De belofte en de zegen van de Heer voor dorp

Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)

«« 62 / 214 »»
[1] (De Heer:) 'Blijf dus in Mijn leer, dan zal Ik ook in de geest bij jullie blijven, zoals Ik dat ook doe bij alle mensen die in Mij geloven en volgens Mijn leer leven en handelen en die degenen die Ik heb uitgezonden om alle volkeren het evangelie te verkondigen - namelijk dat van de komst van Gods rijk op aarde, waar het uit bestaat en wat het wezen ervan is - net als jullie met alle liefde en vriendelijkheid opnemen en hun te eten en te drinken geven.
[2] Want degenen die Ik nu uitzend zijn als de profeten, en wie voor een profeet in aards opzicht iets goeds doet, zal ook het loon van een profeet ontvangen; en dat is, dat Ik net als bij een profeet in de geest bij hem zal zijn en blijven, en hij geen gebrek zal hebben aan zegeningen van Mij.
[3] Tot nu toe hebben jullie de grond, die heel steenachtig is, met moeite bewerkt, en jullie akkers, tuinen en weiden hebben je maar een magere oogst opgeleverd; maar jullie hebben niet gemopperd en God ook voor dat weinige gedankt. Hij heeft dat weinige ook voor jullie gezegend, en het was toereikend voor jullie en door jullie naastenliefde ook voor menige vreemdeling, die hongerig, dorstig en vaak ook naakt bij jullie kwam.
[4] Omdat jullie met dat weinige trouw zijn geweest, zal van nu af aan jullie grond, waarvan de oppervlakte waarlijk niet klein is te noemen, zijn steenachtige karakter verliezen, en in de toekomst zullen jullie rijke oogsten krijgen en ook veel dienaren nodig hebben. Kortom, de geest, die Ik in jullie zal wekken, zal jullie leren hoe jullie in de toekomst jullie aardse weiden en akkers moeten verzorgen en bebouwen.
[5] Als jullie grond vol zegen zal zijn, wordt dan niet overmoedig, maar blijf zoals jullie nu zijn; dan zal Mijn zegen in natuurlijk én geestelijk opzicht ook bij jullie blijven! Zo zij het en zo blijve het, zoals jullie ook daadwerkelijk in Mijn leer zullen blijven!'
[6] Na deze woorden van Mij wierpen alle aanwezige bewoners van dit kleine bergdorp zich voor Mij op de knieën en dankten Mij voor de genade die Ik hun had bewezen. De oude man en de man die volledig genezen was konden door hun tranen van louter dankbaarheid nauwelijks spreken. Maar Ik beval hen op te staan en nu opgewekt aan het werk te gaan, wat ze dan ook deden; alleen de oude en de genezene bleven nog en keken met gelukzalige blikken naar Mij en Mijn leerlingen.
[7] De genezene zei: 'O, wat moeten deze uitverkoren leerlingen van U toch gelukkig zijn, omdat ze steeds in Uw nabijheid zijn, o Heer, en getuige kunnen zijn van al Uw daden en lessen!'
[8] Ik zei: 'Daarom zullen ze later, als Ik niet meer als zichtbare persoon bij hen zal zijn, maar daar zal zijn, waar Ik vandaan ben gekomen, ook des te zwaardere levensproeven en allerlei vervolgingen van de kant van de wereld te doorstaan krijgen; want de wereld, zoals die nu is, is blind en doof; omwille van Mijn naam zal die hen haten, zoals ze ook Mij haat, omdat ze Mij nog nooit heeft gekend en ook niet zal kennen, en zo zal ze in haar zonden en gruweldaden ten onder gaan.
[9] Kijk, dan zullen jullie het in deze wereld gemakkelijker hebben, hoewel men ook jullie dikwijls kritisch zal onderzoeken of jullie soms in Mij geloven en volgens Mijn leer handelen en leven!
[10] Als men jullie daarnaar zal vragen, wordt dan niet angstig en denk ook niet na over wat jullie de vragenstellers en verzoekers ten antwoord moeten geven! Op het moment dat jullie het nodig hebben zal het juiste antwoord jullie wel in de mond worden gelegd, en dan zullen jullie verzoekers absoluut niet in staat zijn jullie van repliek te dienen. Ook daar kan Ik jullie volledig van verzekeren.'
[11] Daarop waren de twee gerustgesteld, en Ik gaf de leerlingen een teken dat het tijd was om verder te reizen.
[12] Toen maakten de leerlingen aanstalten om op weg te gaan en Ik voegde Me bij hen, en met de snelheid van de wind verlieten wij het bergdorp.Vóór de dorpsbewoners nog om zich heen konden kijken, waren wij al volkomen uit hun gezichtsveld verdwenen, en dat snelle verdwijnen bracht enkele bewoners van het dorp op de gedachte dat wij geesten waren geweest; maar de oude man en de genezene legden hun uit wie Ik was, en hoe Mij daarom ook alles mogelijk was.
[13] Het daaropvolgende jaar, toen hun steenachtige akkers in weelderig bouwland begonnen te veranderen, werd ook hun geloof nog sterker, en van tijd tot tijd verscheen Ik zichtbaar onder hen en sterkte hen in hun geloof en hun liefde, geduld en zachtmoedigheid. Want toen ze hadden gehoord dat Ik in Jeruzalem was gekruisigd en aan het kruis was gestorven, werden enkelen van hen heel bang en begonnen te twijfelen; daarom was het ook nodig dat Ik persoonlijk naar hen toe kwam en Mij als Heer en Overwinnaar van de dood aan hen liet zien. Bij die gelegenheden troostte Ik hen en verklaarde hun vanuit de Schrift dat dat allemaal aan Mij moest gebeuren, opdat iedere ziel die in Mij gelooft, door de duistere poort van de dood in de eeuwige heerlijkheid binnengaat, waar Ik ben binnengegaan en waar Ik Mij al sinds eeuwigheid bevonden had. Ik legde hun uit dat de dingen die er gebeurd waren uit liefde voor de mensen waren gebeurd, opdat zij door hun geloof in Mij en Mijn menswording - tot hun heil, maar tevens tot gericht over de slechte wereld Mijn ware kinderen en in alles aan Mij gelijk zouden worden. Daarna werden deze bewoners van het bergdorp, dat binnen enkele jaren groot aanzien verwierf, ware helden in het geloof en in het handelen daarnaar.
«« 62 / 214 »»
Graag willen wij u wijzen op het grote belang van aanschaf van de originele boekwerken die hier digitaal kunnen worden ingezien. Hiermee bevordert u de voortgang van de werkzaamheden m.b.t. herdrukken en uitgifte van nieuwe vertalingen, en niet te vergeten het beschikbaar houden van boeken voor een grote groep mensen die niet vertrouwd zijn met digitale communicatiemiddelen. Informatie over het bestellen van deze boeken vindt u op www.lorber.nl.