[2] 'O Heer, allerbeste, meest liefdevolle, heilige Vader! Omdat U mij reeds de grote genade hebt bewezen om ten overstaan van U te mogen spreken en U over allerlei onbekende dingen vragen te stellen, heb ik nu dan ook de moed om volledig gebruik van deze eindeloos grote genade te maken.
[3] Zie, reeds dikwijls heb ik er zo bij mijzelf over nagedacht of het wel juist en redelijk is in Uw ogen dat een man meer vrouwen neemt!
[4] De natuur wijst wel in die richting, omdat de man nagenoeg elke dag in staat is een kind te verwekken; maar de vrouw kan in een jaar toch eigenlijk maar eenmaal ontvangen!
[5] Als men deze verhouding eens goed in het licht van het redelijke verstand beschouwt, dan lijkt veelwijverij volkomen natuurlijk te zijn omdat de bevolking daardoor slechts kan winnen, maar nooit kan verliezen.
[6] Maar beschouwt men daarentegen de steeds gelijke verhouding van het aantal individuen, dan ziet het er naar uit dat U het toch niet zo heeft bedoeld, omdat het aantal vrouwen hier en daar niet zelden kleiner is dan het aantal mannen; soms is het aantal helemaal gelijk en slechts zelden hier en daar iets groter dan het aantal mannen.
[7] Die verhouding is echter duidelijk in tegenspraak met de eerste behoefte van de natuur, die althans met het verstand te rechtvaardigen is; want laat ik veelwijverij volledig toe, dan zijn er meteen duizend mannen zonder vrouw, die echter evenzeer in staat zijn kinderen te verwekken als degenen die vele vrouwen bezitten.
[8] Laat ik echter veelwijverij niet toe, dan kan billijkerwijze de man die in staat is nagenoeg dagelijks kinderen te verwekken dat slechts één keer in het jaar doen, hetgeen evenwel ten zeerste in tegenspraak lijkt te zijn met de natuur van de man. - O Heer, hierover zou ik vooral graag een juist licht willen hebben!'
[9] Hierop antwoordde de Heer aan Lamech: 'Zie, dat is een echt goede en waarachtig wijze vraag, en een volkomen antwoord op deze vraag mag de ware leider van zo'n talrijk volk absoluut niet ontbreken; luister dus, Ik zal je op je wijze vraag een juist antwoord geven:
[10] Zie, als veelwijverij volgens Mijn orde zou zijn, dan had Ik zeker al in het begin, toen Ik Adam, die op dit ogenblik nog op de hoogte leeft en nog ettelijke jaren zal voortleven, als de eerste mens van de aarde had geschapen, voor deze eerste mens ruim driehonderdzestig vrouwen geschapen, opdat hij zijn vermogen om dagelijks kinderen te verwekken op natuurlijke wijze had kunnen toepassen!
[11] Maar zie, Ik schiep voor hem slechts één vrouw en nog tot op dit uur geef Ik voor een mannelijk wezen slechts één vrouwelijk wezen; en daaruit kun je gemakkelijk opmaken dat van Mij uit voor de man slechts één vrouw bestemd is, ondanks zijn rijkelijk vermogen tot voortplanting.
[12] Wat dat betreft is dat vermogen echter niet gegeven omwille van de veelvoudige voortplanting, maar alleen voor een krachtige voortplanting; en zo kan een man met een vrouw weliswaar minder, maar wel des te krachtiger kinderen verwekken, terwijl bij veelwijverij slechts grote, onrijpe zwakkelingen tevoorschijn kunnen komen.
[13] Want elk zaad zal een slechte of in het geheel geen vrucht verwekken als het niet eerst tot volle rijpheid is gekomen.
[14] Daarom is dat ook bij de mens des te meer het geval, waar het toch om de verwekking van de alleredelste vrucht gaat.
[15] Laat het daarom het bij één vrouw blijven, en deze doet genoeg, wanneer zij iedere drie jaar slechts één vrucht tot rijpheid brengt. - Begrijp je dat?'
«« 63 / 366 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.