[2] CYRENIUS zegt: "Dat is heel verstandig van u! Maar zeg me nu alleen maar waarom u zich anders aan mij voordeed, dan u bent! Ik heb u toch als vriend de hand gereikt en die sloeg u af! Wat wilde u daarmee dan eigenlijk bereiken?"
[3] De OVERSTE zegt: "Stelt u zich eens een hoge, menselijke functie voor! Daaraan hangt steeds een geheime hoogmoedslabel, waarop staat 'eer en macht van de functie'! Dat maakt, dat men daardoor heel gemakkelijk begint te zondigen. Als men gewend is om zo te zondigen, wordt men blind en doof en komt steeds hoger door te zondigen. Jammer genoeg komt men beslist eenmaal op een hoogte waar staat: 'Slechts tot hier en geen halve stap verder!' Dat punt heb ik nu bereikt en ik zal erg blij zijn om zo snel mogelijk heel diep beneden te zijn! Acht en zeventig jaar ben ik nu reeds en ik heb verder weinig meer te verwachten! Van nu af aan wil ik mij alleen met het zuiver goddelijke bezighouden, als u mij de korte rest van mijn levenstijd nog wilt schenken!"
[4] CYRENIUS zegt: "Ga, - daar dicht bij het huis van Marcus zult u aan een tafel brood en wijn vinden! Versterk u daarmee en dan zullen wij de zaak beslechten nog voordat de aangekondigden aankomen!"
[5] De overste trekt nu een vrolijk gezicht, dankt en gaat vlug naar de gedekte tafel. De oude had behoorlijk honger en dorst en dit voorstel kwam hem zeer van pas.
[6] Maar terwijl de oude zich versterkt, ga IK naar Cyrenius en zeg tegen hem: "Zo is het goed, je hebt de zaak heel goed geleid. Ook het getuigenis dat je over de Nazareeër hebt gegeven, was heel goed. Maar het is nog te vroeg om deze mens aan Mij voor te stellen. Als de zaak op dezelfde wijze verder geleid wordt als tot nu toe, zou het wel eens mogelijk kunnen zijn deze mensen helemaal voor ons te winnen. Maar overhaast handelen kan het helemaal bederven.
[7] Ik zal je nu Raphaël ter beschikking stellen. Hij zal doen wat je hem opdraagt, maar wees voorzichtig met wonderen! Laat niets doen voor het herstel van de hier en daar nog gloeiende stad, ook al is de engel heel goed in staat de gehele stad in één ogenblik weer te restaureren. Want Ik wil dat deze plaats gedurende enige tijd gedeemoedigd blijft en dat uiteindelijk Marcus en zijn kinderen degenen zullen zijn die de plaats weer op de been helpen. Al het andere mag hij voor je doen maar altijd met een zekere, bepaalde voorzichtigheid!"
[8] CYRENIUS zegt: "Heer, wat gaat U intussen doen?"
[9] IK zeg: "Ik zal in je buurt blijven en Mij, net als tot nu toe, als buitenstaander gedragen. Als je nu tegen de middag een schip zult zien aankomen, ga dan naar de oever en ontvang de aangekomenen in Mijn naam. Zeg hen echter, dat ook zij Mij niet voortijdig aan deze mensen moeten verraden opdat de zaak met de Farizeeën niet bedorven wordt. Laat de boodschapper en zanger Herme naar mijn leerlingen gaan, die zullen hem voor ons werk het nodige onderricht geven. Ik ga met Ouran over de toekomstige inrichting van zijn staat spreken en ook met Mathaël en zijn gemalin. -Nu weet je waar je aan toe bent en wat je te doen hebt!"
[10] CYRENIUS zegt: " Jawel, mijn Heer en mijn God, maar hoe kan ik zien dat deze groep van vijftig orthodoxe Joden rijp voor U zal zijn?"
[11] IK zeg: "Dat zul je wel op het juiste ogenblik gewaarworden na het middagmaal, dat wij vandaag een uur later zullen gebruiken. Maak je daar maar geen zorgen over en doe alles naar behoren en volgens Mijn eeuwige, goddelijke orde!"
[12] Cyrenius was met deze opdracht zeer tevreden en vol vreugde dat Ik geheel instemde met zijn behandeling van de Farizeeën. Ik riep nu meteen Raphaël en gaf hem opdracht zich ter beschikking van Cyrenius te stellen.
[13] RAPHAËL kwam snel naderbij en zei: "Hier sta ik, om God, u en alle mensen die van goeden wille zijn, door de kracht en de macht en in de naam van de Heer te dienen. Wees echter voorzichtig met wat u beveelt, want ik voer alles uit!"
[14] CYRENIUS zegt: 'Vriend uit de hemelen! Als ik volgens mijn verstand te werk zou gaan, zou de ene dwaasheid na de andere te voorschijn komen. Dat ik tot nu toe zo'n succes heb gehad bij de zeer sluwe Farizeeën, heb ik slechts aan de Heer te danken, want Hij gaf mij de woorden en de juiste gedachten in het hart. Mijn inbreng daarbij staat gelijk aan nul. Ik hoop en geloof dat het tot het einde toe zo blijft gaan! Onder deze leiding, vriend, kunnen wij met elkaar volgens de wil van de Heer , de verdere uitvoering van het begonnen werk aan de Farizeeën wel wagen! Wat vind jij ervan, vriend uit de hemelen?
[15] RAPHAËL zegt: "Ah, dat is heel wat anders. In die geest is een zonde bij de uit te voeren aangelegenheid helemaal niet denkbaar! Laten we dus, innerlijk vereend met Gods kracht, het werk weer aanvangen!"
[16] Intussen had overste Stahar zich gesterkt, hij kwam weer naar Cyrenius terug en dankte hem hartelijk voor de hem bewezen weldaad.
«« 148 / 246 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.