Borus geneest een bezetene. In de omgeving van Bethabara.

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)

«« 94 / 244 »»
[1] Toen de overste glimlachend deze opmerking geplaatst had, brachten een paar burgers uit de stad een zieke, die al vele jaren bezeten was. Omdat hij echter arm was, durfden zijn familieleden niet voor hulp bij een dokter aan te kloppen en zij durfden hem ook niet bij Mij te brengen, omdat bij een aantal burgers het boze gerucht de ronde deed dat wie zich door Mij liet genezen, zijn ziel aan Beëlzebub verkocht! Ook over Borus vertelde men iets dergelijks, want van hem zei men dat hij zijn duivelskunsten van Mij had geleerd!
[2] Toen BORUS dan ook de hem al bekende bezetene zag en zijn domme vrienden, die hem brachten, zei hij tegen hen: "Nou, nou, wat bezielt jullie om deze zieke bij mij te brengen? Wat heeft hij jullie dan gedaan, dat je hem nu aan de duivel wilt overleveren?"
[3] De BEIDEN zeggen: "Heer, wij weten nu beter en hebben hem daarom naar u toegebracht!"
[4] BORUS zegt: "Wie heeft jullie dan beter ingelicht?"
[5] De BEIDEN zeggen: "Heer, juist diegenen, die ons heel lang reeds ingekapseld hadden in die domme waan, die zij ons leerden en waarin zij ons vasthielden!"
[6] BORUS zegt met een glimlach: "Ik begrijp het! Maar wat moet ik nu dan met deze bezetene doen? Want zijn kwaal heeft zich tengevolge van jullie domheid in hem verhard, en nu zal het gezien jullie zwakke geloof moeilijk zijn om deze mens te helpen!"
[7] De BEIDEN zeggen: "Heer, als ons geloof zwak was, dan zouden wij de zieke niet bij u hebben gebracht!"
[8] BORUS zegt: "Goed, laat ons dan zien wat Gods kracht in de mens kan doen!" -Toen stapte Borus met ontbloot hoofd naar de zieke en zei hardop: "Ik wil in de naam van Jezus, de eeuwige Heer, dat je gezond wordt. Wees dus gezond en wees van nu af aan vrij!"
[9] Op dat ogenblik werd de bezetene helemaal gezond en gaf God de eer, dat Hij de mens zo'n kracht had gegeven.
[10] Maar Borus loofde God ook hardop, gaf de genezen man en zijn beide vrienden rijke geschenken en liet beiden en de genezen man mee eten en drinken van de tafels der gasten.
[11] Toen kwam de OVERSTE naar Borus toe en zei: "Dat zou ik echt niet achter jou gezocht hebben! Dat de naam van Jezus een bijzondere kracht heeft, waarvoor, zoals ik duidelijk heb ondervonden, zelfs de machten der onderwereld heel veel eerbied hebben, heb ik vandaag in de synagoge gezien; maar dat ook lichamelijke ziekten, van welke aard dan ook, zich voor deze naam moeten buigen, dat zagen mijn ogen nu pas hier. Heus, achter deze J ezus moet nog veel meer steken dan alleen maar een op Elia lijkende profeet, want door diens naam is zover ik weet nog nooit een zieke genezen! Over deze naam, beste vrienden, zullen wij met elkaar nog veel te bespreken hebben!"
[12] Na deze woorden ging de overste naar de genezen man en vroeg hem of hij zich nu wel helemaal beter voelde!?
[13] De GENEZEN MAN antwoordt: "Zo gezond als ik nu ben, was ik mijn hele leven nog niet, - en ik ben al vijftig, dan ben ik toch wel genezen, denkt u ook niet!?"
[14] De OVERSTE prijst hem en geeft hem een mooi goudstuk.
[15] Maar de GENEZEN MAN schuift het terug met de woorden: "Heer, er zijn hier in Nazareth nog veel armere mensen, - geef het aan hen! Ik kan nu werken, en dat is voor mij rijkdom genoeg!"
[16] De OVERSTE zegt: "Dat is nog eens onbaatzuchtig! Echt, dat had ik niet achter je gezocht! Wel, ik ben overste van de synagoge hier in Nazareth en van geheel Galiléa en heb mijn residentie hier en niet in Kapérnaum, je zult me dus wel weten te vinden als je ooit in nood mocht zitten!"
[17] De GENEZEN MAN zegt: "Er zijn maar weinig goede mensen en daarom moet iedere arme weten wie dat zijn, en naar hen toegaan als hij hulp nodig heeft! Ik dank u voor dit aanbod. Als ik hulp nodig heb, zal ik beslist naar u toekomen."
[18] Na deze woorden staan de drie op, de genezen man en zijn twee helpers, danken Borus en de overste en gaan welgemoed naar huis. Hun gehuurde woning stond een paar honderd passen buiten de stad, net als Mijn huis, dat zoals bekend ook buiten Nazareth stond, maar dan net aan de tegenovergestelde uitgang.
[19] Na dit voorval in het huis van Borus praat men nog lang na, en het gezelschap gaat pas na middernacht uit elkaar. Moeder Maria blijft nog te gast bij Borus, waar ze goed verzorgd wordt en veel troost ondervindt. Mijn twee oudste broers, die thuis gebleven zijn, zorgen voor het hele huishouden en Borus verschaft ze alles wat ze ook maar nodig hebben. En zo leven Mijn vrienden in Nazareth in goede eendracht tesamen tijdens Mijn persoonlijke afwezigheid, en houden zich overdag bezig met Mij, Mijn leer en Mijn daden, waarvan ze zelf getuige waren geweest.
[20] De nieuwe overste onderzoekt alles steeds intensiever, maar hij vindt niets wat zijn argwaan bevestigt. Hij was namelijk ook een van die mensen, die een geheugen hebben als een zeef, en vergeten wat ze hebben beloofd. En daarom hadden Chiwar en Roban iedere dag nieuwe moeilijkheden met de overigens brave mens, die altijd heel rechtvaardig wilde zijn en handelen, maar daarbij steeds weifelde tussen allerlei principes van recht en onrecht, want hij vroeg altijd maar, wat nu toch eigenlijk 'rechtvaardig' is.
[21] En ook al toonde men hem duizendmaal duidelijk aan dat het eigenlijke recht nergens anders uit bestaan kan, dan alleen maar uit het leven van de mens volgens de geboden van God, dan begreep hij het de ene dag heel goed, maar een dag later had hij al weer zoveel verstandelijke overwegingen daartegen, dat Chiwar het er vaak erg moeilijk mee had om alles te weerleggen. En Chiwar begreep nu, waarom Ik hem gezegd had, dat hij de overste steeds goed in de gaten moest houden omdat hij nog lang niet geheel te vertrouwen zou zijn.
[22] De kracht van Mijn naam maakte nog de meeste indruk op de overste. Was hij vaak onuitstaanbaar, dan kon Chiwar hem het best weer op de goede weg helpen door Mijn naam te noemen. Maar Borus had de meeste invloed op hem en kreeg hem altijd voor minstens een paar dagen zover dat hij vast in Mijn naam geloofde.
[23] Dit is zo globaal wat de Nazareeërs deden nadat Ik op reis ging. Maar nu gaan we weer terug naar Mijzelf en datgene, wat Ik na Mijn vertrek 's avonds uit Nazareth verder heb gedaan en geleerd, en waarheen en hoe Ik gegaan ben.
«« 94 / 244 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.