[2] Op een planeet gaat de religie over vanuit het natuurlijke naar het geestelijke, en dus overheerst noodzakelijkerwijze ook het materiële boven het geestelijke. - Op de zon is precies het omgekeerde het geval. De religie gaat daar vanuit het geestelijke in het materiële over en manifesteert zich als de scheppende, wezenlijke grondslag van alle dingen daar. Om deze reden overheerst daar dan ook het geestelijke boven het materiële.
[3] Om dit verschil nog duidelijker te maken, moeten jullie je de kwestie zo voorstellen: Als jullie de materie en de daaruit gevormde producten van bewoners van de een of andere planeet voor je zien, bewonderen jullie die; en als jullie ze scherpzinnig bekijken, zal iedereen beslist vragen: Hoe ontstaat of ontstond dit of dat? Wat is daar de oorzaak van? - Door dergelijke vragen en eventueel daarop gegeven antwoorden verdiepen jullie je er steeds meer in. En als jullie volgens de juiste regels onderzoeken en zoeken, zullen jullie uiteindelijk noodzakelijkerwijze bij het geestelijke uitkomen, dus bij een zelfstandig leven, doordat jullie de bewegingloze, dode materie tenslotte toeroepen: Ik kan mijzelf toch onmogelijk zelf gevormd en nog minder tot leven gebracht hebben! - Met andere woorden: daarmee gaan jullie de antisolaire weg - vanuit het materiële over naar het geestelijke.
[4] Op de zon is de weg precies andersom, zoals hierboven al gezegd is. Daar kijkt niemand naar het ding, dat voor hem is, maar zijn eerste blik richt zich op de oorzaak, en van daaruit volgt hij dan stap voor stap de wegen, waarlangs vanuit het geestelijke een natuurlijke wezensvorm geboren of ontwikkeld is - en deze weg wordt dan de ‘solaire’ weg genoemd.
[5] Deze weg volgt bij jullie zelfs iedere openbaring: deze gaat vanuit het geestelijke over in het materiële. Om die reden moeten de uiterlijke vormen dan niet zelden tegenstrijdig lijken, terwijl ze van binnenuit komen, uit de allerhoogste en juist berekende orde.
[6] Om jullie dit duidelijker te maken, zal Ik jullie slechts een klein voorbeeld geven.: Kijk maar eens naar een oude boom! Vooropgesteld dat die helemaal gezond is, zouden jullie hem het best kunnen bekijken door zijn stam dwars door te zagen en daarna vanuit zijn kern met scherpe blik alle steeds wanordelijker wordende jaarringen rond de kern te bekijken - tot jullie bij zijn buitenste, grove bast zouden komen. Als jullie dan zouden zien hoe de kern en de directe omgeving ervan volkomen ordelijk gevormd is, valt toch wel te voorzien dat jullie door een grote bewondering over zo’n grote orde aangegrepen zouden worden. Maar als jullie dan gaan kijken naar de steeds verder van de kern verwijderde jaarringen, zullen jullie wanordelijke ringen tegenkomen, en dan zullen jullie zeker vragen: Waar komt die wanorde vandaan? Die is immers duidelijk in tegenspraak met de volmaakt ronde kern. Want wij ontdekken daar uit- en inbochtingen van niet zelden een tot drie duim, en toch is de kern rond! Wat heeft deze jaarring hier eigenlijk naar binnen gedrukt en daar weer naar buiten geduwd? - En als jullie dan tenslotte bij de buitenste bast komen - zeg Mij: waaruit zullen jullie de ruwe groeven in de boom verklaren? - Jullie zullen ongetwijfeld moeten zeggen: Hoe meer wij dit in het licht bekijken, des te grotere tegenstrijdigheid vinden wij tussen de kern en het uiterlijke omhulsel van de boom. - Kijk, dat leert één enkele doorsnede van een boom jullie al!
[7] Maar opdat de kwestie jullie nog duidelijker wordt, zullen wij die nog iets meer belichten. - Als jullie bijvoorbeeld de boom op verschillende plaatsen doorzagen en deze doorsneden met steeds dezelfde kern met elkaar zouden vergelijken, hoe geweldig verschillend zouden jullie zien dat ze zijn! - Maar deze verschillen zijn nog te weinig opvallend. Daarom zullen we de kwestie nog iets diepgaander beschouwen!
[8] Laten we als voorbeeld het zaad van een boom nemen! Jullie zouden bijvoorbeeld honderd eikels met elkaar kunnen vergelijken, ja ze zelfs wegen. Als jullie verder de volmaakt mooie vruchten van deze boom bekijken, zullen er daarbij nauwelijks merkbare verschillen voorkomen. En als jullie bovendien nog de kiemen uit de zaden losmaken en die op zichzelf onder de microscoop bekijken, zullen jullie in ieder kiempuntje een en dezelfde orde aantreffen. - Maar laten we nu, Mijn geliefden, de moeite nemen om een kleine wandeling door een eikenbos te maken! - Ho, ho, zullen, daar ziet er niet één boom hetzelfde uit! Deze heeft zulke takken, die weer andere, en er zijn er geen twee in het hele bos die qua vorm op elkaar lijken! Jullie zullen wellicht menen dat er misschien in de wortels een grotere orde heerst, die steeds meer overeenkomt met die van de kiem? - Laten we de bomen maar uitgraven; want in de geest is dat heel goed mogelijk. Bekijk de wortels maar, en zie hoe ze even sterk van elkaar verschillen als de stammen en kronen van de bomen zelf!
[9] Als jullie daar even over nadenken, moeten jullie dan niet overeenkomstig de waarheid uitroepen: Wat een wanorde, wat een tegenstrijdigheid met de buitengewoon overeenstemmende en gelijkmatige orde in de kiem! - Hoe kan er uit zo’n orde zo’n tegenstrijdige wanorde ontstaan, die zich in alle stammen, takken en twijgen uitdrukt!
[10] Kijk, dat is wat voor jullie zo buitengewoon noodzakelijk is om goed te begrijpen, als jullie door de letterlijke betekenis heen voordeel willen hebben van iedere uiterlijke, vormelijke geestelijke openbaring. Want het geestelijke is een in zichzelf bepaalde kracht en is in zichzelf in de grootste orde. Wanneer deze kracht echter naar buiten treedt en zich wil uiten, dan moet zij zich toch - aangezien zij zelf de grootste orde is - wel realiseren welke mogelijkheden ze heeft om zich tegenover de uiterlijke omstandigheden te uiten, om in de eerste plaats haar oorspronkelijke, eigen gesteldheid niet uit het oog te verliezen, maar voor het overige zodanig te werken, dat zij ook met de uiterlijke omstandigheden in harmonie verkeert.
[11] Kijk, daaruit zal toch wel enigszins duidelijk worden dat Ik, die de oerkracht Zelf ben, wanneer Ik Mij vanuit de allerzuiverste geestelijke, eeuwige orde tegenover de uiterlijke wereld wil uiten, ook steeds deze twee regels uiterst nauwkeurig in acht neem, aangezien Ik ze zelf ingesteld heb; en dat doe Ik, doordat er bij een openbaring aan het eigenlijke Goddelijk-Heilige in Zijn volheid geen afbreuk wordt gedaan, maar Het overal in zijn allerhoogste volmaakte gesteldheid innerlijk aanwezig moet zijn. Wat echter het in een vorm uitdrukken naar buiten toe betreft, dat moet zich op zijn beurt toch voegen naar de uiterlijke omstandigheden en dus noodzakelijkerwijze in de uiterlijke verschijningsvormen in allerlei opzichten tegenstrijdig naar voren treden, terwijl het in zichzelf toch de allerhoogste harmonie overeenkomstig de orde bezit - evenals de eikenbomen als zodanig qua bouw dus toch steeds hetzelfde zijn en, te oordelen naar hun voortbrengselen, steeds op dezelfde fundamentele orde stoelen, ook al schijnen ze qua uiterlijke vorm nog zo tegenstrijdig met elkaar te zijn.
[12] Maar zullen nu niet sommigen zeggen: Hoe harmonieert deze uitleg eigenlijk met de religie van de bewoners van de zevende gordel? - Maar Ik zeg: Uit het navolgende zal wel blijken hoe nodig deze uitleg was om het terrein van de religie alsook al het overige - niet alleen van de bewoners van de zevende gordel, maar ook van alle andere gordels - in zijn ware grondslag te begrijpen en daaruit het juiste voordeel te halen.
[13] Ik heb eerder al gezegd, dat in de loop van deze gehele mededeling, bij het beschrijven van de religie van deze bewoners van de zevende ring nogal wat schijnbare tegenstrijdigheden opgelost zullen worden. - Hoe zouden jullie dat ooit kalm en zeker inzien, zonder de uitleg die Ik nu vooraf heb laten gaan? - Maar nu jullie dit weten, zal het verder ook niet zo heel moeilijk meer zijn om al die dingen voor jullie recht te zetten en jullie het verschil tussen de solaire en antisolaire werking te tonen.
[14] Om die reden zullen we met het gebied van de religie eigenlijk dan ook pas in de volgende mededeling beginnen. - Genoeg dus voor vandaag!
«« 68 / 74 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.