[2] 'Nu moet Jij eens even naar mij luisteren. En wat ik nu ga zeggen, dat zeg ik niet zozeer om Jou, als wel om de hier verder aanwezigen!
[3] Ik weet immers best, dat Jij mijn geheimste gedachten doorziet, zodat ik wat dat betreft niets heb in te brengen; maar, die verder aanwezigen moeten óók weten wat ik nu tegen Je ga zeggen.
[4] Inderdaad is het waar, dat wij, zo op het oog, vaak lauw tegenover Jou deden.
[5] Maar die lauwheid was niet meer dan een masker voor onze innerlijke hoogachting en liefde voor Jou, opdat Je in de wrede wereld, niet op zou vallen.
[6] Wie kent er de wereld nu beter dan Jij?! Dan moet Jij dus ook het beste kunnen inzien dat ons uiterlijk gedrag tegenover Jou tot dusverre wel zo moést zijn, om ons met Jou veilig te weten!
[7] Daarom vraag ik Je: vergeef ons die talrijke momenten van schijnbare ongeïnteresseerdheid nu maar, en weet daarbij, dat onze harten toch steeds als we Jou zagen gloeiden als het morgenrood!
[8] Maar in de toekomst zullen wij ons óók openlijk tegenover Jou zo gedragen, als onze innerlijke aandrang ons ingeeft.'
[9] Na zo te zijn aangesproken, zei het Kindje: ' Jozef, u hebt naar waarheid gesproken, maar er bestaat desondanks een groot verschil tussen masker en schranderheid.
[10] Een masker verkilt het gemoed, terwijl schranderheid het verwarmt.
[11] Waarom dan een masker opgezet, waar je met schranderheid kunt volstaan? Waartoe met vermomming werken, waar de natuurlijke wijsheid duizend veiligheidsmiddelen biedt?
[12] Ben Ik dan niet de Héér, aan Wie heel de oneindigheid op een wenk gehoorzaamt, -daar zij niet meer is dan een vastgehouden gedachte van Mij, en een uitgesproken woord uit mijn mond?!
[13] En als Ik dus de Enige Waarachtige Heer ben, hoe zou dan de verhulling van jouw ge moed voor de beveiliging van Mijn bestaan in de wereld werkzamer kunnen zijn, dan Mijn eigen macht, waarvan de hele wereld vervuld is? !
[14] Een ademtocht uit Mijn mond: en heel de zichtbare schepping is niet meer!
[15] Denk je dan echt dat Ik jouw gemoedsmasker nodig heb om Mezelf en jou te vrijwaren voor vervolging door de wereld?
[16] O neen, die heb Ik allerminst nodig! Want het is beslist niet uit vrees dat Ik Mijzelf voor de wereld verborgen houd.
[17] Het is alleen vanwege het oordeel, opdat namelijk de wereld, die zoveel kwaad doet niet veroordeeld worde, omdat zij Mij herkende!
[18] Omwille van het heil van de wereld moeten jullie dus voortaan wel schrander optreden,
[19] maar spaar Me voor maskers, want zelfs in hun beste hoedanigheid zijn dat nog creaties van de hel!
[20] En u, Maria, keer terug naar uw eerste liefde, anders zult u het nog eens hevig moeten betreuren, dat u Mij nu -terwille van de wereld -met een masker op koel bejegent!'
[21] Deze uitspraak brak Maria 's hart. Met héél de liefde, die in haar was, nam zij het Kindje op haar armen en drukte Het aan haar hart, terwijl zij Het met, alle warmte van haar moederliefde liefkoosde.
«« 203 / 302 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.