[2] De vreemdeling zegt: 'Beste vrienden, wat de eerste vraag betreft moet Ik jullie zeggen, dat juist Ikzelf de grootste gelijkenis met Hem vertoon. Persoonlijk ziet Hij er net zo uit als Ik. Ook Zijn stem is net als de Mijne. Waarlijk, wie Mij ziet, ziet werkelijk het volkomen evenbeeld van Jezus de Heer! Jullie hoeven Mij dus maar werkelijk goed aan te kijken en jullie zien al zo veel als Jezus Zelf, wat Zijn uiterlijk betreft.
[3] Wat echter het 'waar' betreft, is het antwoord wat moeilijker, alhoewel tenslotte alles op hetzelfde neerkomt. Doorgaans woont Hij in het eeuwige Oosten, en vanuit een aards, natuurlijk standpunt bezien in de buurt van het sterrenbeeld 'Leeuw' en wel in de overeenkomstige geestelijke centraalzon, die de natuurlijke centraalzon genaamd Regulus, omvat, en bovendien de gehele oneindigheid. Hebben jullie Mij goed begrepen?'
[4] De graaf zegt: 'Ja, zo min of meer, maar dat je je daarbij wat onbegrijpelijk hebt uitgelaten over het 'waar', zal ieder van ons wel hebben gemerkt. Hoe dan jouw persoonlijke gelijkenis met Jezus en Zijn werkelijke 'waar' tenslotte op een en hetzelfde kunnen neerkomen, dat, beste vriend, gaat me een beetje te ver. Want wat heeft jouw toevallige gelijkenis met het werkelijke 'waar' van de Heer Jezus te maken? Hoe kan dat samenvallen? Je moet je in je ijver misschien toch een beetje versproken hebben. Wees dus zo goed om ons deze zaak wat duidelijker uit te leggen.'
[5] De vreemdeling zegt: 'Ja, mijn beste Bathianyi, kijk, zo is het hier nu eenmaal. Hier hoeft het iemand niet allemaal in één keer duidelijk te zijn. Zie je dan niet hoe deze omgeving niet in één keer vrij van nevel wil worden? Zo gaat het ook met menig antwoord. Een volledig antwoord maakt de geest traag, omdat hij verder niets meer te vragen heeft. Is echter het antwoord wat duister, dan wordt de geest uitermate ijverig om zich daarin weer meer duidelijkheid te verschaffen. Kijk, over het uiterlijk van Jezus heb je geen verdere bezwaren geopperd. Jouw geest viel na dit duidelijke antwoord meteen weer terug in zijn trage rust en vroeg niet verder, maar de vaagheid van het tweede antwoord wekte hem weer en dwong je toen verder te vragen. En dat is goed! Heb daarom in het vervolg maar geen scrupules over eventueel opkomende twijfels, want op het juiste moment zal alles je duidelijk worden.'
[6] De graaf zegt: 'Dat is allemaal heel mooi, goed en waar, maar het is en blijft zeer mysterieus!' De franciscaan valt hem in de rede: 'Ja, ja, mysterieus en nog eens mysterieus! Wij moeten blij zijn, dat deze vriend ons zo veel opheldering geeft, maar niet zijn voortreffelijke woorden nog bekritiseren. Ik heb niet de minste moeite met het tweede antwoord, maar u, heer graaf, zou wel weer de hele hand willen, waar u een vinger wordt toegestoken. Ik zie daarin werkelijk niet de hoffelijkheid, die u toch anders zo eigen was!' De graaf zegt: 'Vriend, dat gaat u niets aan. Als u traag van geest bent, blijft u dat dan maar, maar van mijn geest hoeft u geen traagheid te verwachten!'
[7] De vreemdeling zegt: 'Rustig, rustig vrienden! Met zo'n ijver is niets groots of waars te bereiken. Moge de liefde jullie leiden!'
«« 140 / 150 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.