De waarde van de vrije wil.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)

«« 61 / 244 »»
[1] Dus alles komt op deze aarde bij de mensen alleen maar op de vrije wil aan, en op een onderricht met de minst mogelijke dwang. Deze leer is door de Heer ook zo geformuleerd dat het verstand van ieder goedwillend mens het al na het éénmaal gehoord te hebben kan begrijpen. Niemand kan zich daarom verontschuldigen door te zeggen dat hij de leer niet begrepen zou hebben. Want het 'Heb God lief boven alles en je naaste als jezelf!' is zo begrijpelijk als het maar zijn kan! En als iemand daadwerkelijk deze korte, goed begrijpelijke, maar toch alles omvattende leer toepast, dan zal hij vanuit zijn hart zonder meer door de Heer Zelf in alle wijsheid geleid worden, en zo zelf leraar van de naaste worden. En zo kan de een de ander zover meenemen tot de Heer hem Zelf beetpakt en opvoedt tot een waar kind van God.
[2] Dat is dan de ware verbreiding van de heilige leer in de hemelse orde; alle verdere franje is uit den boze en brengt de planten van Gods hemel weinig of geen zegen. -Heb je alles goed begrepen?"
[3] CYRENIUS zegt: " Ja, ik heb alles begrepen! Ik zie nu duidelijk tot welke grote dingen deze aarde en haar mensen door God zijn voorbestemd, het enige noodlottige daarbij is echter, dat naast de kinderen Gods ook de kinderen der hel in zekere zin in dezelfde school worden opgevoed, en wel een ieder voor zijn eigen sfeer! Maar ik zie nu ook werkelijk in dat het, gezien uit het oogpunt van de diepste hemelse wijsheid, niet anders kan. De Heer is echter wijs, goed en almachtig genoeg om eenmaal ook de hel een andere richting te geven! De eeuwigheid is echt lang genoeg om tijdens haar eindeloze duur allerlei omstandigheden te scheppen waardoor haar kinderen zich tenslotte samen met hun verleiders en opvoeders zullen overgeven!"
[4] De beide ENGELEN zeggen: "Nu gaat jouw veronderstelling al ver over de horizon van onze wijsheid! Maar jij, als een kind van de Heer staat blijkbaar dichter bij je Vader dan wij die zijn pure schepsels zijn: en daarom kun Je ook eerder een zuivere goddelijke behoefte in het hart waarnemen dan wij; maar zoveel weten wij ook, dat niets bij God onmogelijk is. Verder kunnen wij je daarover ook geen woord meer zeggen.
[5] Als je hierover meer wilt weten, vraag het dan aan de Heer Zelf. Voor Hem is alles zonneklaar wat de toekomstige eeuwigheden diep verborgen houden. Maar wij denken dat Hij dat, vanwege de scherpe oren van de satan, waarschijnlijk aan geen sterveling zal openbaren. Want de vijand heeft duizendmaal duizend oren, en als men over hem spreekt, moet men heel behoedzaam zijn wil men hem niet nog erger maken dan hij al is!"
[6] CYRENIUS zegt: "Ik begrijp het! Ik zal het dan ook niet met de Heer daarover hebben!"
[7] IK zeg: "Je hoeft het niet hardop te zeggen, want Ik hoor ook datgene wat je in je hart heel stil zegt en vraagt.'
«« 61 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.