[2] Kijk, zolang het water in de pot kookt, kan men verschillende vruchten gaar koken en veranderen in licht verteerbare spijzen. Maar als het water in de pot lauw en tenslotte zelfs koud is geworden, lukt het met meer met het gaarkoken van de vruchten! ,
[3] De wil van een mens lijkt daarom op het kokende water in de pot. De liefde tot God en tot al het goede van het leven uit God is het ware vuur dat het levenswater in de pot aan het koken brengt. De gaar te koken vruchten zijn die werken en daden waar wij mee instemden, maar die wij nog niet hebben uitgevoerd. Vandaar dat wij ze juist in het water moeten doen zolang dat nog hard kookt, omdat ze anders rauw en onverteerbaar blijven en zo voor het leven geen nut hebben.
[4] Dus wat men wil, moet men ook doen. Anders blijft de, wil. Steeds een leugen tegenover het leven en uit de leugen komt in eeuwigheid geen waarheid voort!
[5] Waarheid is leven en de leugen de dood. Zoek daarom in alles de waarheid, zij is het leven en mijd de leugen in en buiten jezelf, want zij is de ware dood!
[6] Want wat heb je, als je je inbeeldt dat je iets hebt? Niets dan het onbeduidende van je verbeelding! En wat is dat? Kijk, het is niets en dit niets is de ware dood!
[7] Als je wilt bouwen en geen materiaal en geen bouwlieden hebt, hoe zal het huis dat je wilt bouwen er dan uitzien? Wel, het zal nooit vorm krijgen! Het materiaal zijn de daden en werken van een levende wil. De energieke wil zijn de bouwlieden. Die trekken uit jouw goede werken dan een echt huis op en dit huis is je ware leven in God, dat eeuwig en onverwoestbaar zal blijven staan. Maar met weinig moeite wordt geen huis gebouwd en zeker niet het levenshuis. Daarom moeten wij met alle ons verleende kracht bezig zijn, anders zou de bouw wel eens slecht kunnen vorderen.
[8] Toen Noach de ark bouwde, moet hij in het begin erg traag met het hem opgedragen werk begonnen zijn. Toen zijn tegenstanders dat merkten, vernielden zij 's nachts steeds wat hij overdag tot stand had gebracht. Pas vele jaren later begon hij dag en nacht aan de ark te werken en stelde daarbij wachters aan. Toen pas naderde de bouw met rasse schreden de voltooiing en zoals bekend, bood deze ten tijde van de grote vloed aan hen, die daarin waren, beschutting en redde hen van een zekere ondergang.
[9] Ik zeg je, dat wij nu eigenlijk allemaal zijn zoals Noach. De wereld met haar leugens en bedrog en al de daaruit voortkomende verleidingen is de eeuwigdurende vloed. Om daardoor niet verslonden te worden, moeten wij zo vlijtig mogelijk de opdracht voor het bouwen van de ark uitvoeren. Deze ark is de consolidatie van het leven van onze zielom daardoor het goddelijke, geestelijke leven in de ziel te behouden en uiteindelijk volledig te vormen.
[10] Als dan tenslotte de vloed van de lokkende, wereldse verleidingen zal verzinken in de diepte van haar leegheid, dan zal het goddelijke leven zich met alle kracht in en buiten de ziel manifesteren en in de zuivere en nieuwe levenssfeer in een vrijheid zonder weerga, zonder enige vijandige belager, een nieuw werk beginnen en daarmee in en met God de gehele oneindigheid van eeuwigheid tot eeuwigheid zegenen! -Begrijp je deze vergelijking?"
«« 43 / 246 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.