De opdracht van de Heer aan Abel

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)

«« 16 / 187 »»
[1] En zie, toen richtten zij zich op en gingen op weg naar de grote boom die tussen morgen en middag stond gezien vanaf de plaats tussen avond en middernacht waar Kaïn zich bevond, en kwamen bij hun verwanten terug, die nog allemaal, liggend op de grond, treurden en weenden.
[2] En toen ze bij hen gekomen waren, zei Abel tegen Kaïn: "Zie, hier is een grote hoeveelheid vruchten; dat zijn de ware vruchten van berouwen verdriet; buig je naar ze toe en verzadig je en les je dorst!"
[3] En toen Kaïn nu gewillig deed wat zijn broer hem door Mij had aangeraden, begon hij met luide klaagstem te jammeren en uit zijn ogen stortten stromen van tranen van groot berouw.
[4] En zie, dat berouwen die treurnis behaagde de eeuwige Liefde zeer; en Zij sprak door de mond van de engel tot de vrome Abel, die eveneens in tranen van medelijden wegsmolt, waaraan de Liefde een groot welgevallen had, en zei:
[5] "Abel, van zegen vervulde zoon van de Liefde, ga naar Adam en naar Eva, de ouders van je lichaam, en richt ze op en toon hen de boom des levens, die Ik tot voeding van het lichaam voor jullie allen intussen gezegend heb en die ook dient tot sterking van je huidige liefde!
[6] En zeg tegen Adam, dat hij vol nieuwe kracht zijn kinderen op moet richten en hen het brood van de boom des levens moet geven ter sterking van hun lichaam en hun liefde; en zeg tegen Eva dat zij naar Kaïn moet gaan en dat zij hem overeind moet helpen en hem naar Adam brengen; Adam moet hem de linkerhand reiken, terwijl hij hem met de rechter vastpakt, en moet dan zijn rechterhand op het hoofd van Kaïn leggen. Hij moet hem dan driemaal beademen en hem zevenmaal van de grond oplichten; en zo zal Kaïn naar de mate van zijn trouw in staat gesteld worden om van lieverlede Mijn zegen op te nemen.
[7] En jij, Abel, neem het zwaard in je rechterhand en volg Me heel ver van hier in de richting van de morgen op een hoge berg in een grote woestijn! Daar zul je een opening vinden; steek het gevest van het zwaard daar zodanig in, dat de punt naar de hemel wijst en dat van zijn beide vlammende snijkanten, de ene naar de middag en de andere naar de middernacht is toegewend.
[8] Kniel daarna neer, dank God totdat de vlam van het zwaard zal uitdoven; het zwaard zal in een doornstruik veranderen en die zal bessen hebben, rode en witte; en pluk dan drie witte en zeven rode bessen van de struik en keer daarna weer naar je familie terug! En als je na veertig dagen weer thuisgekomen zult zijn, richt dan voor Mij een offeraltaar op, net zoals je dat in het paradijs ongedwongen en vrijwillig gedaan hebt; leg daar dan schoven en vruchten op en steek het aan met het vuur van de liefde, dat Ik je van boven door middel van een krachtige bliksemschicht zal sturen.
[9] Neem dan wat leem van de aarde, doorkneed die goed en maak daaruit een pot die van boven wijd en van onderen nauw is, net zo als het hart dat in je is. Vul deze pot vol met zuiver water en zet die dan op de stookplaats van Jehova boven de offervlam van de liefde. En als het water heet wordt en begint te koken, neem dan eerst de witte bessen en gooi die in het kokende water; doe dan na een klein poosje ook hetzelfde met de zeven rode. En als je ziet dat alle bessen zacht worden, neem dan de pot van het vuur, neem de zachte bessen in de volgorde waarin je ze erin gedaan hebt er met je rechterhand weer uit, doe ze dan in je linkerhand en laat ze afkoelen en eet ze dan in genoemde volgorde op; neem dan de pot gevuld met het water waarin de bessen van het zwaard gekookt zijn en giet die uit op de stookplaats van Jehova en geef dan deze lege pot aan de vader van je lichaam.
[10] En deze bessen zullen de wijsheid en de liefde in je versterken en het water zal het vuur van de liefde verzachten; de pot echter moet een zeker teken zijn voor Adam en al zijn nakomelingen, hoe het met hun harten gesteld moet zijn, uitgekookt door het water van de erbarming, waarin de vruchten van de gerechtigheid zacht geworden zijn door het vuur van de liefde ter voeding van de kinderen van de gezegende liefde, die dan vrij geworden zijn om de geest van heiligheid van God op te nemen.
[11] En ga nu en voer precies uit wat Ik, de eeuwige Liefde, je bevolen heb! En nadat dit allemaal volbracht zal zijn, zal Ik weer tegen jou en tegen je verwanten door de mond van Mijn engel spreken, die een cherubijn is ofwel de mond van wijsheid en liefde van de heilige Vader. En nu, ga en handel!"
[12] En zie nu, Abel deed wat hem bevolen was en verwijderde zich van de zijnen, nadat hij tevoren zijn zegen aan de vader van zijn lichaam had gegeven, wat Mijn geheime wil was, die hem in zijn hart bekend gemaakt werd.
[13] En Adam omarmde hem wenend en een treurende Eva drukte hem aan haar hart en al zijn broers en zusters gaven hem heel vriendelijk de hand voor een kort afscheid omdat hij in Jehova's dienst stond en ook Kaïn kwam naderbij en gaf hem zijn rechterhand en boog voor hem tot op de grond; en zo vertrok Abel dan, begeleid door de engel des Heren, onder wederzijdse zegeningen en onder de grote zegening van boven.
«« 16 / 187 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.