De eerste kerk op aarde. De zeven boden van de hoogte in Lamechs paleis te Hanoch

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)

«« 172 / 280 »»
[1] Wij zijn nu al met al zeven dagen lang op de hoogte bij de kinderen Gods gebleven en hebben de stichting van de eerste kerk op aarde door Jehova's zichtbare aanwezigheid uitvoerig van dag tot dag en woord voor woord mee aangezien en gehoord. Dit is de volledige verklaring van de in de bijbel door Mozes genoemde zes scheppingsdagen, waaronder niets anders verstaan moet worden dan de grondvesting van de eerste kerk op deze aarde. Nu kunnen wij de hoogte voor korte tijd weer verlaten en ons naar Hanoch begeven om te zien en te horen hoe het daar toeging, en welke veranderingen daar in één week hebben plaatsgevonden.
[2] Laten wij dus afdalen! – Wat gebeurt hier? Wat is hier aan de hand?
[3] Zie, zojuist gaan Kisehel, Sethlahem en nog een broeder, genaamd Joram, naar het paleis van Lamech!
[4] Wat zijn zij wel van plan, wat zullen zij daar gaan doen, en wat voor ijzingwekkende gruwelvertoningen zullen zich allemaal voor hun ogen afspelen? e Luister en kijk!
[5] De zeven boden hebben zich sinds hun spoedige aankomst in Hanoch reeds enige malen naar Lamech begeven. Hen werd alles getoond, en het mankeerde niet aan sierlijke dienaressen die met allerlei verlokkende houdingen en aantrekkelijke woorden en gebaren om hen heen draaiden en ook reeds vier van hen werkelijk het hoofd volledig op hol gebracht hadden. Daarom ook heb Ik op de geschillendag de engel Abel naar hen toegestuurd en daarom ook is dit viertal dit keer niet aanwezig; maar er was voor hen nog geen deur opengegaan naar Lamech zelf!
[6] Maar deze keer waren de drie vastbesloten koste wat kost in de verblijven van Lamech door te dringen! Daarom betreden zij nu juist het paleis.
[7] Wat willen zij dan bij Lamech, die hen niet binnen wil laten, maar hen alleen door zijn nieuw aangeworven dienaressen en minnaressen het hoofd op hol wil brengen en wil laten verschalken?
[8] Jullie weten wat hij met de naam van Jehova heeft gedaan; zie, daar komt liet dus op neer; hij moet het gat eigenhandig uitgraven en de plaat op de voorgeschreven manier schoonmaken!
[9] Wat zij bij deze gelegenheid allemaal zullen zien, zullen jullie aan hun zijde heel duidelijk mee kunnen aanzien.
[10] Toen zij bij de eerste trap aankwamen, was die aan beide kanten vol met de mooiste en meest weelderige en bekoorlijke vrouwen in geheel naakte toestand, en de vrouwen jammerden met klagelijke stem en smeekten de drie boden om hen te redden; want anders moesten zij het volgende uur de meest gruwelijke dood sterven, omdat het hen de vorige dag niet was gelukt hen als de croste vijanden van Lamech te vangen en daarna over te leveren aan zijn gloeiende wraak.
[11] Maar dit is slechts een list van Lamech. Het drietal doorzag terstond deze list en Kisehel zei tegen de naakte vrouwen: 'Luister, jullie verdorven , addergebroed! Niet Lamech zal jullie op gruwelijke wijze verdelgen, maar de scherpe gesel van Jehova!
[12] Etter en zweren zullen jullie in levende lijve verteren in de plassen, moerassen en modderpoelen buiten de stad! Jehova's almachtige wil geschiede eeuwig! Amen.'
[13] Op hetzelfde ogenblik werden de ongeveer zestig vrouwen, die daar naakt stonden, door een vreselijk brandende melaatsheid overvallen en zij liepen razend, tierend en gillend door de straten de stad uit naar de voornoemde plassen, moerassen en modderpoelen en stortten zich daar hals over kop in.
[14] Hun lichamen werden onmiddellijk geheel met etter en zweren bedekt en hun vlees begon, terwijl zij nog leefden, te veretteren en vreselijk stinkend van hun beenderen los te raken.
[15] Hierdoor werd de eerste trap gezuiverd. Maar toen zij bij de tweede aankwamen ontstond daar een nog vreselijker jammergehuil; want ook deze trap stond vol naakte vrouwen die door de lijfwachten van Lamech met de scherpste roeden gewoonweg werden verscheurd.
[16] Toen de bloedende vrouwen de drie machtige mannen zagen, begonnen zij nog harder te schreeuwen, in de hoop dat het drietal hen uit de handen van Lamechs lijfwachten zou redden.
[17] En Kisehel gebood de beulsknechten: 'Staak dat zwaaien met jullie gesels en breng Lamechs heldinnen weg naar de plassen, moerassen en modderpoelen; daar zullen zij hun verdorven metgezellen aantreffen en met hen hun loon delen!
[18] Maar jullie hand mag voortaan nooit meer een gesel aanraken, anders sterven jullie net zoals deze heldinnen der verdorvenheid! e Jehova's wil geschiede nu en eeuwig! Amen.'
[19] En onmiddellijk wierpen de beulsknechten hun roeden weg, bonden de gemartelde vrouwen hun handen op de rug en sleepten hen toen de stad uit naar de plassen, moerassen en modderpoelen; hier begonnen de vrouwen pas werkelijk vreselijk te gillen toen zij het lot van hun metgezellen zagen.
[20] De knechten maakten hun handen los en verlieten hen; de vrouwen echter wierpen zich uit vertwijfeling in de moerassen en gingen daar net zoals de anderen te gronde.
[21] Toen de knechten weer bij het paleis aankwamen werd hen door het drietal te kennen gegeven, dat zij zich tot Jehova moesten wenden en nooit meer het paleis moesten betreden, maar zich met hun vrouwen naar Farak moesten gaan, waar een andere bestemming op hen wachtte.
[22] De honderd beulen verlieten nu het paleis en de drie begaven zich naar de derde trap.
«« 172 / 280 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.