De ziel van Satana

Jakob Lorber - Aarde en Maan

«« 53 / 80 »»
[1] We hebben al aangevoerd dat een ziel, omdat ze uit talloze substantiële intelligentiepartikeltjes bestaat, of om nog duidelijker te zijn uit talloze miniatuurbegrippen, ook weer kan worden gedeeld, hetzij in een totale oplossing of in bepaalde compendia, die al naar gelang het aantal en de soort, aan de in hen samengevoegde enkelvoudige intelligentiedeeltjes verschillende overeenkomstige vormen en gestalten geven.
[2] Voorbeelden daarvan zijn in grote hoeveelheid op en in de aarde te vinden. Kijk maar naar de verschillende metaalsoorten en de verschillende planten en dieren, dan heeft men dadelijk voorbeelden te over en kan men zien tot welke zeldzame modellen de ziele compendia zich kunnen vormen.
[3] Dat zijn weliswaar materiële soorten, maar het zijn nu eenmaal materiële uiterlijke vormen of typen van de innerlijke zielevormen. Want de uiterlijke vorm kan alleen maar zodanig zijn, dat zij in ruimtelijk opzicht geheel met het innerlijke overeenkomt, - of: zoals de innerlijke kracht is, zo is de uiterlijke werking.
[4] Zo'n deling van de ziel vond ook plaats bij de schepping van het eerste mensenpaar, toen uit één ziel twee ontstonden. Want er wordt niet gezegd dat de Schepper ook Eva een levende adem in haar neusgaten blies, maar Eva kwam met lijf en ziel uit Adam voort; en in deze tweede ziel werd ook een onsterfelijke geest gelegd en zo kwamen uit één mens en uit één ziel twee en waren toch één vlees en één ziel. Zo' n deling van de ziel kan men ook bij kinderen en ouders gemakkelijk herkennen; want dat de ziel van de kinderen ook gedeeltelijk uit de ziel van de ouders is genomen, bewijst de fysiognomische gelijkenis van de kinderen met de ouders. Wat daarin vreemdsoortig is, blijft vreemdsoortig en lijkt fysiognomisch niet op de verwekkers. Wat echter van deze afkomstig is, dat is duidelijk te zien aan de gelijkenis met de ouders en de ouders herkennen hun kinderen hierdoor. Uit deze aangehaalde voorbeelden laat zich de deelbaarheid van de ziel gemakkelijk herkennen en begrijpen.
[5] Nog opvallender blijkt deze deelbaarheid in de geestelijke wereld uit talloze zeer zeldzame verschijnselen. Een ziel wier levenswandel op aarde veel te wensen overliet, of wier gedrag niet in stralende paragrafen van het levens boek staat geschreven of niet in alle opzichten door het evangelie werd bepaald, verschijnt in de geestelijke wereld onvermijdelijk in de meest verschillende gestalten, die tot de afschuwelijkste diergestalten terug te voeren zijn. De reden daarvan is dat de ziel door het aardse leven een hoeveelheid specifica, die nodig waren voor haar vorming, verkwist heeft. Deze zijn, nadat de ziel van het lichaam gescheiden is, niet meer aanwezig en daarom is de gedaante van de ziel buiten haar lichaam dan zeer onvolkomen. Ook hebben veel zielen sterke zinnelijke neigingen en krijgen daardoor een overmaat van de voor hun wezen niet meer deugdelijke specifica. Zulke zielen krijgen dan in de geestelijke wereld, zodra ze zich buiten hun lichaam bevinden, heel veel van de zeldzaamste en gruwelijkste uitwassen. De koppigen bijvoorbeeld, want koppigheid is namelijk nog een dierlijke eigenschap, krijgen al naar gelang van de mate van hun koppigheid geweien en horens. Ontuchtigen die zich alleen maar met de vrouwelijke geslachtsdelen bezighouden, zitten vol met vrouwelijke geslachtsdelen en ook omgekeerd het vrouwelijke geslacht vol met mannelijke geslachtsdelen.
[6] In de mate waarin een mens hier een uitgesproken zinnelijke neiging heeft, zal deze in de ziel tot uitdrukking komen door een overmaat aan zulke substantiële intelligentiespecifica, die volgens de regels van het levensboek en volgens de vastgestelde orde, niet meer tot de zuiver menselijke vorm van de ziel behoren.
[7] Bij veel mensen zijn dergelijke abnormaliteiten van de ziel al in het nog op aarde zijnde lichaam zichtbaar, maar dat is niet altijd het geval, omdat het lichaam niet zo gemakkelijk vreemde specifica opneemt als de ziel; alleen als de ziel te vroegtijdig of soms tengevolge van de zonden van de ouders ondeugdelijke specifica heeft opgenomen, dan worden ze, als het lichaam nog tot opname in staat is, daarop merkbaar overgedragen.
[8] Door deze uiteenzetting zal hopelijk duidelijk zijn geworden, dat niet alleen de ziel die in de materie zichtbaar is vastgelegd kan worden gedeeld, maar ook de gebonden en de vrije ziel.
[9] We zeiden hierboven dat de hele materiële aarde een ziel van satan is; niet alleen de aarde, maar ook alle andere hemellichamen zijn uit deze ene ziel gevormd en in de hemellichamen werd zij al in talloze compendia gedeeld.
[10] Deze geest echter is niet deelbaar; maar waar hij als een eenheid in een grote of kleine ziel werd gelegd, daar blijft hij ook als eenheid. Al was de ziel van Lucifer ook nog zo groot, toch kon in hem niet meer dan één geest wonen en deze ene geest, die zijn eigen val heeft veroorzaakt, kan niet in al de talloos gedeelde compendia van zijn eens concrete oerziel wonen. Zijn woning is slechts tot deze door jullie bewoonde aarde beperkt. Alle andere hemellichamen, ofschoon ze delen zijn van deze voormalige ziel, worden niet door zijn geest bewoond. Daarom ook kunnen de mensen van die hemellichamen, ofschoon hun natuur meestal beter is dan die van de mensen op aarde, toch nooit die volkomen aan God gelijke hoogte bereiken als de kinderen van deze aarde. Hoewel deze in de geest het allerverst van God verwijderd en de allerlaatsten zijn, zijn ze juist daarom in geval van verbetering het allerhoogst en kunnen het meest aan God gelijk worden.
[11] En om deze reden koos Ik, als de Heer, juist deze aarde als toneel van Mijn grootste erbarming en schiep op haar bodem alle hemelen opnieuw.
[12] Elk mens die hier wordt geboren, krijgt een geest uit Mij en kan ontegenzeggelijk volgens de voorgeschreven ordening het volkomen kindschap van God verkrijgen.
[13] Op de andere hemellichamen echter krijgen de mensen geesten van de engelen. Want elke engel is een kind Gods en moet op deze aarde net zoals Ikzelf en zoals elke aartsengel, de weg van het vlees doormaken, waardoor hij dan ook de scheppende kracht in zich heeft, die hij uit de overvloed van zijn liefde en licht kan nemen en dan in de nieuw wordende mensen van andere planeten kan leggen en waardoor hij op deze manier als een God kinderen kan verwekken, die zijn naam dragen. Deze kinderen zijn derhalve slechts secundaire kinderen en geen werkelijke kinderen uit God, maar ze kunnen wel, op de weg van een nieuwe incarnatie op deze aarde, tot het kindschap van God komen.
[14] Het is aan de ene kant voor de mensen van deze aarde wel een nadeel dat ze zo vlak in de nabijheid van de meest boze geesten wonen, die hun veel last bezorgen, maar aan de andere kant hebben ze ook het oneindige voordeel, dat ze in de eerste plaats een krachtige geest uit God hebben, waarmee ze gemakkelijk, als ze maar willen, het kwaad van de meest kwaadaardige kunnen bestrijden, en ten tweede kunnen ze daarmee volkomen kinderen van God worden.
[15] Hier zou iemand wel de zwakke tegenwerping kunnen maken: waar werden geesten voor de mensen van andere planeten vandaan genomen in de tijd toen de aarde nog geen mensen droeg. Men zou toch kunnen veronderstellen dat andere, veel oudere, vooral zonnehemellichamen zeker al biljoenen jaren vroeger dan de aarde door menselijke wezens werden bewoond? Deze zwakke tegenwerping kan men ook alleen maar zwak beantwoorden: Die veel oudere hemellichamen ontstonden ten eerste, zoals hierboven al werd opgemerkt, uit één en dezelfde ziel. Dan, hoe groter de plant, des te meer tijd heeft zij nodig om vrucht te dragen.
[16] Leg een tarwekorrel en een eikel in de aarde en vraag je dan af welk zaad er eerder vrucht zal dragen! De tarwe zal in enkele maanden weer een tarwekorrel voortbrengen; bij de eik zullen vele jaren nodig zijn. Infusiediertjes kunnen in een minuut enige honderden generaties beleven, de olifant heeft twee jaar nodig voor hij een jong ter wereld brengt en tot hij volwassen wordt duurt het wel zo'n twintig jaar. Kijk dan eens naar het verschil tussen de infusiediertjes en de olifant; hoeveel generaties infusoriën zouden er wel in één olifantengeneratie gaan?
[17] Dit voorbeeld is duidelijk genoeg om in te zien dat, hoewel een oerzon hoogstens verschillende deciljoenen aardjaren ouder is dan de aarde, die toch ook al enkele quintiljoenen jaren telt, zij toch, omdat ze veel groter is dan de aarde, ook dien overeenkomstig veel later haar zaad tot rijping brengt. Want van tevoren is door Mij heel goed voorzien en berekend, dat de vruchten van alle hemellichamen rijp kunnen en moeten worden in dezelfde tijd dat het centrale punt van de geestelijke schepping zo ver gevorderd is, dat het zijn geestelijke levensovervloed in de vruchten van de andere hemellichamen kan inplanten.
[18] Het is waar dat bijvoorbeeld, voornamelijk op de jullie bekende oercentraalzon Urka, menselijke wezens hebben bestaan vóórdat de aarde van haar zon was afgescheiden. Maar deze menselijke wezens hebben ook een andere levensduur dan de mensen van deze aarde. Want als zo' n Urkamens nog maar tien Urkajaren oud is, dan is hij al ouder dan deze hele aarde, waaruit echter heel gemakkelijk te begrijpen is dat de eerstgeborenen van dit hemellichaam, nog heel goed tot op dit ogenblik ( * 1847) kunnen leven en nog anderen, die nu geboren worden, zo lang zullen leven als deze aarde zal bestaan. Het is daarom niet moeilijk in te zien dat die tijd lang genoeg was voor alle engelen benevens Mijzelf, om de weg van het vlees door te maken zodat ze reeds lang als Mijn kinderen uit de grote overvloed van hun leven nemen om aan de kinderen van andere hemellichamen leven in te kunnen planten.
[19] Nu is het voor ieder die geest en licht heeft wel duidelijk, dat ten eerste de ziel deelbaar is en dus ook heel in het bijzonder de oerziel van de eerstgeschapen oergeest. Ten tweede hebben we ook ingezien dat juist deze aarde dat deel uit de oerziel is, dat nog alleen maar door de oergeschapen geest wordt bewoond.
[20] Hierna zullen we, nu we dit weten, de deling van de zielen bekijken en zien hoe uit deze ene ziel nu voortdurend een talloze hoeveelheid nieuwe zielen wordt genomen.
«« 53 / 80 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.