij gericht kwam ze naar Mij toe, zonder zich om de aanwezigen te bekommeren. Ze zonk neer aan Mijn voeten en bedekte die met kussen. Daarna nam ze een fles kostbare nardusolie, brak die open en zalfde met de olie Mijn voeten, die ze toen met haar lange haren weer droogde. Daarbij huilde ze luid en vroeg Mij met ontroerende stem deze zalving toch toe te laten.
[2] Het is weinig bekend dat alleen zeer voorname personen zich een dergelijke luxe konden veroorloven; want evenals het veelvuldige wassen van de voeten in die tijd een absolute noodzaak was, omdat het dragen van schoenen door de meesten die niet zo bemiddeld waren afgewezen werd, was ook het herhaaldelijk zalven van de voeten noodzakelijk om de huid soepel te houden.
[3] Nu had nardusolie speciale opwekkende eigenschappen, rook heel lieflijk en werkte buitengewoon verfrissend, maar was vanwege zijn geliefde en bijzondere eigenschappen heel duur, zodat een dergelijke voetwassing tot de zeer uitzonderlijke luxe behoorde die alleen heel rijke mensen zich konden veroorloven.
[4] Het huis werd helemaal vervuld van de geur van de olie, wat een teken was van de uitzonderlijke kwaliteit ervan, zodat Judas, die steeds erg op het geld lette, niet kon nalaten op te merken: 'Had men de zalf niet beter kunnen verkopen en met de opbrengst vele armen te eten kunnen geven?! Waarom heeft de Heer zulke olie nodig; Hij bezit immers de kracht om Zich ook zonder die olie ieder moment te kunnen verfrissen?!'
[5] Dat zei hij echter alleen maar uit gierigheid, omdat Lazarus' rijkdom hem een doorn in het oog was en hij vaak de gelegenheid te baat nam om erop te wijzen dat de rijken zwolgen, terwijl rechtschapen Israƫlieten nood moesten lijden.
[6] Maar Ik antwoordde daarop, wijzend op Maria, die daar nog knielde: 'Wat zij heeft gedaan, heeft ze uit liefde gedaan, en Mij is ieder offer aangenaam als het uit een liefdevol hart komt. Met deze daad heeft zij niet zozeer Mijn lichaam als wel Mijn ziel gesterkt; want waar zoveel liefde wordt geschonken, zal Ik op Mijn beurt door die liefde nog meer liefde aan de mensheid geven. Zij heeft zich daardoor het recht verworven om Mij voor de dag van Mijn begrafenis de nodige kracht te geven die Mijn ziel nog nodig heeft om het zwaarste te overwinnen. En daarom zal haar daad van liefde nooit worden vergeten, en waar jullie Mijn evangelie verkondigen, moeten jullie ook haar niet vergeten! Laat haar daarom met rust!'
[7] Ik hielp de nog hevig huilende Maria op te staan, zegende haar en zei: 'Maria,je zonden zijn je door Mijn Vader vergeven! Maar wat jij voor Mij, de Zoon, hebt gedaan, daarvan zal Ik getuigen tegenover Mijn Vader, en in Zijn huis zal het je duizendvoudig en meer dan duizendvoudig vergolden worden.
[8] Kom nu bij ons zitten, versterk je lichaam en blijf in ons midden; want wie Mij kracht schonk door haar liefde, zal niet van Mijn zijde wijken!'
[9] Deze daad, die lijkt op die van Maria Magdalena, heeft aanleiding gegeven tot verwisseling. Maar het was Maria, de zuster van Lazarus, die Mij als haar Heer en Meester in zuiverste liefde was toegedaan, niet met enigerlei aardse liefde. daarom is haar daad ook van heel andere betekenis dan die van Maria van Magdala.
[10] Nu wendde Ik Mij tot de leerlingen en vervolgde: 'Wie waarachtig rijk is in zijn hart, kan ook van zijn rijkdom geven zonder zelfarm te worden -ja, hoe meer hij geeft, des te rijker zal hij nog worden; maar van wie arm is in zichzelf, zal het weinige nog afgenomen worden, omdat hij het door zichzelf moet verliezen. Lichamelijk en geestelijk armen hebben jullie nu altijd om je heen, en geef hun ook steeds van jullie overvloed! Maar Mij hebben jullie niet altijd, en daarom zullen jullie Mij weldra wat Mijn lichaam betreft ook niets meer kunnen schenken'
[11] Dat zei Ik om Mijn leerlingen steeds weer op Mijn heengaan voor te bereiden, omdat hun ziel niet besefte dat dit zo spoedig zou zijn.
«« 62 / 77 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.