De gevaarlijke tempel. De wolk van zwarte vliegen. De tempel stort in. Het gezelschap in de open lucht onder de vijgeboom

Jakob Lorber - De jeugd van Jezus

«« 125 / 302 »»
[1] Toen heel de top van de berg op die manier van alle ongedierte ge­reinigd was, zei Cyrenius tot zijn bedienden:
[2] 'Gaat die tempel binnen, veegt er de vloer en dekt de altaar­tafel met schoon linnen; daarna moeten jullie alle meegenomen mondvoorraad erop leggen.
[3] We zullen dan in deze een fraai uitzicht biedende tempel een kleine verversing tot ons nemen.
[4] Direct gingen nu die diena­ren doen wat hun was opgedra­gen.
[5] Toen alles gereed was, no­digde Cyrenius Jozef en Maria uit hem te volgen in de uitzichttempel en aldaar een versterking te ne­men.
[6] Maar nu zei Jozef: 'Broeder , ik bezweer je: Iaat alles weer vlie­gensvlug uit die tempel halen, als je tenminste niet wilt dat hij voor­dien in puin valt!
[7] Je moet namelijk weten, dat dit gebouw al erg oud en verweerd is. Bovendien heeft het vroeger gediend voor afschuwelijke schanddaden van de priesters !
[8] Het wordt nog slechts over­eind gehouden door een aantal boze geesten!
[9] Als ik er nu met mijn vrouw en het Kind je in zou binnengaan, dan zouden die boze geesten eruit vluchten en dan zou heel die tem­pel in puin, stof en rook boven onze hoofden instorten!
[10] Ik smeek je, volg dus mijn raad op!'
[11] Cyrenius keek hier wel wat raar van op, maar toch gaf hij on­middellijk gevolg aan Jozefs raad.
[12] Met dat karwei waren zijn bedienden nu nog maar nauwe­lijks klaar­ en ze deden het nog bijzonder vlug ook­ of men zag een enorme zwerm zwarte vliegen uit de tempel wegvliegen, die een akelig stotend gezoem lieten horen.
[13] Toen Jozef dit zag, riep hij de bedienden onmiddellijk toe: 'Verlaat onmiddellijk de tempel, anders komen jullie er niet goed af!'
[14] Als door een stormwind ge­dreven schoten de bedienden op dit roepen van Jozef de tempel uit.
[15] Ze waren nauwelijks enke­le passen van de tempel verwij­derd, of hij stortte met donderend geraas ineen!
[16] Over deze gebeurtenis was iedereen zo van streek, dat men zich de handen voor de ogen sloeg! Zelfs de leeuwen deinsden even achteruit, maar ze kwamen naderhand weer terug.
[17] Iedereen vroeg aan ieder­een waarin hem dit nu wel had kunnen zitten, maar van alle hei­denen kon alleen Cyrenius een verklaring geven!
[18] Nadat het gezelschap zich enigszins van de schrik had her­steld, vroeg Cyrenius aan Jozef of hij niet een plekje wist, waar hij veilig kon laten dekken voor de meegenomen verversingen.
[19] Jozef wees hem een groen open plekje aan onder een vijge­boom, die vol bloesems en vruch­ten zat.
[20] Cyrenius stuurde zijn men­sen erheen om die plek schoon te maken en er vervolgens netjes te dekken en daarop dan alle mee­gebrachte verversingen neer te leggen.
«« 125 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.