De uittocht van Kaïn naar de zee

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)

«« 24 / 187 »»
[1] En zie nu, toen begon Kaïn te wenen en vertrok daar vandaan met zijn vrouwen vier kinderen, twee van het mannelijke en twee van het vrouwelijke geslacht, en bereikte na veertig dagen de kust. Hij schrok van de aanblik van het grote water, omdat hij stellig geloofde het einde van de wereld bereikt te hebben. En hij dacht: als Hanoch mij nu vervolgt, waarheen zal ik dan vluchten?
[2] Voor mij ligt het einde van de wereld en links en rechts zijn hoge bergen die ik niet mag betreden en het genadige oog en oor van de Heer is voor mij gesloten. Ook zie ik hier louter vreemde, ongezegende vruchten; wie zou die durven eten? En onze voorraad die wij meegenomen hadden is nu ook verbruikt! - Wat zal ik nu doen?
[3] Ik wil daarom nog eens proberen een luid geroep tot de Heer te richten; Hij zal me verhoren, of Hij laat ons ten onder gaan en zo zal het met ons dan tenslotte toch vergaan naar Zijn wil, die wij al die tijd in onze grote verblindheid zeker niet hebben herkend.
[4] En zie, toen begon Kaïn na een tijdsverloop van zevenenzeventig jaar weer tot Mij te bidden, drie dagen lang, dag en nacht zonder ophouden en hij riep aan één stuk door: "Heer, Gij rechtvaardige, Gij liefderijke, zie vol genade neer op Uw grote schuldenaar en doe met mij naar Uw heilige wil!" En deze woorden herhaalde hij vele duizenden malen.
[5] En Ik kreeg medelijden met hem, omdat hij zo sterk en eindeloos ellendig riep. Zie, toen zond Ik Abel in een vlam gehuld naar hem toe en Abel sprak tot hem met de woorden die uit Mij kwamen en zei: "Kaïn, sta van de grond op, kijk me in mijn gezicht en zeg me of je mij nog herkent!"
[6] Toen stond Kaïn op en bekeek vol vrees de vlam en herkende die niet, noch aan de stem noch aan de gedaante, en toen vroeg hij, bevend van zeer grote angst: "Wie ben jij dan, vreemd wezen in die vlam?"
[7] En Abel antwoordde hem: "Ik, je broer Abel, sta voor je in de vlam van de goddelijke liefde! Wat wil je dat er nu met je gebeurt?" - "O broer", zei Kaïn, "jij bent het dus, zie, ik heb geen wil meer! Mijn zoon Hanoch heeft mij alles afgenomen, ook mijn wil; nu heb ik geen wil meer, en zie, in het bestaan dat we nu leiden, zijn wij allen zonder wil! Daarom kan ik niets anders zeggen dan: mij en ons allen geschiede volgens de heilige wil van de Heer!"
[8] Toen zei Abel: "Luister dan nu! Het is de wil van de Heer mijn Vader en jouw God, dat jullie zonder vrees of schroom van alle vruchten zullen eten, die je hier maar vinden kunt; want de slang heeft je naar hier verdreven en is met al haar gif achtergebleven bij je kinderen in de stad Hanoch en zal jullie niet meer lastig vallen. Want zodra de mens zijn wil heeft weggegeven, is er voor het boze gebroed niets meer te doen; maar wie zijn wil ondergeschikt heeft gemaakt aan de slang, die is haar gevangene en het einde van zijn invloed is nabij gekomen.
[9] Wie echter ontsnapt is uit haar nu krachtig geworden strikken en op die manier de laatste druppels van zijn wil heeft gered en deze voor het aangezicht van Jehova op de aarde heeft neergelegd, die zal vanuit Hem een nieuwe wil gegeven worden, opdat hij in het vervolg als werktuig van de Heer zal kunnen handelen. En zo is het ook voor jou de wil van de Heer, dat jij in het vervolg naar Zijn wil zult handelen; en mochten de nakomelingen van Hanoch te eniger tijd jou of je familie vinden, dan zullen zij jou en je familie niet herkennen, omdat de liefde van de Heer jullie voorgoed geheel zwart zal branden.
[10] En de naam 'Kaïn' zal van je weggenomen worden en een andere naam zal je gegeven worden en die luidt 'Atheope', dat wil zeggen 'de willoze naar de wil Gods'. Als zodanig moet je met je familie een zeer grote stevige mand vlechten van riet en biezen, zeven manshoogten lang, drie manshoogten breed en één manshoogte hoog, en deze moet je dan met hars en allerlei pek dichtmaken. En als je dit dan vlijtig gedaan hebt, moet je deze bij het grote water plaatsen en veertig dagen lang vruchten verzamelen; en als je dat gedaan zult hebben, leg dan de vruchten in de mand en ga tenslotte met z'n allen aan boord!
[11] En dan zal de Heer vanuit het grote water een grote vloed op laten komen; die zal de mand met jullie erin opheffen en zal je wegdragen naar een ver land midden in dat grote water en daar zul je volkomen veilig zijn voor alle vervolgingen van Hanoch.
[12] En in dit grote water zullen in de nabijheid wijd en zijd verspreid kleine stukken land liggen en als er teveel van jullie op één stuk land komen, zoek dan het naastbij gelegene op en zo voort, en bevolk volgens de wil van de Heer langzamerhand alle kleine stukjes land in de grote wateren.
[13] En als jullie de Heer niet zullen vergeten, dan zal Hij je eens een groot vasteland geven om te bewonen, daar zullen jullie blijven tot aan het einde van de wereld, nadat het eerst van tevoren gereinigd zal worden door de er spoedig op neerstortende watervloeden. Deze zullen de nakomelingen van Hanoch verstikken en doden en ook zeer veel kinderen van God, die zich door de schone dochters van Hanoch zullen laten vangen.
[14] Deze vloedstromen zullen jullie willozen evenwel niet bereiken, omdat de wil van de Heer je op de wateren van Zijn grote erbarmen geplaatst heeft. - En als jullie het een of ander nodig zouden hebben, dan weet je immers zonder meer waar de grote Gever is, die jullie niet zal verlaten als je Hem in je hart niet zult verlaten.
[15] En jij Kaïn, kom nu dichter bij!" En zie, toen liep Kaïn naar zijn in vlammen gehulde broer Abel en Abel omarmde hem en zo werd hij zo zwart als kool en zijn haren werden gekroesd. En dat gebeurde ook nog bij de vijf anderen.
[16] En toen zei Abel: "Nu, broer Atheope, ben je bevrijd van elke schuld, want die is achtergebleven bij Hanoch en handel dan voortaan naar de wil van de Heer! Amen."
«« 24 / 187 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.