17481 resultaten - Pagina 680 van 1166
... 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683 - 684 - 685 - 686 - 687 - 688 - 689 - 690 - 691 - 692 - 693 ...
[23] Maar mijn hart vragen betekent zo veel als een steen ondervragen! Wie kan weten wat daarin verborgen is? Mij geeft het geen antwoord!Hoofdstuk 165: Abedam, de hoge, en de vijf zoekenden naar het licht. Niet onderzoeken, maar liefhebben voert tot leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[24] Ik was immers wel aanwezig toen Emmanuël Abba ons heeft gezegend; maar Zijn zegen moet bij mij evenals mijn vroeger aanschouwde licht voorbij zijn getrokken, zonder meer dan alleen mijn ogen aangeraakt te hebben!"
Hoofdstuk 165: Abedam, de hoge, en de vijf zoekenden naar het licht. Niet onderzoeken, maar liefhebben voert tot leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[28] En Mahalaleël antwoordde: "Waarlijk, mij verging het nog slechter dan mijn vaderen! Zij hebben tenminste nog een licht gezien, - ik echter niets anders dan overal nacht, ja niets dan een koude nacht!
Hoofdstuk 165: Abedam, de hoge, en de vijf zoekenden naar het licht. Niet onderzoeken, maar liefhebben voert tot leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[30] Ik weende over de grote armoede in mijn eigen hart; maar het hete zand van mijn woestijn verslond ook de tranen en nu kan ik ook niet meer huilen en lijk geheel en al op een steen.
Hoofdstuk 165: Abedam, de hoge, en de vijf zoekenden naar het licht. Niet onderzoeken, maar liefhebben voert tot leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Vervolgens kwam het mij in mijn droom voor, als zou Emmanuël Abba opzettelijk deze storm over ons hebben laten komen om onze liefde tot en ons vertrouwen in Hem van onze kant zelf te beproeven. En wederom droomde ik: wie weet, misschien is juist in deze storm Emmanuël in ons midden en wel in de storm zelf?!
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Want ik dacht bij mijzelf: wanneer ik van Hem, die mijn hart zo vurig liefhebbend heeft omvat, alleen maar kan dromen zoals een jonge vrijer van zijn pas uitverkoren bruid droomt, dan is dat immers toch al een grote genade, die ik niet in het minste waard ben!
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Daarom wil ik mij steeds verheugen over mijn God, mijn Emmanuël, mijn liefdevolle Abba!
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Zie, lieve, vreemde man zoals reeds gezegd bestaat hieruit mijn onvergankelijke bevinding!"
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] O jij Mijn Jared! Zie Henoch, Methusalah en Lamech, jullie allen wonen onder één dak! De liefde scheidde je niet van elkaar en dus Mij ook niet van jullie; en dus wil Ik ook bij jullie en al je nakomelingen verblijven. Tot aan het einde van alle tijden zullen de nakomelingen van jouw stam daaraan goed te herkennen zijn, dat Ik altijd bij hen Mijn intrek zal nemen!
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[26] Aan jou, Mijn geliefde Jared, staat het vrij te kiezen of je hier bij Mij wilt blijven of dat Ik met jou naar je woonstee trek en bij jou verblijf!"
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[28] Bij U is het overal goed vertoeven en mijn woonstee is overal waar U bent; maar niemand moet door mij tekort worden gedaan! Uw heilige wil geschiede! Amen."
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Adam beduidde hen onmiddellijk op te staan en zei tegen hen: "Mijn geliefde kinderen, ik ben uitermate verheugd jullie wel behouden bij mij te zien!
Hoofdstuk 168: Een terugblik op de stormnacht. Liefde verdrijft vrees - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] En Abedam antwoordde hen: "Mijn lieve vrienden, bij dergelijke voorvallen vergaat het degene wiens geest slaapt weliswaar slecht, - maar met de wakkere van geest gaat het des te beter!
Hoofdstuk 168: Een terugblik op de stormnacht. Liefde verdrijft vrees - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] Deze maaltijd moet je dus ook in het vervolg houden voor je een sabbatsoffer aan de Vader wilt brengen; want waarlijk, Ik zeg je: het offer zal niet eerder worden aangezien dan totdat jullie elkaar bij het ochtendmaal als ware broeders en zusters in Mijn liefde en dus ook als kinderen van een en dezelfde Vader in je hart goed hebben opgenomen!
Hoofdstuk 169: Het ochtendmaal van de aartsvaderen op de sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Ik heb mij deze nacht grote zorgen om jullie allen gemaakt; dat kwam door de verschrikkelijk strijdende elementen. Maar nog veel groter was mijn vertrouwen in de Heer, de meest geliefde Vader van ons allen, die altijd heilig, heilig, heilig is en vervuld van de grootste macht en kracht, hulp en redding; want wij waren allemaal aan niets minder dan aan de grootste beproeving prijs gegeven en moesten een ware vuurproef doorstaan. Mijn oude woonstee werd een behuizing voor de meest wilde dieren. Slangen, hyena's, tijgers, leeuwen, wolven, beren en nog allerlei ander gedierte vulden deze woning en felle vlammen braken gloeiend uit de vloer omhoog. En toch mocht ons vertrouwen niet wankelen en wij allen ondervonden dan ook al spoedig de heerlijke uitwerking van Emmanuëls beschermende zegen!
Hoofdstuk 168: Een terugblik op de stormnacht. Liefde verdrijft vrees - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)