Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 673 van 1110

...  661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683 - 684 - 685 - 686  ...
[3] Heel Mijn Rijk, zowel het tijdelijke als het eeuwige, zal Ik daarom afnemen van de kinderen, en Ik zal het geven aan jullie! En de kinderen zullen zich dan moeten voeden met de wereldse 'modder'!
Hoofdstuk 10: Antwoord van Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[2] Ge moogt daarom zeer goede hoop koesteren! Ge moet namelijk weten dat het zal geschieden -ja, het Is reeds geschied dat Ik het licht aan de kinderen van Mijn volk zal ontnemen, om het onbeperkt aan jullie, heidenen, te geven! Zeer recentelijk nog heb Ik onder de hier bij ons levende heidenen, Grieken en Romeinen, geloof aangetroffen, zoals in heel Israël niet te vinden is! Liefde en deemoed zijn onder de joden namelijk volledig onbekende eigenschappen van het menselijk hart geworden, terwijl Ik die toch vaak genoeg wel en in volle bloei bij jullie, heidenen aantref.
Hoofdstuk 10: Antwoord van Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[2] O Heer, welke sterveling zou de grootte kunnen kennen van Uw Liefde voor ons mensen, die Uw schepselen zijn?! Die Liefde, waarmee U nu alles weer wilt vernieuwen, waarbij Ge Zelf een weg gaat, die volgens menselijke begrippen voor een God nagenoeg ondenkbaar en onmogelijk moet zijn!
Hoofdstuk 9: Vijfde brief van Abgarus aan Jezus ( drie weken na ontvangst van het vierde antwoordschrijven van de Heer) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[8] 8 Zo zit er [in jouw gevangenis] een misdadiger opgesloten, die volgens jouw -overigens wijze -wetten de dood heeft verdiend... Maar Ik zeg je: Liefde en Barmhartigheid zijn van hoger waarde dan wijsheid en gerechtigheid! Behandel hem dus naar de regels van die liefde en barmhartigheid, dan zal je eens bij Mij zijn, en bij Hem Die in Mij is, en van Wien Ik als mens, net als jij ben uitgegaan! Amen.
Hoofdstuk 8: Eigenhandig geschreven antwoord van Jezus in het Grieks(terwijl de andere brieven in het Hebreeuws waren gesteld) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[12] Volgens Augustinus (verg. Contra Faust 28,4; De Consensu Evangelistarum, I, 7, 11.) zouden er van Jezus geen echte brieven bestaan; maar is deze categorische negatie wel juist? In het algemeen zeker niet: in de Syrische kerk stond de traditie van deze briefwisseling van Jezus met koning Abgarus onomstotelijk vast, hetgeen blijkt uit vroegchristelijke Syrische documenten. De Syrische liturgie houdt deze briefwisseling dan ook voor een historisch gegeven. De 'Doctrina Addai', waarschijnlijk uit de 4e eeuw, neemt deze oude traditie over.
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[15] De meest eminente getuige voor de echtheid van deze briefwisseling is echter Eusebius van Caesarea, die in het jaar 339 overleed, na tijdens zijn leven op de drempel te hebben gestaan tussen twee perioden van de wereldgeschiedenis. Hij kan namelijk door zijn opvoeding, zijn interessen en zijn 'de opbrengst van het verleden samenvattende' werken nog worden gerekend te behoren tot de tijd vóór 'Nicea', terwijl hij later, als bisschop en kerkhistoricus in het centrum staat van het (toen)-nieuwe tijdperk van Constantijn. In Palestina in het jaar 263 geboren, ontving hij zijn geleerde opvoeding van Pamphilius aan de te Caesarea door Origenes gevestigde school met haar beroemde bibliotheek. Als bisschop van Caesarea (sedert 313) kreeg hij grote invloed op keizer Constantijn, niet in het minst door zijn grote geleerdheid. Deze Eusebius zal voor altijd geboekstaafd blijven als de grote geschiedschrijver van de christelijke oudheid.
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[1] Volgens het evangelie van Johannes 20:30, heeft de Heiland vele tekenen gedaan die daarin niet zijn opgenomen. Het had immers nauwelijks anders gekund?
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[1] En Abedam vroeg hen: 'Welnu, luister dan: Ik heb met groot welbehagen de uitingen van jullie harten vernomen; derhalve zijn jullie allen er waarlijk het allerbeste aan toe, - maar zoals Ik nu onder jullie vertoef, dat weet je, kan Ik ter wille van jullie vrije leven niet blijven en moet Ik je als zichtbare Vader spoedig weer verlaten!
Hoofdstuk 1: De liefde en de zegen van de heilige Vader als teken van Zijn geestelijke aanwezigheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] Eén van deze vroeg-christelijke apocriefe documenten nu is de briefwisseling tussen Jezus en Abgarus Ukkama, koning van Edessa. Alhoewel vele theologen aan de echtheid van deze briefwisseling wensen te twijfelen, geschiedkundig staat niettemin vast, dat er een zekere koning Abgarus V, Ukkama, als vijftiende koning dat landje, toen Osrhoene genaamd, waarvan Edessa de hoofdstad was, heeft geregeerd. Volgens de kronieken van Edessa stond hij namelijk tweemaal aan het hoofd van zijn land in de jaren 4 v. Chr. tot 7 n. Chr. voor de eerste maal en vervolgens van het jaar 13 n. Chr. tot het jaar 50. (Untersuchungen uber die Geschichte des Konigreiches Osrhoene, Gutschmid. Mem. v. d. Acad. v. St. Petersburg. ..Dict. Theol. Cath., Dl. I, kol. 67, zie onder Abgar, door J. Parisot).
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[46] Laat ieder van jullie zich dus hoeden voor het zelfzuchtig streven naar aardse goederen, rijkdom, glans en aanzien, maar zoveel mogelijk milddadig zijn tegenover zijn armere broeders en zusters; dan zal de strijd met de duisternis ook gemakkelijk zijn. Amen­
Hoofdstuk 13: Over het weerzien in het grote hiernamaals - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[47] Dit zegt de Heer van alle leven tot jullie allen. Amen. Amen. Amen.
Hoofdstuk 13: Over het weerzien in het grote hiernamaals - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[61] De arme man zegt: 'Nee, en nog eens nee! Ik moet jullie, mijn beste vrienden, openlijk bekennen dat het mij blij zou maken om als een grote zondaar bevonden te worden! Want de zonde verheft niet, maar maakt deemoedig, en dat is goed en rechtvaardig. Ik heb dat op aarde dikwijls gevoeld als ik mij -weliswaar een korte tijd -soms van geen ronde bewust was, wat bij mij vooral na een biecht het geval was. In zo'n toestand was ik heel hoogmoedig vanuit een vermeende, puur zedelij­ke onberispelijkheid, en dan zei ik ook heimelijk in mijzelf als ik een liederlijk mens tegenkwam: goddank dat ik niet zo ben als deze kerel, die God en ieder menselijk recht veronacht­zaamt!
Hoofdstuk 11: De verlossing van een arme man - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[60] De in het wit geklede zegt: 'Maar weet, beste broeder, dat zelfs de meest rechtvaardige zeven maal per dag zondigt, zon­der het te weten! Als je nu alle dagen bij elkaar optelt, vanaf je toerekenbare jaren, en die met zeven vermenigvuldigt, zou dat toch een aanzienlijk aantal doodzonden opleveren, vooral als je in aanmerking neemt, dat -volgens Ignatius van Loyola ­vier kleine samen ook één grote maken! En als hij met zo'n rekening aan zou komen, zou je ook dan de boodschapper van de Heer niet vrezen?'
Hoofdstuk 11: De verlossing van een arme man - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[54] Alleen om dit te zeggen en te vragen hebben wij het recht; al het meerdere beschouw ik feitelijk als zonde! Nu zullen jul­lie hopelijk begrijpen waarom ik geen waarde hechtte aan lita­nieën en betaalde gebeden. Maar een oprechte voorbede uit de liefde van het hart van de ene broeder voor de andere heb ik altijd erg gewaardeerd en om die reden vroeg ik het jullie ook. Maar jullie kunnen doen wat jullie willen. In alles geschiede eeuwig de allerheiligste wil van de Heer!'
Hoofdstuk 11: De verlossing van een arme man - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[6] Overigens staat er in de hele Schrift geen letter over het eeu­wig verwerpen of verdoemen van een geest, maar alleen over een eeuwige verdoemenis van de 'chaos' tegenover Mijn eeu­wige 'orde', die noodzakelijk is, omdat er anders niets zou kunnen bestaan. De zonde als tegen-orde is werkelijk eeuwig verdoemd, maar de zondaar slechts zolang hij zich in de zonde bevindt. Er bestaat dus werkelijk een eeuwige hel, maar geen geest die vanwege zijn zonden eeuwig tot de hel verdoemd zou zijn; hij bevindt zich daar slechts totdat hij zich betert! Wel heb Ik tegen de Farizeeën gezegd: 'Daarom zullen jullie des te meer verdoemd zijn!', maar nooit: 'Daarom zullen jullie voor eeuwig worden verdoemd!' Begrijp je nu die zo gevaarlijk uit­ziende schriftteksten?'
Hoofdstuk 14: 'Eeuwige straf' en 'eeuwige verdoemenis' ­bestaan die? - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
...  661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683 - 684 - 685 - 686  ...