Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 670 van 1490

...  658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683  ...
[7] Na een tijd gereisd te hebben bereik je dan de plaats waar de kunstenaar verblijft, en daar kom je vervolgens gemakkelijk in contact met de kunstenaar, over wie je je tijdens je reis allerlei geweldige voorstellingen hebt gemaakt waaronder ook, dat hij zich als mens onder de andere mensen door een bijzonder verheven gestalte kenbaar zou maken. Maar als je hem in zijn dorp ontmoet, ontdek je dat de kunstenaar een heel bescheiden en eenvoudig mens is, wiens persoon niet in het minst laat merken wat er in zijn innerlijk schuilgaat. Je voert dan heel vriendelijk een gesprek met hem, maar tevens denk je toch bij jezelf: 'Het is haast niet mogelijk dat in deze uiterst eenvoudige en bescheiden persoonlijkheid zo'n scheppende grootheid aanwezig is, waarover jij je door zelfs de meest verstandige mensen zulke grootse dingen hebt laten vertellen!' Maar toch ben je gelukkig, omdat je er in jezelf van overtuigd bent dat je je in gezelschap van de grootste architect en beeldend kunstenaar bevindt en met hem kunt spreken over allerlei dingen die hij gemaakt heeft.
Hoofdstuk 206: Waarom volmaakte geesten zalig zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] De opperstadsrechter zei: 'O Heer en Meester, doe dat maar niet; want met name in de zomer hebben wij meer dan genoeg licht van die ene zon! Als er duizend zonnen aan het firmament zouden schijnen, zouden alle schepselen op deze aarde in zeer korte tijd verbranden en daarna ook de gehele grote aarde zelf. Want ik heb al eens gezien, en wel in Alexandrië, wat het licht van de zon door een arcadische holle spiegel teweeg kan brengen en door middel van die ene spiegel wordt die ene zon slechts zo'n 10 tot 20 keer vergroot en bewerkstelligt dan in het brandpunt reeds een zodanig verwoestend effect, dat ze alles in brand steekt; en stel je dan eens het effect van duizend zonnen voor!'
Hoofdstuk 207: Over de onbevattelijkheid van de schepping - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Ik zei: 'Daar had deze filosoof gelijk in -maar voor zijn tijd; van nu af aan zal dat anders zijn! Want Ik heb Mijzelf met een lichaam omgeven om voortaan niet meer als een onbegrijpelijke en niet te aanschouwen God aan jullie te verschijnen, maar als een mens, met wie jullie net zo kunnen praten en omgaan als met elkaar, en daardoor heb Ik jullie niet alleen tot Mijn volkomen op Mij lijkende kinderen, maar ook tot Mijn ware vrienden en broeders gemaakt.
Hoofdstuk 207: Over de onbevattelijkheid van de schepping - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Ik zei: 'Kijk, beste vriend, deze leerlingen van Mij zijn al zolang bij Mij en hebben dergelijke buitengewone voedselvermeerderingen al herhaalde malen gezien; maar ze zijn Joden, en geen van hen is ook maar één keer op het idee gekomen om Mij daar speciaal naar te vragen! En ze hebben het Mij niet gevraagd, omdat ze in hun nog veelvuldige echt Joodse blindheid geen verschil hebben kunnen ontdekken tussen het ene of het andere wonder dat Ik heb gedaan; maar jullie scherpzinnige Romeinen ontdekken bij Mijn wonderen een echt verschil, dat voor de scherpte van jullie verstand waard is verder besproken te worden.'
Hoofdstuk 208: De wonderbare spijziging in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] Maar ziehier, bij deze Romeinen ben Ik niet genoodzaakt zo'n tegenvraag te stellen, want hun scherpzinnigheid ontdekt ieder verschil dat er bestaat tussen de ene of de andere daad die Ik heb verricht! Ik heb destijds toch ook op zeer grote schaal een vermeerdering van voedsel bewerkstelligd, toen Ik verscheidene duizenden mensen met een paar broden en vissen ruim voldoende heb verzadigd, en Ik heb voor jullie ogen ook een groot aantal daden verricht, die deze Romein van ons tot de meer natuurlijke en begrijpelijke zou rekenen. En toch hebben jullie destijds niet gezegd: Heer en Meester, wij denken te kunnen begrijpen dat U onze netten al verschillende keren met vissen hebt gevuld, hele woeste streken vruchtbaar hebt gemaakt en bij de bruiloft in Kana in Galilea en op veel andere plaatsen water in wijn veranderd hebt; maar hoe hebt U die op zichzelf dode broden en vissen zozeer kunnen veranderen, dat vele duizenden zich daar meer dan voldoende mee konden verzadigen?'
Hoofdstuk 208: De wonderbare spijziging in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Als, ten tweede, de spijzen in de maag aankomen, worden ze daar in zekere zin voor de tweede keer gekookt, en daarbij ontwikkelen zich twee hoofdbestanddelen, waarvan het ene, het grovere, dient om het lichaam, zijn ledematen en spieren te voeden, terwijl het andere door het bloed, dat van deze twee bestanddelen afkomstig is, overal heen geleid wordt waar het lichaam voeding en versterking nodig heeft.
Hoofdstuk 209: Het voedingsproces in het menselijke lichaam - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Als deze twee bestanddelen in de bovenste maag voldoende zijn onttrokken aan hetgeen je gegeten hebt, en in het lichaam zijn verspreid, krijg je dorst en neem je drank tot je. Daardoor komt het voedsel in de onderste, kleinere maag, die in twaalfvakken verdeeld is. Hier wordt door middel van een speciaal gistingsproces de etherische stof uit de kleine cellen van het voedsel gehaald en dient om de zenuwen levend te houden, vandaar dat je die stof ook de 'zenuwgeest' kunt noemen.
Hoofdstuk 209: Het voedingsproces in het menselijke lichaam - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] (De Heer:) 'Want kijk, in de oertijd der tijden schiep Ik maar één, voor jouw begrippen onmetelijk grote zon -en als je 's nachts naar het firmament kijkt, dan zul je het met louter sterren bezaaid zien! En kijk, al die sterren, met uitzondering van de paar planeten die je wel kent, zijn ook zonnen waar omheen zich hemellichamen zoals deze aarde bewegen!
Hoofdstuk 211: De Heer als almachtige Schepper - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Bij deze sterren, die je 's nachts aan het firmament ziet, moet je je een enorm grote ruimte meer dan duizendmaal duizend keer voorstellen, en kijk, al die voor jou ontelbaar vele zonnen en andere hemellichamen zijn in de loop van eindeloos lange tijden uit die ene oergeschapen grote zon voortgekomen natuurlijk niet al volkomen rijp en klaar, maar als zaadkorrels uit de aar van een halm, die het vermogen hebben zich verder voort te planten!
Hoofdstuk 211: De Heer als almachtige Schepper - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Dat op de hemellichamen alles geleidelijk aan en als het ware het een uit het ander tot bestaan komt, wordt in het bijzonder veroorzaakt door Mijn liefde, geduld en zachtmoedigheid voor de mensen, in de eerste plaats speciaal op deze aarde, maar ook voor die mensen, die op andere hemellichamen wonen en daar hun proef om in vrijheid te leven doormaken. Want zie, de hele eeuwige, oneindige ruimte is Mijn eigenlijke woonhuis, en in dat huis zijn ook oneindig veel woningen, die jij eenmaal in Mijn rijk nader zult leren kennen.
Hoofdstuk 211: De Heer als almachtige Schepper - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Toen Ik klaar was met dit onderricht stond Simon Juda op, die Petrus genoemd werd, en zei: 'Heer, ook wij allen danken U voor deze geweldige les; want nu pas voel ik tot diep in mijn gemoed dat U wat Uw lichaam betreft de Zoon Gods bent en daarom ook werkelijk Christus, over wie de profeten vanaf Mozes herhaaldelijk voorspellingen hebben gedaan, maar ook al vóór Mozes, te beginnen met Abraham, de grote verlichte oeraartsvaders van de mensen. Ik zou nu werkelijk niet meer weten met wat voor vraag ik U verder nog lastig zou kunnen vallen; want alles lijkt mij nu duidelijk, in een geweldig beeld voor mijn ogen te zweven.'
Hoofdstuk 212: De belijdenis van Petrus en zijn verzoek om de gelijkenis van de zaaier uit te leggen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ik zei: 'Als Ik jullie alleen voor deze wereld geschapen en geroepen zou hebben, zou Ik jullie ook alleen maar goede wereldse dingen kunnen voorspellen; maar omdat Ik jullie alleen voor Mij en voor Mijn rijk aan gene zijde heb geroepen - wat maak je je er dan druk om als Ik jou, wat deze wereld aangaat, niets goeds en aangenaams kan voorspellen? Want je weet toch dat de eigenlijke slechte en duistere wereld alleen datgene liefheeft en gelukkig maakt, .wat. .is zoals ze zelf is; wat echter niet zo is, vervolgt en verdoemt zij .
Hoofdstuk 212: De belijdenis van Petrus en zijn verzoek om de gelijkenis van de zaaier uit te leggen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Jullie zijn echter evenals Ik niet van deze wereld, maar van boven - derhalve vervolgt en haat de wereld ons ook; en omdat het zo is en niet anders, kan Ik jou, Mijn beste Simon Juda, wat deze wereld betreft ook niets anders :oorspellen dan alleen hetzelfde wat Ik jullie steeds al heb voorspeld! Begrijp je dat?'
Hoofdstuk 212: De belijdenis van Petrus en zijn verzoek om de gelijkenis van de zaaier uit te leggen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Simon Juda zei: 'O Heer en Meester, met deze heilige vraag van U hebt U een enorme steen van mijn borst gewenteld. Want dat U dat beroep op ons doet heeft althans bij mij de dwaze gedachte opgeroepen, dat U daarmee in ernst zou willen dat wij later niet alleen aan de mensen, die eigenlijk een goede akker voorstellen, maar ook aan de bergen, bossen, meren en rivieren, aan alle vogels en alle in de lucht levende dieren, alle dieren op de aarde en zelfs aan alle vissen in het water Uw evangelie moeten prediken; want de creatuur is nu eenmaal alles wat door U geschapen is, en als wij Uw evangelie in de hele wereld aan al het geschapene moeten verkondigen, heeft mijn verstand toch onmogelijk iets anders kunnen bedenken dan letterlijk ten uitvoer te brengen wat U ons hebt opgedragen.
Hoofdstuk 213: Over het verkondigen van het evangelie aan alle schepselen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Ik heb de mens op deze aarde geplaatst om heerser en heer te zijn over alle schepselen -wat hij echter al heel lang niet meer is, en hij moet zich daarentegen door de schepselen van deze aarde laten overheersen. Maar als hij door Mijn geest weer datgene wordt wat hij zou moeten zijn, zal hij weer heer en beheerser van alle schepselen worden en in staat zijn om ze voor zichzelf dienstbaar en nuttig te maken.
Hoofdstuk 213: Over het verkondigen van het evangelie aan alle schepselen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683  ...