[2] Cado zegt: 'Welja, jij en boete doen, dat past mooi bij elkaar! Begrijp jij dan wat ware boetedoening betekent? Denk je dat boete bestaat uit een haren kleed en zak en as? Of geloof je naar rooms gebruik iets te moeten doen om de ware zondenvergeving te verkrijgen? Hoewel ik evenals jij, vergeleken bij de Godheid, een duivel ben, denk ik toch dat echt boetedoen betekent dat men het slechte, dat tegen Gods ordening indruist, vrijwillig verlaat en zijn wil vast en onwrikbaar onder de banier van Gods eeuwige ordening plaatst en vervolgens zelf standvastig datgene wil, waarvan men erkent dat het overeenstemt met de goddelijke ordening. Wanneer je zo zult handelen vanuit jouw nieuw geordende wil, zul je ook de juiste boete doen, maar een haren kleed, zak en as, generale biecht, communie en voor mijn part een miljoen missen behoren tot de grootste menselijke dwaasheden, omdat ze de mens alleen maar slechter maken. Alleen door mijn wil alleen kan ik beter worden. Al het andere heeft geen waarde, noch voor de betere geesten noch voor God.
[3] Jij weet ook wat elke geest door zijn hogere wijsheid nauwkeurig kan doorgronden. Wil daarom niets vanuit jezelf, maar slechts vanuit mijn wil, dan zul je spoedig verlost zijn van hetgeen je gevangen houdt. Zolang je bij mij echter nog aan zult komen met de restanten van je eigen starre wil, zal het met jou nog lang niet beter gaan. Kijk, aan wijsheid en gedegen inzicht heeft het je nooit ontbroken, maar wel aan goede wil; daarom ben jij de bron geworden van alles wat slecht en kwaad is! Wanneer een wezen echter goed en edel wil worden, moet het met zijn oorspronkelijke, ongecultiveerde wil hetzelfde experiment uitvoeren als een tuinman op aarde doet met een wilde boom: hij snijdt de kruin eraf, splijt de romp en plaatst er een edele twijg in. Dan groeit daaruit een nieuwe, edele en goede fruitboom. Dat moet jij ook doen met de oude, wilde boom van jouw wil! Ook al mocht het je een tijdje verdriet doen dat je de oude kruin moet laten verwijderen, trek je daar dan toch niet te veel van aan, want in plaats daarvan zul je een mooiere, betere en edeler kroon ontvangen.'
[4] Minerva zegt: 'Cado, je bent weliswaar zo eigenzinnig als een duivel, maar tegelijkertijd ook zo wijs als een God!' Cado zegt weer: 'Wat heb ik aan mijn wijsheid als niemand behalve ikzelf haar ter harte neemt! Ik preek voor dovemansoren en aan blinden vertoon ik mijn kunsten! Ik heb, bij God de Almachtige, tot nu toe meer dan genoeg gepraat, maar wat baat dat allemaal? Ik toonde je aan waarom je jouw wil helemaal aan mijn wil ondergeschikt moet maken, maar je hebt duizend uitvluchten en als je al iets doet, dan doe je het nooit meteen en ook nooit helemaal zoals het moet en ik het wil hebben. Als je mij nu wijs vindt als een God, waarom doe je dan niet dadelijk wat ik van je verlang? Het prachtigste gewaad ligt voor je en werpt zijn machtige stralenglans als een centraalzon in de verre oneindigheid, maar zijn machtige licht, dat ertoe bestemd is om haar stralen tot jouw innerlijk wezen te laten doordringen, doet daartoe nog steeds vergeefse moeite. Waarom dan? Geef mij daarvoor eens een reden op!'
[5] Minerva zegt: 'Ik heb je de reden al opgegeven, maar jij hebt haar weerlegd met jouw scherpzinnige wijsheid. Desondanks blijf ik er toch bij dat ik me veel te onwaardig voel om dit goddelijke gewaad als een of ander gewoon vod aan te trekken. Een andere reden kan ik je onmogelijk opgeven, al zou je je daar nog zo over ergeren. Trek jij het aan als jij daarvoor de moed hebt, dan zal ik je voorbeeld volgen. Trouwens nog iets: hoe zou het er dan op aarde en op alle andere werelden uitzien als ik dit gewaad zou aantrekken? Zal het de daar nieuw te vormen, nog in de grofste materie gehulde geesten beter of misschien nog slechter vergaan? Geef mij een begrijpelijke uitleg, dan zal ik onmiddellijk alles doen wat en zoals jij het wenst.'
[6] Cado zegt: 'Ik had wel gedacht dat ze inderdaad nog weer een uitvlucht zou vinden om de zaak te vertragen! O, jij totaal hopeloos wezen! Wat gaan de aarde en alle andere talloze werelden ons nu toch aan? De Godheid zal wel heel goed weten wat zij daarmee gaat doen. Hoe de mensen op de aarde of op de zon van nu af aan met elkaar zullen leven, heeft met ons niets te maken. Wij leven en handelen alleen voor onszelf. Ik heb je al eerder duidelijk gezegd dat jou iedere invloed op de hemellichamen is ontnomen, en wel sinds de menswording van de Godheid, waarbij een tweede Adam uit God de gehele schepping met al haar kwaad op Zijn eigen schouders nam en nu alles leidt zoals Zijn eeuwige ordening het verlangt. Daarom heb je van nu af aan voor niets anders meer te zorgen dan enkel voor jezelf. Trek het gewaad aan, dan zal wel duidelijk worden wat er verder moet gebeuren!'
[7] Minerva zegt: 'O jij levend boek, je spreekt werkelijk alsof je een leerling van Salomo was, maar ik zie nu in dat je enerzijds toch gelijk hebt. En dus zal ik mij dan voor jou in een protserige pauw veranderen en een echt dom hoogmoedig en ijdel persoon spelen omdat jij daar zo' n groot plezier in hebt. Zul jij je dan beter voelen als je mij van louter glans niet zult kunnen aankijken? Ik trek het nu aan, maar kom niet meteen weer met een andere wens aanzetten!'
«« 32 / 153 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.