De beschrijving van enkele afgodentempels. De ossentempel.

Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)

«« 243 / 366 »»
[1] Hier zijn enige schetsen van de wonderlijke voorstellingen van afgoden in de tempels:
[2] In een diepe kloof in de bergen waar een wilde bergbeek raasde en over hoge rotswanden in steile watervallen verstoof, was in een tamelijk ruim keteldal een grote halfronde tempel gebouwd.
[3] De voormuur was recht en daar sloot een half cilindervormig achterdeel op aan, waaraan dan weer het gebouw vastzat waarin de priesters van die tempel woonden.
[4] Helemaal boven in de voormuur van deze tempel bevonden zich twee grote ovale vensters, gelijkend op de ogen van een os.
[5] Een paar vadem dieper, maar precies midden tussen de beide bovenste vensters waren weer twee langwerpige ronde vensters tamelijk dicht bij elkaar aangebracht en in de lengte stonden ze loodrecht ten opzichte van de beide horizontale bovenste vensters die op de ogen van een os leken.
[6] Tenslotte was helemaal beneden een vier vadem brede anderhalve vadem hoge poort aangebracht, ondersteund door drie zwarte zuilen die er van verre min of meer uitzag als de muil van een os.
[7] De hele voormuur om de bovenste- en onderste vensters en om de poort was beschilderd zoals een ossenkop er uitziet, en helemaal bovenaan op de muur boven de oogvensters waren twee uitsteeksels geplaatst die op twee horens leken. Aan beide zijden van de voormuur parallel met de oogvensters waren twee grote blikken oren bevestigd, waaruit via buizen permanent een machtige rookwolk kwam. Zo had dit front het hele griezelige, indrukwekkende aanzien van een ossenkop.
[8] Het binnenste van de tempel was donkerrood geverfd, en achter in de tempel als in een machtig grote nis stond een kolossale os die uit koperplaat was vervaardigd. Zijn achterpoten waren zo dik dat men daarin met een ladder heel gemakkelijk in de grote buik van de os kon komen en daar allerlei toverkunsten kon uitvoeren.
[9] Die toverkunsten hielden het volgende in: tijdens bedevaarten naar deze miraculeuze tempel en de afgod werd de enorm grote kop door een hefboom aan de binnenkant voortdurend op en neer bewogen. Verder was er binnen in de buik een krachtige blaasbalg aangebracht. Daarmee werden rook en vaak ook vlammen door de muil van de os naar buiten geblazen, waarop het dan in de os geweldig begon te donderen.
[10] En pas als er een eind kwam aan het ontzettende gedonder, nam de spreker die zich in de buik van de os bevond een grote blikken spreekbuis en richtte dan enkele onsamenhangende woorden tot het bevende volk.
[11] Daarop werd de os dan rustig, en de opperpriester kwam door een achterdeur tevoorschijn, stak een reukwerk aan, bepaalde de offers voor het volk en de tijd voor het volgende offer.
[12] Wie een rund had moest hier offeren, anders werd het rund spoedig ziek en ging dood, - waar de dienstbare geesten van deze tempel natuurlijk voor zorgden.
[13] Hier onder nog meer schetsen!
«« 243 / 366 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.