Een half jaar durende onderbreking van de periode der wonderen. Jezus als vrolijk Knaapje. Bezoek van Jacob aan de goede visser Jonatha. St. Christoffel, ofwel: een wereldzware Last, het Kindje te dragen. Terugtocht met Jonatha

Jakob Lorber - De jeugd van Jezus

«« 165 / 302 »»
[1] Weer ging er een half jaar in volledige rust voorbij, waarin niets wonderbaarlijks gebeurde.
[2] Daartoe door Zijn Innerlij­ke Kracht in staat gesteld, ver­meed het Kindje zorgvuldig alles, wat aanleiding had kunnen vor­men tot een of andere wonder­daad.
[3] Het was opgewekt en als de andere kinderen daar tijd voor hadden, speelde Het met hen.
[4] Het liefste ging Het om met Jacob en, als ze alleen waren, bab­belde Het met hem, en wel heel verstandig!
[5] Maar met de andere kinde­ren babbelde Het zo, als alle kin­deren van twee jaar dat doen. ..
[6] In die streek leefde ook een geëmigreerde jood, die in de vlak­bij gelegen zee placht te vissen, en die daarvan zijn beroep had ge­maakt.
[7] Deze jood was bijzonder fors gebouwd en zo sterk als een reus.
[8] Op een vrijdagmorgen ging Jacob met toestemming van Jozef, deze jood bezoeken, samen met het Kindje. Hemelsbreed woonde hij een goed uur lopen van het huis van Jozef.
[9] Deze wandeling maakte Ja­cob, omdat deze jood hem daar­toe al vaker had uitgenodigd, en omdat het Kindje hem heimelijk had ingegeven dat te doen.
[10] Toen Jacob nu, vergezeld van het Kindje bij het huis van de visser aankwam, was deze daar bijzonder blij over. Dadelijk zette hij hem dan ook een heerlijk be­reide vis voor .
[11] Jacob at met smaak, en liet ook zijn Broertje kleine fijne stukjes proeven.
[12] Het Kindje at ook met ken­nelijke eetlust de kleine stukjes op, die Jacob in Zijn mondje stak.
[13] Dit verheugde de visser zo­zeer, dat hem tranen in de ogen kwamen.
[14] Maar Jacob wilde al weer gauw naar huis.
[15] De visser vroeg hem echter nadrukkelijk de hele dag te blij­ven.
[16] 'Dan zal ik je vanavond, sa­men met je broertje wel naar huis dragen!
[17] Want als je langs de oever van deze zeearm, die heel ondiep is, zou moeten omlopen zou je wel anderhalf uur nodig hebben.
[18] Maar ik ben bijna twee va­demen lang; het water komt mij op de diepste plaatsen maar net tot mijn middel.
[19] Als ik jou en je broertje dus op mijn arm neem, kan ik de zee­arm doorwaden, en dan kan ik jul­lie, met bovendien een flinke por­tie lekkere vis, in een kwartiertje thuisbrengen!'
[20] Maar nu zei het Kindje: 'Dat kunt u nu wel willen, Jo­natha, maar, wat gebeurt er als ik en mijn broer u eens te zwaar zou­den worden?'
[21] Nu moest Jonatha lachen en zei: 'Maar lieverdje, als je hon­derd keer zo zwaar was als je in werkelijkheid bent, dan zou ik jullie nog gemakkelijk kunnen dragen!'
[22] Maar het Kindje bracht daar tegen in: 'Dan moeten we eerst maar eens een proef nemen: probeer Mij maar eens alléén heen en terug over de zeearm te dragen, die hier nog geen honderd meter breed is, ...dan zal wel blijken, hoe het er met uw kracht voor ons tweetjes uitziet!'
[23] Hier ging Jonatha dadelijk op in, en, met toestemming van Jacob, nam hij het Kindje op zijn arm en doorwaadde met Hem de zeearm .
[24] Heen ging het nog wel ta­melijk goed, alhoewel Jonatha zich al hogelijk verbaasde over het gewicht van het Kindje.
[25] Maar teruggaande werd het Kindje zo zwaar, dat Jonatha ge­noodzaakt was een stevige balk te pakken; daarop steunend wist hij het Kind je slechts met de grootste inspanning ternauwernood op de andere oever te brengen!
[26] Toen hij die bereikte zette hij het Kindje onmiddellijk op de oever waar Jacob stond te wach­ten, en zei: 'In Godsnaam, wat heeft dat te betekenen? Zwaarder dan dit Kind kan heel de wereld niet zijn!'
[27] Lachend zei het Kindje nu: 'Dat klopt! Je hebt nu dan ook veel méér gedragen, dan wat heel de wereld te betekenen heeft!'
[28] Jonatha, nog niet eens op zijn verhaal, vroeg: 'Hoe moet ik dat opvatten?'
[29] Waarop Jacob antwoord­de: 'Beste Jonatha, als u nu de vis neemt en ons dan over het droge naar huis begeleidt en dan de nacht bij ons doorbrengt, dan zal u morgen daarover wel een licht opgaan.
[30] Nu pakte Jonatha drie bakken van zijn allerbeste vis, en nog diezelfde morgen begeleidde hij het tweetal naar Jozefs huis, die hem met veel vreugde verwel­komde; in hun jeugd waren ze na­melijk nog schoolvrienden ge­weest.
«« 165 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.