In het huis van de engel Petrus - Een verklarend woord van de engel over Luther - Martinus' aanstelling als schaapherder

Jakob Lorber - Bisschop Martinus

«« 5 / 204 »»
[1] Toen beiden in het huis kwamen, dat zeer eenvoudig en alleen met het allernoodzakelijkste was ingericht, ontdekte onze bisschop op een kleine, drie hoekige tafel de lutherse bijbel van het Oude en Nieuwe Testament en dat maakt hem zichtbaar verlegen.
[2] Dit merkte DE ENGEL PETRUS direct en hij zei tegen hem: 'Wat heeft Luther je ooit gedaan, dat jij uit verachting voor deze man ook zijn zo getrouw mogelijke bijbelvertaling, waarin niets anders dan het zuivere Woord van God staat, mede veracht?
[3] Kijk, al was Luther ook niet geheel en al een man waarvan men zeggen kan: 'Het was een man naar Gods hart!', toch was hij heel wat beter dan velen uit jouw kerk die de enige rechtvaardigen en volmaaksten willen zijn, terwijl zij in wezen de onvolmaaksten en allerlaatsten zijn! Maar hij alleen had de moed om midden in de ergste nacht van Babel aan de mensheid het zuivere Woord van God terug te geven en haar daardoor op de juiste weg van de Heer te brengen!
[4] Al waren op deze weg ook wel enige duistere plaatsen te vinden – wat natuurlijke gevolgen waren van de nog sterke invloed van Babel (Rome) -, toch was zijn leer volgens het zuivere Woord van de Heer, vergeleken met de oude dwaalleer van Rome, als een middagzon ten opzichte van het zwakke schijnsel van het moeraslicht in een stikdonkere nacht!
[5] Wanneer Luther dat in Naam van de Heer heeft gedaan, zeg mij dan, welke reden jij wel hebt om deze waardige man af te wijzen en zo te verachten?'
[6] DE BISSCHOP zegt: 'Ik veracht hem niet direct; maar je weet, wanneer men lang de slaaf van een partij is geweest, dan heeft men mettertijd een kunstmatige haat tegen diegene opgebouwd, die door zijn partij bij duizend gelegenheden werd vervloekt en verdoemd. Dat is ook bij mij het geval. Ik hoop dat God mij helpen zal, al mijn van de aarde meegebrachte dwaasheden van a tot z af te leggen. Stoor je daarom niet aan mij, het zal met mij hopelijk nog wel beter worden!'
[7] DE ENGEL PETRUS zegt: 'O broeder, maan niet mij, maar alleen jezelf tot geduld. Want je weet nog niet, wat je allemaal zult tegenkomen. Maar ik weet het en moet daarom zo met jou handelen, dat je in de waarheid gesterkt wordt om de beproevingen, die je vele malen op de weg naar de Heer zult tegenkomen, krachtig tegemoet te kunnen treden.
[8] Kijk uit het raam! Zie je daar de vele duizenden schapen en lammeren die vrolijk door elkaar springen en dartelen?
[9] Hier is een boek, waarin hun namen opgetekend staan; neem het en roep ze daaruit allen bij hun naam! Wanneer zij in jouw roep de stem van de echte herder zullen herkennen, zullen zij snel naar je toe komen. Herkennen zij echter in jouw stem een huurling, dan zullen zij zich verspreiden en van je weg vluchten. Als zo iets gebeurt, mor dan niet, maar erken dat je een huurling bent; er zal dan een andere herder naar je toekomen die jou zal leren, hoe je schapen en lammeren moet weiden en roepen!
[10] Neem nu dit boek, ga naar buiten en doe zoals ik je heb aangeraden!'
«« 5 / 204 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.