[2] Alleen wat betreft het bewaren van mijn daarstraks gesproken woorden tot aan het einde der tijden, mag je misschien wel gelijk hebben in zoverre, dat in God zelfs al onze gedachten bewaard worden en dus zeker ook mijn eerdere woorden, ook al zouden ze dubbel zo leeg zijn, als zij toch al waren; maar dat zij zelfs op stenen tafelen zullen worden opgetekend, - dat zou toch een beetje te veel verlangd zijn!
[3] Ik weet nog niet zo heel precies wat je daarmee hebt willen zeggen; daarom kan het niet in het minst schaden, als je mij daarover een paar woordjes zou willen zeggen!'
[4] En Henoch antwoordde hem en zei: 'Ik zeg je in naam van de Heer: niet alleen je vroegere woorden, maar ook ieder woord dat je nu hebt gesproken, zal op stenen tafelen opgetekend worden! - Begrijp je het nu?'
[5] En Abedam antwoordde weer: 'Ja, nu is het mij duidelijk; maar nu wil ik ook meteen niet meer spreken, opdat niet nog meer van dat leeg gepraat uit mijn mond op de stenen tafelen komt te staan! -
[6] Maar kijk, uit de richting van de avond zie ik juist twee mannen met gezwinde pas ons naderen; daardoor zal mijn tong zeker rust krijgen, maar komt er des te meer bedrijvigheid voor mijn oren!
[7] Het geeft mij heimelijk een beetje vreugde dat mijn voorspelling toch enigszins raak is geweest, namelijk dat men in de vroege morgen niet te vlug moet jubelen over het wegblijven van twisters! Want dat zijn zeker een paar echte heethoofden, omdat zij hun voeten zo snel verplaatsen!
[8] Maar nu verder geen woord meer; want zij zijn bijna hier!'
[9] En de twee mannen naderden de vaderen op de hoogte met gezwinde pas en groetten hen hoogst eerbiedig!
[10] Adam trad onmiddellijk in zijn ambt als rechter naar voren met zijn aangewende strengpatriarchale gezichtsuitdrukking en vroeg hen ook zoals gewoonlijk: 'Welk geschil heeft jullie hierheen gedreven?'
[11] En een van de twee mannen antwoordde: 'Vader Adam, deze keer zul je van ons op deze vraag waarschijnlijk wel geen antwoord uit ons hart ontvangen! Daarom zul je deze keer een andere vraag moeten stellen; want vandaag dreef ons volstrekt geen strijdvraag hierheen!'
[12] Bij deze gelegenheid merkte Abedam bij zichzelf op: 'Mij dunkt, ook ik heb mijn voorspelling iets te vroeg geprezen! O Heer, vergeef mij mijn altijd grote dwaasheid!'
[13] Na deze woorden van de onbekende viel Adam meteen uit zijn rol en wist niet meer wat hij de beiden moest vragen of wat hij anders met hen moest bespreken of doen, en daarom riep hij Henoch bij zich en vroeg hem wat hij in dit geval moest doen.
[14] En Henoch zei: 'Niets - dan afwachten! Want hebben die beiden de een of andere reden waarom zij naar ons toegekomen zijn, dan zullen zij die zondermeer nog vroeg genoeg aan ons te kennen geven; en hebben zij geen andere reden dan om ons te zien, dan zullen zij wel weer omkeren, zodra zij genoeg naar ons gekeken hebben.
[15] Daarom moeten wij altijd onbekommerd zijn over het waarom van allerlei dingen, maar laat al onze zorgen op Hem gericht zijn, die gisteren nog meer dan heilig in ons midden heeft gewandeld!
[16] Zie, alleen daaraan hebben wij allen behoefte; voor al het andere zal de meest liefdevolle, heilige Vader wel zorgen!
[17] Daarom, vader Adam, kun je nu ook geheel rustig zijn en dus die oude, nietszeggende ambtelijke vormen achterwege laten! Want Hij heeft ons allen immers een nieuwe vorm gegeven, namelijk de allerheerlijkste vorm van de liefde; bij haar en in haar zullen en willen wij ook nu zowel als eeuwig blijven! Amen.'
«« 145 / 280 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.