De reden waarom het de bewoners goed gaat

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)

«« 60 / 214 »»
[1] Toen de oude dat hoorde, ging hij direct naar Mij toe en zei: 'Luister, heer en meester van deze mannen, die zich verkwikt hebben met de vruchten van onze bomen! Waarom wilde u zich eigenlijk ook niet samen met degenen die vast en zeker uw leerlingen en dienaren zijn met de rijpe vruchten verkwikken?'
[2] Ik zei: 'Omdat Ik er niet zozeer naar verlangde die zoete boomvruchten te eten, maar veeleer verlangde naar de veel zoetere vruchten van jullie hart en goede wil; want als iemand aan een van Mijn ware leerlingen en dienaren een echte, onbaatzuchtige liefdedienst bewijst, neem Ik dat aan alsof hij dat aan Mijzelf had gedaan.
[3] Ik ben met God en God is met Mij; en wie met Mij zijn, zijn zodoende ook met God, en God is met hen. God is echter ook met iedereen die echt in Hem gelooft, Zijn geboden houdt en Hem boven alles liefheeft en zijn naaste als zichzelf. Als iemand zijn naaste -en daarbij is het om het even of dat iemand uit eigen land of een vreemdeling is -al niet zonder betaling liefheeft en hem uit de een of andere nood helpt, terwijl hij hem als een op hemzelf gelijkend evenbeeld van God toch ziet, hoe kan hij God dan liefhebben, die hij niet ziet?
[4] Daarom is de ware, onbaatzuchtige liefde voor de naaste één met de liefde voor God, en God beloont zijn liefde reeds in deze wereld en zal die eens aan gene zijde in Zijn eeuwige rijk nog meer belonen met het eeuwige leven. Werkelijk, nog niet één slok water die jullie met een goed hart aan een dorstig mens hebben gegeven, zal jullie onvergolden blijven!'
[5] De oude zei: 'Heer en meester, uit uw woorden maak ik op dat u werkelijk een heer en meester bent! Met water hebben wij de reizigers al heel vaak verkwikt; want wij hebben een gemeenschappelijke bron, die heel fris water bevat.Wij zouden echter een vermoeide reiziger dikwijls ook graag met een beker wijn verkwikt hebben, als wij die zouden hebben; maar onze streek is schraal en de wijnstok groeit hier niet goed. Om wijn te kopen hebben wij noch geld noch kudden in de daarvoor vereiste hoeveelheid, en dus staan we vele arme vermoeide reizigers alleen bij met het povere dat wij hebben; moge de dierbare, grote en almachtige Vader in de hemel onze wil dan ook als het werk zelf aannemen!'
[6] Ik zei: 'Dat heeft Hij ook al sinds lange tijd gedaan, en daarom hebben jullie nog nooit bijzondere nood gekend; in de toekomst zal Hij echter nog veel opvallender voor jullie tijdelijke heil en nog meer voor het heil van jullie zielen zorgen, daar kunnen jullie volkomen zeker van zijn! Want wie zoals jullie op Hem vertrouwt, die verlaat Hij nooit. Ook al helpt Hij hem dikwijls ook niet ogenblikkelijk en duidelijk zichtbaar, Hij laat hem toch niet volkomen in de steek.
[7] Want God beproeft iedereen eerst, voordat Hij hem duidelijk helpt; als een mens ook in alle beproevingen zijn trouwen liefde tot Hem heeft bewaard, dan komt plotseling, voordat een mens het in de gaten heeft, de altijd duidelijke hulp van God, en dan blijft Zijn zegen altijd bij Zijn getrouwen. Onthouden jullie dat allemaal, en bedenk: God heeft jullie beproefd tot heil van jullie zielen, jullie hebben de beproeving goed doorstaan, en daarom is Hij nu met een overvloed van Zijn belonende zegen naar jullie toe gekomen, en Zijn zegen zal jullie blijvende bezit worden.
[8] Mij kennen jullie niet en jullie weten niet wie Ik ben; maar de tijd zal komen en is er eigenlijk al, dat jullie zullen uitroepen: 'Heil aan de Zoon van David, die tot ons is gekomen in de naam des Heren!' -Hebben jullie soms niet gehoord wat er twee jaar geleden in Samaria is gebeurd?'
[9] De oude zei: 'Heer en meester en, zoals u nu zelf zegt, afstammeling uit de lijn van de grote koning der Joden, wij komen maar heel zelden in de stad Samaria, die meer dan een halve dagreis hier vandaan ligt, en daarom weten wij ook weinig van wat daar allemaal gebeurt en voorvalt; van reizigers hebben wij echter gehoord dat er in de door u genoemde tijd door een nieuw opgestane grote profeet wel heel ongelooflijke en wonderbaarlijke dingen gebeurd moeten zijn. Men zegt dat hij de Samaritanen ook allerlei troostrijke leringen heeft gegeven, waar enkele priesters en ook andere wereldse mensen zich toch aan geërgerd hebben, - of dat gegrond of, wat waarschijnlijker is, ongegrond was, konden wij in onze eenvoud niet beoordelen, en wij konden niet oordelen in een ons onbekende kwestie.
[10] Maar onlangs is ons iets anders overkomen, waar wij allemaal getuige van waren, zoals ook van de wonderbaarlijke vermeerdering van de boomvruchten vandaag, en dat was het volgende: Zo rond het middaguur kwamen er slechts twee mannen naar ons toe, naar hun kleding en taal te oordelen uit Jeruzalem, en ze vroegen ons om wat brood en ook om een paar rijpe vruchten van onze bomen, wat wij hun naar vermogen ook graag gaven. Toen ze zich daarmee hadden gesterkt, nam ook ik de vrijheid hen te vragen wie ze waren, waar ze vandaan waren gekomen, waar ze verder heen zouden reizen, waar ze woonden en wat voor werk ze deden.
[11] En zij zeiden: 'Nog niet zo lang geleden waren wij heel gewone en meestal erg onderdrukte dienaren en knechten en af en toe, als wij geen vaste betrekking hadden, ook slecht beloonde dagloners in Jeruzalem. Maar toen kwam er een Man vol van goddelijke kracht, macht en wijsheid uit Galilea naar Jeruzalem, die het hele volk met machtige woorden onderrichtte en grote en nooit gehoorde tekenen deed; en heel veel mensen begonnen in Hem te geloven, tot grote ergernis van de Farizeeën en schriftgeleerden, wier kwalijke volksverlakkerijen Hij tegenover het volk zonder enige schroom onthulde, en Hij riep hen scherp ter verantwoording als iemand die macht heeft.
[12] Deze door God in de wereld gezonden Man, die ook voortdurend een machtige aartsengel als begeleider had, nam ook ons aan als Zijn leerlingen omdat we helemaal in Hem geloofden, gaf ons wijsheid en allerlei macht om de ziekten van lichaam en ziel te genezen en boze geesten bij de mensen uit te drijven; en vergif en giftige dieren kunnen ons geen schade doen, ook niet als wij gedwongen zouden zijn blootsvoets over schorpioenen en adders heen te lopen.
[13] Ons voornaamste werk en bezigheid is, dat wij in naam van die door God gezonden Godmens als Zijn gezanten de komst van het rijk Gods op aarde onder de mensen verkondigen, of dat nu Joden of heidenen zijn, en dat wij hun zeggen dat in Zijn persoon de door de profeten verkondigde Messias nu in deze wereld is gekomen, om hen te verlossen van het oude en meer dan harde juk van de zonde, de leugen en het bedrog, die het gericht en de eeuwige dood zijn.'
[14] Ik vroeg die twee mannen waaruit die nieuwe leer bestond, waardoor het rijk Gods op aarde onder de mensen zou komen. En kijk, toen praatten ze net als u en ook zoals een van uw leerlingen nu met ons heeft gesproken; en wij waren van oordeel dat ze de waarheid spraken en geloofden hun woorden volkomen!'
«« 60 / 214 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.