[2] Tullia antwoordde: 'Wat zou U mij niet allemaal aandoen, gesteld dat ik dat zou weigeren?'
[3] Enigszins opgewonden nu, maar toch nog met een warm hart, zei Cyrenius:
[4] 'Dan zou ik daarvan een offer maken. .., voor Hem, Dien jij op je arm hebt, en daarna zou ik in zeer bedroefde stemming hier vandaan gaan! ,
[5] Tullia vroeg nu verder: 'Hoe zoudt U het vinden als ik aan Hem, Dien ik op mijn arm heb, zou willen vragen wat mij in dezen te doen staat?
[6] En, stel dat Hij mij dat dan zou afraden, stel dat Hij mij te verstaan zou geven trouw te blijven aan het huis, dat mij zo bijzonder vriendelijk heeft opgenomen?'
[7] Van deze vraag stond Cyrenius toch wel even versteld, maar daarna zei hij -zij het ietwat verlegen:
[8] 'In dat geval, mijn heerlijke Tullia, ja, dan zou ik natuurlijk zonder tegenspraak direct afstand moeten doen van mijn verlangens!
[9] Want tegen de Wil van Hem, aan Wien alle elementen moeten gehoorzamen, kan een sterfelijk mens in der eeuwigheid toch niets beginnen!
[10] Maar, vraag het dan alsjeblieft nu direct aan het Kindje, zodat ik zo vlug mogelijk weet waar ik aan toe ben!
[11] Maar nu richtte het Kindje zich dadelijk op en zei: 'Ik ben geen Heerser over wat van deze wereld is! Wat Mij betreft zijn jullie dus vrij in alles wat zuiver wereldlijk!
[12] Maar, hebt ge voor elkaar eenmaal ware liefde opgevat, dan mag je daaraan ook weer niet zomaar ontrouw zijn!
[13] Want de enige huwelijkswet, die voor Mij geldt, is die, dewelke met vurige letters in jullie hart geschreven staat!
[14] Als jullie elkaar volgens die wet al op het eerste gezicht hebt gevonden en verbonden, dan mag je niet meer van elkaar scheiden, als je tegenover Mij niet zondigen wilt!
[15] Een werelds huwelijkscontract geldt voor Mij niet, voor Mij geldt alleen een huwelijk uit liefde!
[16] Wie zón huwelijksband breekt, die is in Mijn ogen pas een echtbreker!
[17] Cyrenius, nu jij je zinnen volledig op deze jonge dochter hebt gezet, mag je je van haar niet meer afkeren!
[18] En jij, Mijn dochter, toen jij Cyrenius voor de eerste maal zag, stond je hart al direct in vuur en vlam; voor Mij ben je daarom al zijn vrouw, en behoef je het niet eens meer te worden!
[19] Voor Mij zijn overwegingen van werelds voor en tegen niet van belang, voor Mij geldt slechts wat jullie hart je ingeeft!
[20] Volgens die norm alleen moeten jullie elkaar dus eeuwig trouw blijven, anders worden jullie tegenover Mij werkelijk echtbrekers!
[21] Vervloekt zij hij, die op wereldse gronden de echte liefde zou ontraden, want die echte liefde is uit Mij!
[22] Immers wat zou nu eigenlijk van meer waarde zijn: die echte liefde, die uit Mij is, dan wel wereldse gronden, die in feite des duivels zijn?!
[23] Behoedt u voor liefde op grond van wereldse gronden, -die zij vervloekt!'
[24] Deze woorden van het Kindje vervulden alle aanwezigen zozeer met ontzetting en ontzag, dat niemand het nog waagde over de echt ook nog maar iets te zeggen!
«« 102 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.