[2] Zij deden nu allemaal hoogst verwonderd, terwijl ze van Mij naar elkaar keken en omgekeerd, zonder te weten wat daartegen in te brengen.
[3] Maar na een poosje zei een van hen: 'Vertel jij dan eerst zelf maar eens wat je daar nog meer van weet .
[4] Ik antwoorde: 'Wat Ik weet, weet Ik zeker; Ik stel u geen vragen om datgene wat Ik toch al weet door u te laten toelichten, maar alleen opdat u Mij aantoont wie dan wel die zwangere maagd is waarover de profeet Jesaja spreekt, en uit wie de Zoon des Allerhoogsten geboren moet worden! Waarom moet zij Hem de naam Emanuel geven? Waarom moet Hij melk en honing eten opdat Hij het kwaad zal weten te verwerpen en het goede te kiezen? U als schriftgeleerden moet toch zeker wel begrijpen wat de profeet heeft bedoeld met die zwanger geworden maagd die die aangeduide Zoon zal baren? !
[5] Ik ben dan ook de mening toegedaan dat die geboortegeschiedenis van Bethlehem méér te betekenen heeft dan wat u ervan vindt en dat dat ouderpaar, die bekende timmerman Jozef uit Nazareth en de hem later tot echtgenote gegeven maagd, die hem aanvankelijk slechts was toevertrouwd, met die te Bethlehem geboren Zoon ze ker nog wél zullen leven; want, door tussenkomst van de toenmalige wijze Romeinse hoofdman Cornelius zijn zij aan de latere wreedheid van de oude Herodes ontkomen; ja, zij leven thans veilig en wel te Nazareth in Galilea.
[6] Ik, een jongen van twaalf jaren, weet dit; maar gij, die dit alles toch immers zo goed weet, zoudt hiermee niet op de hoogte zijn? En dat, terwijl Jozef als een van de bekwaamste timmermansbazen toch elk jaar wel iets in opdracht van Jeruzalem heeft moeten vervaardigen, en u hem dus zeker wel kent, evengoed als zijn vrouw, die nota bene uit Jeruzalem afkomstig is, en die tot haar veertiende jaar in deze tempel is opgevoed? Is zij niet een dochter van Anna en Joachim die, volgens jullie eigen rubrieken, op wondere wijze ter wereld kwam ? Anna was toen reeds op hoge leeftijd, en zonder een wonder zou er geen sprake kunnen zijn geweest van bevruchting!
[7] Dit echtpaar dan, met deze boreling, leefde aansluitend op hun vlucht uit Bethlehem ongeveer drie jaar lang in goede welstand in Egypte, en wel in de buurt van het stadje Ostracine -in oud Egyptisch Austrazhine -wat zoveel wil zeggen als vesting, een burcht dus, die in de tijd van de farao's voor alle vijanden van het oude Egypte de dood betekende! In latere tijden hebben machtiger vijanden van het oude Egypte dit afschrikwekkende vestingplaatsje -zoals ook vele andere -veroverd, en in onze dagen is er van dat voormalige oord der verschrikking niets anders meer over dan de naam, verouderd en ontluisterd, omdat de Romeinen er uiteraard een andere betekenis aan hebben gegeven dan de oude Egyptenaren.
[8] Niet dat zulks veel uitmaakt, maar Ik maak van wat Ik daarover weet slechts daarom gewag, om nader de plaats aan te duiden waar het ouderpaar waarover het hier gaat dit jaar verbleef. Vandaar moeten zij, op een geheime aanwijzing van Boven, naar Nazareth gerepatrieerd zijn, waar zij nu in de grootste teruggetrokkenheid een volledig aan God toegewijd leven leiden, alhoewel men daar over die jongen, die ook Ik de eer heb zeer goed te kennen, een heleboel wondere dingen vertelt! Aan Hem gehoorzamen namelijk zelfs de elementen, terwijl de wildste dieren van het woud voor zijn blikken nog harder wegrennen dan voor duizend jagers tegelijk! Hij is in dit opzicht een duizendvoudige Nimrod, inderdaad. En gij zoudt van dit alles serieus niets afweten? Vertelt u Mij nu eens heel eerlijk of u echt van dit alles niets hebt vernomen!'
[9] Een oudste, die met een wat betere geest bezield was, zei nu: 'Ja, wij hebben daarover wel eens iets horen verluiden, onder andere dat de ons bekende timmerman zich met zijn jonge vrouw definitief te Nazareth heeft gevestigd. Maar of die 'wonderjongen' dezelfde is die twaalf jaar geleden te Bethlehem in een stal geboren werd, dat weten we niet, en we betwijfelen ook ten zeerste of hij dezelfde is! Want hoe zou die jongen dan wel de Emanuel van de profeten kunnen zijn?'
[10] Ik antwoordde: 'Maar, als hij het niet zou zijn, vanwaar dan de macht die hij over alle elementen uitoefent? En wie is dan wel de maagd van de profeten, en wie hun Emanuel?'
[11] Nu zei de rijke man uit Bethanië: 'Hoor nu eens mensen, die jongen hier heeft een geweldig verstand! Hij lijkt mij zoiets als een jonge Elias te zijn die die wonderjongen van Nazareth voor zich uitzendt om ons allemaal voor te bereiden op de reeds aanwezig zijnde Emanuel van de profeten! Wie van ons heeft immers ooit meegemaakt, behalve dan bij Samuël, dat een knaap van twaalf jaar zó wijs spreken kon?
[12] Jullie moeten derhalve met deze jongen echt serieus redeneren, anders komen we niet van hem af! Jullie zult hem de profeet duidelijker moeten verklaren, en jullie zult ook alsnog moeten nagaan hoe het nu feitelijk staat met die wondere dochter van Joachim en Anna, die toen zij stierven al hun kapitale goederen toch maar aan de tempel hebben vermaakt! Eigenlijk is het zelfs zó gegaan, dat de tempel een en ander als zijnde een onbeheerd bezit op eigen gezag in beslag heeft genomen, als een soort van loon voor de opvoeding van hun dochter Maria.
[13] Zegt nu eens eerlijk, hoe denken jullie over die maagd? Als je ooit een profeet zou kunnen geloven, zou je zeggen dat de door hem precies vernoemde tijd inmiddels wel is aangebroken, terwijl anderzijds óók het wonderbaarlijke van deze maagd in kwestie niet meer kan worden ontkend! En, als er iets serieus van waar zou zijn, zou het van ons allen toch wel verdraaid slecht zijn, als wij ons terzake niet serieuzer nader zouden informeren.'
[14] Maar nu zei die kwaadaardige oudste weer: 'Jij praat over iets waar je geen verstand van hebt, terwijl je die jongen vooruitschuift, zoals een blinde zou kunnen doen die spreekt over de geweldige pracht van kleuren!'
[15] Daar bracht Ik tussenin: 'Ja, het is toch werkelijk vreemd te noemen, dat een hongerig mens denkt, dat alles wat hij tegenkomt óók hongerig zou moeten zijn! Iemand die dom is denkt steeds dat de andere mensen nog dommer zijn dan hijzelf is. En zo is voor een blinde een ieder, hoe scherp die ook zien kan, blind; en voor een dove is ieder ander doof!
[16] Gelooft u nu echt, oude knorrepot, dat behalve u niemand anders iets zou kunnen weten? Nou, dan vergist u zich toch deerlijk? Ik bij voorbeeld ben nog pas een jongen: tóch zou Ik u dingen kunnen vertellen, die absoluut waar en juist zijn, en waarvan uw brommerige wijsheid nog nooit ook maar heeft gedróómd!
[17] Waarom zou mijn rijke Simon van Bethanië, die Indië, Perzië, Arabië, Egypte, Spanje, en Rome en Athene heeft bereisd, waarom zou die niet óók iets kunnen weten, waarvan u nog nooit hebt durven dromen? En, als dat nu inderdaad zo is, met welk recht zou u hem dan nog van onwetendheid willen betichten? Ik verzeker u dat hij zeer juist oordeelt, en dat u met elkaar dan ook behoort te doen wat hij voor zijn duurbetaalde geld van u verlangt!
[18] Als iemand voor een bepaald werk een arbeider huurt, moet die knecht doen waarvoor hij aangenomen is. En als die knecht dat niet wil of niet kan, zal de werkgever van die knecht toch zeker wel het recht hebben om dat bedongen loon van die luie of onbekwame knecht terug te vorderen? U hebt zich goed laten betalen maar wilt of kunt daarvoor niets doen! Heeft Simon dan nu niet het recht om zijn aan u betaalde honorarium van u terug te vorderen?'
[19] Toen zei een Romeinse rechter-commissaris die daar ook aanwezig was en die met alle soorten van recht op de hoogte was: 'Kijk zo'n jongen nu toch eens aan; die is me daar volleerd jurist! Hij zou onmiddellijk als rechter kunnen optreden in welk conflict ook! Zijn uitspraak is stevig op het vigerende recht gefundeerd, zodat, als Simon van Bethanië dat van mij vragen zou, ik hem ontegenzeggelijk mijn 'exequator' (machtiging) zou moeten geven!' (exequator is 'uit voorraad uitvoerbaar').
[20] Hij kwam nu naar Mij toe, liefkoosde Mij en drukte Mij aan zijn borst, zeggende: 'Luister jij eens, m'n fijne knul met je fraaie krullen, ik ben helemaal weg van jou! Ik zou voor jou graag willen zorgen met alles wat ik heb! Ik zou iets groots van je willen maken!'
[21] Ik antwoordde: 'Dat u van Mij houdt, dat weet Ik best, want in u klopt een trouwen goed hart. U mag er dan ook van verzekerd zijn, dat Ik ook u liefheb! Maar over Mijn carrière behoeft u zich echt geen zorgen te maken, want er is al Iemand die daarvoor zorgt!'
[22] Maar nu kwam ook Simon van Bethanië op Mij toe, die Mij stomverbaasd vroeg: 'Vertel jij mij eens, prachtige, lieve knappe jongen, hoe weet jij mijn naam, en waar ik overal ben geweest?'
[23] Ik antwoordde: 'Oh, verwondert u daar maar niet over, want wil Ik iets weten, dan -en dat ligt in Mijn natuur besloten -dan wéét Ik het ook! Het 'hoe' daarvan zoudt u nog niet kunnen begrijpen, maar laten we ter zake komen en verder praten over onze 'maagd': u, priesters en schriftgeleerden, wilt u dat nu nader toelichten, ja of neen?'
[24] Een van de meer begaafden uit het grote koor van oudsten zei nu: 'Ja ja, er zal nu wel niets anders meer voor ons opzitten, dan dat we deze jongen eindelijk eens klare wijn gaan schenken; leggen jullie hem dus zijn Jesaja-tekst maar liever uit aan de hand van de geheime vergelijkingsleer van de kabbala, dan zal hij geen kans zien nog meer vragen te stellen!'
[25] Nu kwam er dan een schriftgeleerde ten tonele, die de wijsheid zelf pretendeerde te zijn. Hij zei: 'Nu, wijsneus van 'n jongen die je bent, Iet maar eens goed op; luister en tracht te begrijpen wat je hoort. Met dat woord 'maagd' heeft de profeet niet een of ander meisje van vlees en bloed bedoeld, maar uitsluitend de leer, die God de kinderen van deze wereld via Mozes heeft gegeven. In engste zin zijn wij priesters het, die en leer en wet in levende lijve voorstellen.
[26] Wij, evenzeer levend als het Woord Gods Zelf, wij zijn van goede hoop vervuld, dat deze leer dan ook van ons uit over heel de wereld zal worden uitgedragen en ook de heidenen verkwikken zal! Deze levendige waarachtige hoop nu, is die door de profeet bedoelde zwangerschap van de maagd! En de 'Zoon' Die zij zal baren, dat zijn al die heidenen die onze leer zullen aanvaarden, en die dan zullen zeggen: 'Emanuel', wat betekent: 'God is ook met ons' en zo zullen zij dan ook zelf genoemd worden! Dergelijke effecten werden ook vóór onze tijd reeds bereikt, en nu worden die eens te levendiger en krachtiger bewerkstelligd !
[27] Déze 'Zoon' dan zal honing en melkvet eten en het kwaad verwerpen en het goede verkiezen te doen. Onder 'honing' verstond de profeet de zuivere liefde en het echte goede dat daaruit voortspruit en onder 'melkvet' verstond hij de wijsheid uit God, die de mensen ten deel valt door volgens de leer te leven en de wet te houden; en, heeft men zich dan die liefde en wijsheid uit God levendig eigen gemaakt, dan zal men ook spontaan alle kwaad verafschuwen en het goede begeren en verkiezen te doen!
[28] Kijk, beste jongen, zó is het -volgens de diepste zin van de wijsheid en de waarheid -gesteld met de geestelijke betekenis van de woorden, spreuken en uitspraken van de profeten! Ze hebben namelijk alleen diepere, geestelijke betekenissen, maar die kunnen uitsluitend worden achterhaald door de in de Schriften echt geleerden, wanneer zij de betrouwbare en serieuze leer der zinnebeeldigheid toepassen op de gegeven materiële symbolen en beelden! Een leek is daar niet toe in staat, immers, zou die dat wel zijn, dan zouden alle hoge scholen overbodig zijn; en dan zou Mozes voor de interpretatie van de Wet en de leer van God geen speciale priesters en geleerden hebben behoeven te benoemen! Begrijp je nu hoe jouw niet begrepen profetische tekst alleen en uitsluitend juist kan worden uitgelegd?'
«« 3 / 33 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.