[2] Het jonge echtpaar had al een kind, een jongen; maar het kind, dat nauwelijks een paar weken oud was, leed aan erge stuipen tengevolge van een schrik die de jonge moeder nog in het kraambed kreeg door een brand in het huis van de buren, die echter snel weer geblust werd. De jonge ouders alsook hun nog levende ouders, probeerden van alles om het kind van deze kwaal te genezen; maar alles was tevergeefs.
[3] Toen Ik hun huis binnenkwam en zij Mij herkenden, vielen ZIJ voor Mij op hun knieën en zeiden: 'O Meester, God heeft U waarlijk hierheen gevoerd om ons enige kind te genezen! O, dat smeken wij U uit het diepst van ons hart! Dat alles U mogelijk is, weten wij reeds lang. ,
[4] IK zei: 'Sta op, want het is niet gepast dat mensen voor mensen op de knieën vallen!'
[5] HET JONGE ECHTPAAR zei: 'O Meester, wij weten echter dat U meer bent dan een mens, en daarom is het wel passend dat men voor U op de knieën valt! 0 help ons kind! ,
[6] IK zei: 'Sta dan op en breng het zieke kind bij Mij!'
[7] Toen stonden de ouders snel op en brachten het kind bij Mij. Ik legde het de handen op en zegende het en op datzelfde ogenblik werd het kind zo vrolijk en gezond alsof het nooit iets gemankeerd had.
[8] Vervolgens zei IK tegen de jonge moeder: 'Wees echter in het vervolg voorzichtig! Als je erg opgewonden bent door het een of ander, en je nog een kind aan de borst hebt, voed het dan pas als je weer helemaal rustig bent! Want door de moedermelk kunnen allerlei kwalen in het lichaam en zelfs in de ziel van de kinderen ontstaan. Denk daaraan! -Maar zorg nu dat we allemaal een avondmaal krijgen!'
[9] De ouders bedankten Mij uitermate voor deze weldaad en verdwenen om een avondmaaltijd voor ons klaar te maken.
[10] Binnen een uur was alles al klaar, en men bracht ons in een grote, helemaal nieuw gebouwde eetzaal, waar wij het zeer goed toebereide maal nuttigden. Na de maaltijd vroeg Ik de jonge huisheer wanneer en hoe en door wie deze zeer mooie, zeer ruime eetzaal gebouwd was.
[11] Toen zei DE WAARD: 'Ja, Heer, dat is waarlijk ook niet zo helemaal op natuurlijke wijze gebeurd! De bouwmeesters waren Joses en Joël, respectievelijk zonen van Jozef en stiefbroers van U. Maar het ging heel wonderlijk. Zij hadden slechts twee helpers en toen zij de ceders begonnen te bewerken, kostte dit werk dat anders minstens tien dagen gevergd zou hebben, nauwelijks een dag, en het verbinden van de bomen, het opzetten van het dak en het leggen van de vloeren, evenals het vervaardigen van alles wat zich in de zaal bevindt, kostte net zoveel tijd als de tijd die de Heer volgens Mozes nodig had voor het scheppen van de wereld.
[12] Kort en goed, volgens de mening van iedere ter zake kundige zou het bouwen van zo 'n zaal ongeveer ruim een halfjaar kosten, en dan nog met meer bouwlieden die daarbij erg hard zouden moeten werken, -en deze zaal werd door slechts vier bouwlieden in zes dagen in de huidige staat opgeleverd, en dat moet toch ook wel beslist een wonder zijn!
[13] De beide broers zeiden zelf 'We worden onzichtbaar geholpen door de geest van onze goddelijke broer!' En dat was zeker zo, omdat zelfs Uw lieve moeder Maria, die ons vaak bezoekt, dat ook als vaststaande waarheid meedeelde. - Is het niet zo, Heer en Meester van al het leven en bestaan?'
[14] IK zei: 'Nu ja, dan moet het wel zo zijn! Maar zorg nu ook voor slaapplaatsen; want wij zijn allen lichamelijk moe geworden! Morgen zullen we wel tijd vinden om daar verder over te spreken.'
[15] Dat werd dan ook snel in orde gemaakt en wij begaven ons ter ruste.
«« 80 / 248 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.