[2] Op de verre grote zonneaarden* (* Zie: 'Die natiirliche Sonne', Lorher-Verlag, Bietigheim) is in feite strooks - of vlaksgewijs wel alles vertegenwoordigd wat speciaal op de hen omcirkelende planeten voorkomt, - ook is daar veel wijsheid onder de verschillende mensen die een spraakvermogen bezitten; maar ook de taal en de vaak hoogst belangrijke wijsheid is daar meer een instinctmatige en gegevene dan een vrije en door de inspanning van de eigen vrije werkzaamheid verworvene.
[3] Daarom is daar ook geen sprake van verdienste, zoals het ook hier op aarde geen verdienste van de bij is, om voor zichzelf de kunstige cel te bouwen en daarvoor de stof uit de bloemen te halen en te verwerken; want de bij is toch zeker voor ieder denkend mens slechts meer een werktuig van een geestelijke intelligentie van gene zijde dan een wezen met zelfbeschikking dat vrij werkzaam is. En bijna hetzelfde is op alle andere hemel lichamen het geval met de creatuurlijke mensen, ook al zijn hun uiterlijke vormen vaak onvergelijkbaar veel mooier en edeler dan op deze aarde.
[4] Maar al die ergens anders levende, creatuurlijke mensen die de verschillende andere hemellichamen bewonen, hebben toch wel veel voor op het instinct van de dieren van deze aarde; want ze hebben daarnaast ook nog een zeker levenskamertje waarin ze een soort vrij bewustzijn hebben, waardoor ze een hoogste Goddelijke Geest kennen die ze ook op hun manier vereren, en dat gebeurt natuurlijk op planeten en hemellichamen die veel van elkaar verschillen ook op zeer verschillende wijze.
[5] Vrijwel de meeste dieren van deze aarde hebben ook wel min of meer zo'n soort kamertje in hun ziel met een spoortje vrijheid, wat er de reden van is dat ze ook getemd en voor verschillende werkzaamheden afgericht kunnen worden, -maar niettemin zijn ze op geen enkele manier te vergelijken met de mensen op de andere werelden, -en zodoende is het bovengenoemde kamertje dat de dieren hebben niet te vergelijken met het vrij-bewustzijns-kamertje van de mensen van andere hemellichamen. -En nu geloof Ik dat Ik jouw belangrijke vraag voor je bevattingsvermogen voldoende beantwoord heb. Is het nu tamelijk helder voor jullie beiden?"
«« 200 / 276 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.