[2] Ziezo, dat is dus de vloer waarop we nu staan; hij is als het machtig stralende etheroppervlak van een zon, en toch zo hard als diamant. Wat zeggen jullie van deze eindeloze pracht? Jullie zijn sprakeloos en kunnen geen woord uitbrengen. Ja, mijn lieve vrienden en broeders, dat is ook volkomen begrijpelijk want waar het ons, aan licht gewende geesten van de hemel, moeilijk wordt om te spreken, zal het voor jullie toch zeker nog veel moeilijker worden, daar jullie nog nooit van een soortgelijke, onmetelijke, overvloedige lichtverhevenheid in je gemoed iets te zien hebben gekregen.
[3] We laten dit nu rusten; de vloer hebben we bekeken en we richten nu onze blik naar de onuitsprekelijk prachtige omheining van dit grote plateau. We zien eerst een witte balustrade die dit hele grote plateau omgeeft, maar telkens om de tien klafter rijst er vanaf de balustrade een meer dan honderd klafter hoge obelisk omhoog. Zijn stralende kleur is eveneens verblindend wit, maar kijk, op de top is elke obelisk versierd met een tamelijk grote bol die soms rood, soms groen, soms blauw, soms violet, soms geel, en zo nog door verscheidene kleurnuances heen prachtig straalt. Het lijkt wel alsof er bovenop elke obelisk, waarvan er rondom dit grote vrije plateau honderden zijn, een echte zon staat die deze open plaats heel sterk verlicht.
[4] Men zou hier inderdaad kunnen zeggen: waarom zijn er op zo'n centrale zon nog zoveel lichtgevende voorwerpen? Het zou voor het oog weldadiger zijn als er een vermindering in plaats van zo'n versterking van het licht zou zijn. Ik zeg jullie: daarvoor is juist gezorgd door de opstelling van zulke krachtig schijnende voorwerpen. Dat is, zeggen jullie, niet zo gemakkelijk te begrijpen. Maar ik zeg jullie dat dit heel natuurlijk is en gemakkelijk kan worden begrepen. Op welke manier dan? Daarvoor, mijn lieve vrienden, zijn er op aarde ook al een heleboel voor de hand liggende voorbeelden, zowel op natuurlijk als op geestelijk gebied.
[5] Kijk, als bij jullie in de zomer alle vegetatie in het wit tevoorschijn zou komen en wel zo wit als de sneeuw in de winter, dan kan ik jullie stellig verzekeren dat jullie overdag niet naar buiten zouden kunnen gaan zonder binnen korte tijd door de buitengewone sterkte van het licht totaal te smelten en op te lossen, want de stralen van de zon vallen tijdens de zomer te intensief op het oppervlak van dat deel van de aarde dat jullie bewonen. Maar in de winter heeft de witte kleur een goede uitwerking, want zonder deze kleur zou het licht te weinig effect hebben en na verloop van tijd zou de kou zo zeer toenemen, dat jullie het onmogelijk in de buitenlucht zouden kunnen uithouden. De witte kleur van de sneeuw echter werpt het licht weer terug en zo wordt de lucht achteraf opgewarmd.
[6] Maar 's zomers moet de vegetatie het oppervlak van de aarde met bonte kleuren bedekken. Door deze wijze voorziening wordt het werkzaamste deel van de intensieve zonnestraal geabsorbeerd en alleen het milde deel ervan kaatst vanaf het bontgekleurde aardoppervlak weer terug. Jullie zouden ook een soortgelijk fenomeen kunstmatig in het klein kunnen uitproberen en daarvoor reik ik jullie het volgende aan:
[7] Plaats 's nachts midden op een tafel een heel fel schijnende lamp. Wanneer jullie naar deze ene lamp kijken, zal haar licht pijn doen aan jullie ogen. Maar als jullie wat meer lampen om de witvlammende heen zetten en jullie plaatsen over hun witte vlammen verschillend gekleurde glazen cilinders, dan zullen jullie licht van allerlei kleuren krijgen, dat wil zeggen dat elk van de lampen die rondom de witvlammende staan een anders gekleurd licht zal uitstralen. Maar welk effect zal dat hebben? Het effect is, dat jullie zonder enig probleem in het licht van de witte lamp in het midden kunnen kijken, waarbij het jullie zal voorkomen alsof het in jullie kamer bij het branden van minstens tien lampen donkerder is geworden dan eerst bij het branden van die ene witte lamp. Dat dit juist is, toont jullie dagelijks de hele natuur, zoals ook de daaruit geputte ervaring dat doet op de manier zoals ik jullie zo-even verteld heb.
[8] Geestelijk gezien moet dit echter ook juist zijn. Waarom wel? Omdat het in geestelijke zin eerder voorhanden moet zijn dan in de natuur. Is het geestelijk juist, dan is ook het onomstotelijke bewijs voor de natuurlijke juistheid geleverd. Zou het moeilijk zijn om de geestelijke juistheid te bewijzen? O nee! Jullie zelf hebben daarvoor al een heel goed spreekwoord dat in deze aangelegenheid meer dan voldoende duidelijkheid verschaft. Dit spreekwoord luidt: Ex omnibus aliquid et in toto nihil. In de zielenlichtkamer van een mens die in alle vakken van het menselijk weten bedreven wil zijn zal het zeker heel bontgekleurd stralen. Worden echter al deze stralen gebundeld dan zullen ze, om 's nachts een vertrek te verlichten nauwelijks meer kracht hebben dan hoogstens die van glimwormpjes. Ook geestelijk gezien zal zo'n effect heel duidelijk tot uiting komen, want zulke veelzijdig wetenschappelijk ontwikkelde mensen zijn, evenmin in de afzonderlijke delen als in het geheel, bekwaam om over een en ander een in alle opzichten bevredigende mening ten beste te geven.
[9] Ik denk dat dit zo duidelijk is uitgelegd, dat we daarover verder met geen woord meer hoeven te reppen. Daarom kunnen we ons goed geïnformeerd weer op ons prachtige vrije plateau richten, want we hebben nu voldoende inzicht om te kunnen begrijpen met welk doel hier zulke lichtschakeringen zijn aangebracht. Hiermee hebben we de vloer en de omheining van dit plateau voldoende bekeken.
[10] Maar kijk nu nog eens naar het midden van dit grote open terras. Daar verheft zich nog een machtig groot zuilenrondeel dat aan de bovenkant met een donkerrood stralende kroon is bedekt. Deze kroon wordt gedragen door dertig zuilen, die twee klafter van elkaar af staan. In het midden van dit zuilenrondeel ontdekken jullie een karmijnrood altaar, waarop het ons bekende dwars over elkaar gestapelde hout ligt. Daarheen zullen we ons ook meteen begeven, en goed opletten wat zich op deze prachtige open vlakte nog allemaal zal afspelen. Tevens maak ik jullie er ook nog op attent dat juist dit geweldige zuilenrondeel, waarvan de zuilen een helder lichtblauwe kleur hebben, de twaalfde verdieping van dit gebouw vormt, die jullie tot nu toe gemist hebben en vanuit de verte hebben gezien. Nu we op deze plek klaar zijn, begeven we ons dadelijk naar het rondeel en wachten daar af wat zich voor onze ogen zal afspelen. - Daar gaan we dan.
«« 55 / 127 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.