Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 668 van 1490

...  656 - 657 - 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681  ...
[4] Ik zei: 'Dat zal natuurlijk wel zo zijn; maar Ik zal er ook voor zorgen dat het jullie niet zal ontbreken aan de juiste antwoorden, en de hele bevolking van deze uitgestrekte streek zal blij en dankbaar naar huis gaan en vergaren wat er op ieders stuk grond is gegroeid. Maar je kunt het met de hulp van je vele ondergeschikten wel tot een wet voor jezelf maken dat je het volk ernstig op het hart drukt hier geen ruchtbaarheid aan te geven, omdat het zich daardoor uit veel verder gelegen streken vele hebzuchtige en afgunstige lieden op zijn hals zou halen en uiteindelijk naar de wapenen zou moeten grijpen om de afgunstige vijanden weg te houden van de gezegende grenzen van deze landstreek.
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Volg deze raad van Mij op, dan zullen jullie daardoor zonder problemen vorderingen maken; in het andere geval zouden jullie wel eens met veel stenen des aanstoots te maken kunnen krijgen! Goed is dus goed, maar beter is ook eeuwig beter, en het beste is datgene wat Ik jullie zeg.'
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Hierop gaven allen Mij hun woord dat ze deze raad zeer getrouw zouden opvolgen, en de opperstadsrechter vroeg Mij of hij de keizer er ook van op de hoogte moest stellen.
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Ik zei tegen hem: 'Laat de keizer er voorlopig buiten, maar over een jaar kun je Mijn vriend Agricola in Rome ervan in kennis stellen, en hij zal het te zijner tijd tot jouw voordeel ook wel aan de keizer overbrengen! Voor dit moment is het echter voldoende om alleen jouw gebied te onderrichten; en als er een buurman uit de noordelijk van hier gelegen steden naar je toe zou komen, zal die jou zelf zeggen wie daarvoor gezorgd heeft. De commandant Pellagius kun je ervan op de hoogte brengen; want hij is in militair opzicht ook over deze stad aangesteld en kent Mij!'
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] De opperstadsrechter vroeg nu weer aan Rafaël: 'Als ik de koker en ook de patriciersbrief die erin zit niet zo goed kende, zou ik geloven dat jij hem net zo door je macht hebt geschapen als je deze streek in één ogenblik tot bloeien hebt gebracht; maar die gedachte moet ik vanwege de echtheid van de koker en van deze brief helemaal opgeven.
Hoofdstuk 202: Rafaëls bewijs van zijn snelheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Je hebt mij wel gezegd dat jullie, volmaakte engelengeesten, ook de eigenschap bezitten om je in één ogenblik van de ene plaats naar de andere en vandaar weer terug te bewegen. Dat geloof ik nu ook; maar je bent hier niet één moment afwezig geweest, en daarom ben ik van mening dat jij een andere dienstbare engelengeest die zich in jouw nabijheid bevindt naar Rome hebt gestuurd, en dat die jou ook snel genoeg deze koker kon brengen.'
Hoofdstuk 202: Rafaëls bewijs van zijn snelheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] En ook jullie, Mijn leerlingen en jullie Joden, moeten er onder de Joden daar in het Beloofde Land geen ophef over maken; want velen zouden jullie niet geloven, maar jullie alleen maar uitlachen en vervolgen. En veel andere, zwakke Joden zouden jullie wel geloven, en door jullie ook in Mij geloven; maar dat geloof zou voor hen geen stevige basis hebben, omdat ze het ten eerste door hun eigen toevoegingen maar al te gauw groter zouden maken zoals ze met al hun bijgeloofdoen, en ten tweede zou zo'n manier van verder verbreiden te zeer naar het oude bijgeloof rieken en zodoende slechts een zeer twijfelachtig geloof bewerkstelligen; want als men later in deze streek zou komen om zich van het wonder te overtuigen, zou men zeggen dat ook echte vlijt en ijver van de mensen dit tot stand had kunnen brengen.
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Ja, mijn beste vriend, het rijk Gods heeft in alle opzichten een eindeloze uitgestrektheid! Als wij volmaakte geesten ons niet sneller zouden kunnen bewegen dan jullie mensen op deze aarde, zou het er met het verrichten van de wil van de Heer op zeer veraf gelegen plaatsen van Zijn scheppingen erg bedenkelijk uitzien -maar omdat de tijd en de ruimte voor ons volmaakte geesten helemaal geen belemmering kunnen vormen, kan ook de orde van de Heer in de hele oneindigheid nooit ook maar enigszins verstoord raken. Begrijp je dat, mijn beste vriend en broeder?'
Hoofdstuk 202: Rafaëls bewijs van zijn snelheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] De bewoners van dat grote hemellichaam gebruiken dergelijke stenen om hun vertrekken die van binnen donker zijn, te verlichten; want het eigenlijke zonnelichaam is in feite alleen maar donker. Het licht van de zon dat je ziet, ontwikkelt zich op het atmosferische oppervlak ervan; alleen naar buiten toe werkt het in zijn volle kracht, en naar het eigenlijke vaste zonnelichaam toe nauwelijks sterker dan zoals je het oppervlak van deze aarde verlicht ziet.
Hoofdstuk 203: De stralende steen van de zon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Neem jij ook deze steen dus maar, dan zul je daarmee tien jaar lang je kamers 's nachts goed kunnen verlichten; maar na tien jaar zal het licht ervan steeds minder worden. Als je hem echter langer als verlichting wilt gebruiken, stel hem dan iedere dag bloot aan de zonnestralen; hij zal zich daar dan mee verzadigen en jou in plaats van een goede lamp de hele nacht als verlichting dienen. Maar na honderd jaar, als deze steen te sterk doordrongen zal zijn geraakt van het zuur van de aardse lucht, zal hij helemaal ongeschikt worden voor verlichting.'
Hoofdstuk 203: De stralende steen van de zon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Dat zagen natuurlijk ook Mijn leerlingen, die de Romeinen heimelijk benijdden en bij zichzelf zeiden: 'Wij zijn al zolang bij Hem -maar voor ons heeft Hij nooit zulke wonderen gedaan. Zo gauw Hij bij Romeinen kwam deed Hij steeds Zijn grootste wonderen, en wij hebben ze pas bij de heidenen kunnen zien, aan wie Hij ze ook Zelf of door de engel Rafaël kon verklaren! Maar toen in de buurt van Jeruzalem de ons allen bekende vrome Nicodemus Hem eens vroeg hoe het rijk Gods eruit zag, gaf Hij hem ten antwoord: 'Zolang je niet in de geest wedergeboren bent, zul je de dingen van de hemel niet kunnen begrijpe.n; want je begrijpt de dingen van deze aarde niet, die je toch ziet - hoe zul je dan de hemelse dingen begrijpen, die je niet ziet?' Waarom zei Hij dat ook niet tegen de heidenen, en waarom juist tegen de joden?'
Hoofdstuk 203: De stralende steen van de zon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Daarna werd er over meer natuurlijke dingen gesproken, en in de loop van dat gesprek merkte onze waard op, dat deze streek nu weliswaar tot ver in de omtrek het heerlijkste gras bezat, zoals niet licht op een andere plek op aarde te vinden zou zijn -maar de kudden van de bewoners van deze stad en omgeving waren heel klein, en men zou de kudden wel honderd keer zo groot kunnen maken, dan zouden ze nog voedsel in overvloed vinden.
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Van hieruit zien jullie die ene behoorlijke grote vijver; maar in de omgeving zijn er nog zes, waarmee de hele streek voldoende bevloeid kan worden. In het diepe water van de vijvers zullen jullie ook een groot aantal vissen aantreffen, die de bewoners van deze stad en omgeving voor hun dagelijkse levensbehoefte kunnen gebruiken; de vissen van de vijver die we van hieruit kunnen zien, zullen echter eigendom zijn van de opperstadsrechter, de waard, de Apollopriesters en de paar Joden, zodat ieder van jullie die Ik zojuist heb genoemd, dus het recht heeft om een vierde deel van de vijver te bevissen. Maar laat niemand dat overmatig doen, maar alleen zoveel hij nodig heeft, opdat niemand door de te grote hebzucht van een ander benadeeld wordt. De vissen in de vijver zijn van een heel edele soort, waardoor het water van de vijver nooit verontreinigd raakt.'
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] En als er reeds op deze aarde een zeer uiteenlopende gradatie bestaat in de ontwikkeling van de mensen, hoeveel te meer is dat dan in het rijk van de geesten het geval!
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Kijk, een olifant is tegenwoordig het grootste maar tevens meest intelligente ,dier op aarde en kan, als hij door de mensen goed worden afgericht, gebruikt worden voor allerlei dienstbaar werk. Er is een tijd geweest dat deze diersoort ook in deze streek woonde.
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  656 - 657 - 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681  ...