15542 resultaten - Pagina 670 van 1037
... 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683 ...
[4] Zal degene die geen licht heeft wel ele juiste smalle middenweg vinden die als enige de wandelaar werkelijk naar het heilige liefdesdoel voert, dat het eeuwige leven is?!Hoofdstuk 51: Adams woorden over het licht. De almachtige God en de liefdevolle Vader in Abedam - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Ja, Ik zeg het jullie: wie in de nacht is gevallen zal zich eerder en gemakkelijker oprichten als het daglicht zal komen, dan degenen die op klaarlichte dag vallen en te traag zijn om zich meteen weer te willen oprichten, opdat het licht hen naar het heilige liefdesdoel brengt.
Hoofdstuk 51: Adams woorden over het licht. De almachtige God en de liefdevolle Vader in Abedam - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[28] Na deze woorden van Garbiël liet Abedam hen allen weer van de grond opstaan en zei tegen hen: 'Kinderen, nu is het tijd dat jullie Mij naar de hoogte volgt, opdat Ik jullie daar innerlijk in tegenwoordigheid van alle vaderen een andere zin in Mijn bedoeling met jullie zal tonen!
Hoofdstuk 52: Garbiëls goede toespraak over de goddelijk-vaderlijke Geest in de woorden van Abedam - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] En meteen verhieven allen zich, vervuld van de grootste eerbied, en volgden Abedam en Adam naar de reeds bekende hoogte, bevend over hun hele lichaam, enerzijds door buitengewone vreugde, anderzijds weer uit overmatige vrees voor Gods heiligheid, macht, kracht en gezag, maar ook ten dele veroorzaakt door de steeds heviger voelbare liefde in hun hart tot de heilige Vader.
Hoofdstuk 53: Op weg naar de hoogte. Besediëls stille bespiegelingen van de natuur en zijn uitlatingen over het wezenlijke menszijn van de Heer. Garbiëls goede beantwoording - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] En Garbiël zei tegen zijn broer Besediël: 'O broeder! Geloof je gevoel, geloof echter ook dat dat niet vanuit jezelf in jouw hart stroomt, maar heilig vanuit Degene die daar vooraan ons allen naar de heilige hoogte leidt, - ja, broeder Besediël, naar een hoogte, die niet alleen een aardse hoogte is, maar eindeloos veel meer: een hoogte van het innerlijke eeuwige leven vanuit Hem! Dat vermoed ik!
Hoofdstuk 53: Op weg naar de hoogte. Besediëls stille bespiegelingen van de natuur en zijn uitlatingen over het wezenlijke menszijn van de Heer. Garbiëls goede beantwoording - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[3] Toen nu de vaderen die wens van Abedam hadden vernomen, strekten alle vaderen, vrouwen en kinderen hun armen naar de twaalf uit en zo werden zij op de meest liefderijke manier opgenomen.
Hoofdstuk 54: De vaderen ontvangen de twaalf. Seths spraakgebrek door Abedam genezen. De spijziging van de twaalf - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[6] Of zijn je armen soms stijf geworden, dat je die niet wilt uitstrekken naar degenen die de heilige Vader Abedam Zelf hierheen heeft gebracht? - Of is Zijn oproep je soms ontgaan?'
Hoofdstuk 54: De vaderen ontvangen de twaalf. Seths spraakgebrek door Abedam genezen. De spijziging van de twaalf - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Nu stond Seth op en strekte ook netteen vriendelijk zijn armen naar het twaalftal uit om hen op te nemen.
Hoofdstuk 54: De vaderen ontvangen de twaalf. Seths spraakgebrek door Abedam genezen. De spijziging van de twaalf - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] Toen die nu merkten dat ook de voordien boze vader Seth zijn armen naar hen uitstrekte, vielen zij allen aan zijn voeten neer en vroegen hem om vergeving, daar zij zeker geloofden dat zij hem eerder door hun onbezonnenheid geërgerd hadden.
Hoofdstuk 54: De vaderen ontvangen de twaalf. Seths spraakgebrek door Abedam genezen. De spijziging van de twaalf - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Jullie, kinderen, vrienden, toen jullie allen toch zo snel en zo bruusk van de heilige hoogte afgevlucht zijn door mijn woorden die jullie naar Adam, de vader, verwezen, deed mij dat pijn vanwege jullie, mijn kinderen en vrienden, omdat je niet naar Adam wilde gaan, naar wie mijn woordje in alle ernst verwezen had, om jullie vraag aan hem te stellen, waarom je met moeite en vrees de heuvel was opgegaan!
Hoofdstuk 54: De vaderen ontvangen de twaalf. Seths spraakgebrek door Abedam genezen. De spijziging van de twaalf - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[23] En nu, kinderen en vrienden, zoals ik nu merk, hebben jullie je vandaag nog niet gesterkt met spijs en drank; kom daarom hierheen naar de manden en eet en drink van alles wat je daarin aantreft, - want alles is door de heilige Vader gezegend!
Hoofdstuk 54: De vaderen ontvangen de twaalf. Seths spraakgebrek door Abedam genezen. De spijziging van de twaalf - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[26] En zij volgden Seth naar de mand van Adam en aten en dronken allen welgemoed uit diens mand.
Hoofdstuk 54: De vaderen ontvangen de twaalf. Seths spraakgebrek door Abedam genezen. De spijziging van de twaalf - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Nadat de twaalf, die bij de manden zaten, zich rijkelijk verzadigd en gesterkt hadden en opgestaan waren, gingen zij meteen naar Abedam, Adam en Seth en dankten zeer innig voor de grote genade, of zoals zij het zeiden, dat zij zich zelfs uit de etensmand van Adam met de meest smakelijke spijzen hadden mogen verzadigen.
Hoofdstuk 55: Garbiël looft de maaltijd. Abedams woorden over de overdreven dankbetuiging - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] Kijk naar mij. Dit hart, dat in mijn borst slaat, wil ik voor de allerhoogste Lever van zulke gaven als een eeuwig damkoffer van de grootst mogelijke liefde laten branden en zoveel als maar mogelijk is, de heilige Vader loven en prijzen, dag na dag, uur na uur en ieder ogenblik.
Hoofdstuk 55: Garbiël looft de maaltijd. Abedams woorden over de overdreven dankbetuiging - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] En zal het kind mettertijd werkelijk een groter geschenk verleend worden, hoe zal het dan in staat zijn hiervoor naar verhouding te bedanken, als het zich reeds heeft uitgeput in dankbaarheid voor de eerdere nauwelijks bijzondere kleinigheid!
Hoofdstuk 55: Garbiël looft de maaltijd. Abedams woorden over de overdreven dankbetuiging - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)