[2] Juich met uw handen, alle volkeren, en juich voor God met blij geschal, want de Heer, de Allerhoogste, is overmachtig, een groot koning op de gehele aardbodem. Hij zal alle volken dwingen ons te gehoorzamen en de mensen in onze hand geven! Hij kiest voor ons als erfdeel de heerlijkheid van Jacob, die Hij liefheeft. God stijgt op onder gejuich en helder bazuingeschal voor de Heer. Zing de lof, zing de lof van God, zing de lof, zing de lof van onze koning! Want God is koning op de gehele aardbodem. Wees dus zo verstandig om Hem lof te zingen! God is ook koning over alle heidenen, God zit op Zijn heilige zetel. De vorsten van de volkeren zijn als één volk samengekomen voor de God van Abraham, want God wordt zeer verheven geacht door iedereen op aarde!'
[3] Toen hij deze psalm had gelezen, vroeg hij heel ernstig: 'Begrijpen jullie deze psalm?' En wij moesten zijn vraag jammer genoeg met nee beantwoorden. Vandaag hebben wij ons sinds vanmorgen vroeg het hoofd hierover gebroken, maar wij weten toch niet meer dan gisteren. Duizend keer hebben wij aan U gedacht, als U, o Heer, het zou willen, dan zou U ons daarover wel wat licht kunnen verschaffen!"
[4] IK zeg: "Kijk naar dit meisje dat ik bij de hand houd! Vraag het haar, zij zal dat jullie wel op de juiste manier uitleggen!"
[5] De BAAS van de schippersknechten zegt: "Dat meisje kan nauwelijks veertien lentes tellen! Hoe zou ze dan zo wijs kunnen zijn als Salomo?"
[6] IK zeg: "Ja, ja! Niet alleen de wijsheid van Salomo, maar ook de wijsheid der aardse wijzen en nog veel meer, bezit zij in haar zuivere hart! Tot op heden is het nog geen mens gelukt achter de sterren te kijken; vraag het haar en zij zal het jullie vertellen! De beroemde 'steen der wijzen' heeft zij in haar schortzak, dus zal zij best in staat zijn om jullie de korte maar toch inhoudrijke psalm goed uit te leggen. Probeer het maar, dan kun je je overtuigen!"
[7] De BAAS van de schippersknechten zegt tegen zijn metgezellen: "Zij ziet er werkelijk wel erg pienter uit! Maar haar figuur is ook beslist engelachtig mooi, en dat is nu juist geen teken van wijsheid! Want tot op heden heb ik altijd nog gemerkt dat de mooiste meisjes ook altijd de domste waren, wat heel natuurlijk is. De mooiste kinderen worden te veel verwend en te ingebeeld gemaakt en Ieren daarom weinig of niets. Van een minder mooi kind maakt men echter gewoonlijk niet zo veel ophef. Iedere keer dat het ondeugend is wordt het al gauw bestraft, het kind wordt daardoor deemoedig en bescheiden, het gehoorzaamt, duldt en leert daarbij heel wat. Maar laten wij eens zien wat dit waarlijk hemels mooie meisje ons over onze psalm kan vertellen. "
[8] Dan wendt de baas zich tot JARAH en stelt haar de vraag en zij zegt met het liefste en vriendelijkste gezicht van de wereld: "Beste vrienden. Niet dat ik zoiets ergens geleerd zou hebben en het daardoor nu als een schriftgeleerde zou weten, maar ik voel heel duidelijk in mij dat datgene wat Davids profetische geest verscheidene honderden jaren geleden voorspeld heeft, nu voor onze ogen volkomen vervuld is. Dat moesten jullie toch ook in eerste instantie binnen in je gevoeld hebben!
[9] Hebben jullie niet gezien dat Hij, over wie David spreekt en die nu hier lichamelijk temidden van ons leeft, over de zee heeft gelopen alsof het droog land was, en zagen jullie niet hoe Hij nu in een paar dagen alleen maar door Zijn woord, vele verschillende zieken heeft genezen? De blinden werden ziende, de doven horende, de melaatsen werden rein, de lammen en krom gegroeiden weer recht! En kijk eens naar deze voor ons liggende berg, hoe veranderde hij in een nacht! Wie kan bergen verzetten en de zee uit haar bedding optillen? Wie is Hij aan wie alle engelen en al de elementen gehoorzamen?! Kijk, daar staat Hij lichamelijk voor ons; Deze bedoelde David!
[10] Voor Hem moeten wij met onze handen juichen door werken van echte naastenliefde, en Hem moeten wij toejuichen met de zuivere stem der waarheid, zonder bedrog, zonder valsheid of arglist! Want wee degene die Hem met het onzuivere geschal van de leugen zou willen toejuichen! Want hoe mild en zacht Hij ook is voor de rechtvaardige, zo verschrikkelijk is Hij voor degenen, die leugen, valsheid en bedrog in hun hart dragen, zoals ook geschreven staat: 'Het is verschrikkelijk om in Gods handen te vallen, want God is een almachtig koning over de gehele aardbodem, voor Hem kan niemand zich ergens verbergen!'
[11] Nu is Hij hier om door de macht van Zijn leer alle volkeren dringend uit te nodigen zich bij ons te voegen om deel te krijgen aan ons heil, en de mensen, dat zijn de wereldse kinderen, voor het gericht onder onze voeten te leggen! Want alleen óns heeft Hij erfgenamen van het eeuwige leven gemaakt, ja wij zijn Zijn erfdeel! Hij is het van wie Jacob zei: 'O Heer, U bent alleen mijn luister!' En omdat Jacob dat in zijn hart beleed, werd hij de lieveling van God, en lieveling van Degene, die hier temidden van ons verblijft!
[12] Maar Hij zal niet altijd zo bij ons blijven, maar hij zal binnenkort weer opvaren naar Zijn eeuwige hemel, en wel met de blije stem van de eeuwige waarheid, waarmee Hij een nieuwe aarde en een nieuwe hemel heeft geschapen voor alle eeuwigheden der eeuwigheden. En Hij is en zal de Heer zijn, en de heldere klank van Zijn bazuin, die bestaat uit het tot ons gesproken woord, zal dat verkondigen aan alle schepselen op en in de aarde en op en voorbij alle sterren, zowel geestelijk als stoffelijk.
[13] Zijn lof moeten we dus volgens de oproep van David zingen, want Hij is onze God en onze enige koning in eeuwigheid!
[14] Omdat wij echter weten wat Hij is, moeten wij Hem met een zuiver en wijs hart eren en prijzen en niet op de manier van de huichelachtige Farizeeën, die met hun lippen een valse Jehova naderen, maar daarbij hun hart voor deze echte en levende Jehova afsluiten en zich van hem verwijderen.
[15] Hij is echter niet alleen ónze God en koning, maar ook die van de heidenen van de gehele aardbodem. Want Hij alleen zit boven alle mensen en boven de hele eindeloze schepping op de eeuwige zetel van Zijn onbegrensde macht en heerlijkheid. Voor Hém moeten alle vorsten der aarde zich verzamelen, zoals hun volken voor hen, want Hij is de enige God van Abraham, Isaäk en Jacob. Hij alleen heeft Zichzelf verhoogd boven alles, ook boven alle emblemen der machtigen van onze uitgestrekte aarde!
[16] Dat Hij ons opzocht, is zelfs voor de engelen een onbegrijpelijke genade! Maar toen Hij kwam, kwam hij niet onaangekondigd, want alle profeten hebben daarover geprofeteerd. Veel van de profetieën konden de mensen echter door de steeds groeiende hardheid van hun harten niet begrijpen. Nu is Hij echter Zelf gekomen, waarover de profeten geprofeteerd hebben, en Hij Zelf openbaart zich aan alle mensen die van goede wil zijn.
[17] Voor diegenen die een slecht en hoogmoedig hart hebben kan Hij alleen maar verschrikkelijk zijn! Want het slechte heeft altijd de almachtige eeuwige gerechtigheid als onverbiddelijke en onomkoopbare rechter tegenover zich! Net zoals een goede gevoelige weegschaal al een zichtbare uitslag geeft als men ook maar een haar aan één kant toevoegt, zo kan er voor Hem, die hier is, geen nog zo geringe onwaarheid, verkeerdheid, boosheid, onrechtvaardigheid of wat voor andere lompheid van het hart bestaan! Daarom moet Hij verschrikkelijk zijn tegenover iedere zondaar die in zijn borst een hard, verstokt en boos hart draagt. -Begrijpen jullie nu de 47e psalm van David?"
«« 158 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.