Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 690 van 1490

...  678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683 - 684 - 685 - 686 - 687 - 688 - 689 - 690 - 691 - 692 - 693 - 694 - 695 - 696 - 697 - 698 - 699 - 700 - 701 - 702 - 703  ...
[21] Wie dus Mijn woorden hoort en niet gelooft, zal Ik daarvoor niet richten; want Ik ben niet gekomen om de wereld te richten en als een tirannieke koning te gebieden, maar om de wereld zalig te maken door het woord en haar de vrede te brengen. Wie Mij veracht en Mijn woorden niet opneemt, heeft al voldoende van hetgeen hem richt; want het woord dat Ik heb gesproken en dat eeuwig zal blijven, zal hem richten op zijn jongste dag, waarop hij afscheid zal nemen van deze aardse wereld om het eeuwige rijk binnen te gaan, waar Ik de waarachtige Koning zal zijn en eeuwig zal blijven. (Joh. 12:47-48)
Hoofdstuk 68: Nicodemus en de oversten bij de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[25] Nicodemus zei: 'Heer, wij begrijpen deze woorden van U niet helemaal; bovendien lijkt het ons vooral noodzakelijk dat U aan Uw eigen persoonlijke veiligheid denkt; daarom zijn wij hierheen gekomen, namelijk om U die naar vermogen te verschaffen. Zou het dus niet het beste zijn dat U deze plaats verlaat om U te verbergen? De zoon van mijn broer hier zou U veilig begeleiden, omdat hij veel connecties over de grens heeft, waar U volkomen veilig een tijdlang zou kunnen leven.'
Hoofdstuk 68: Nicodemus en de oversten bij de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[28] Wijzelf begaven ons weldra ter ruste, omdat deze dag ook van onze lichamen een grote inspanning had gevergd. Wij brachten de nacht in grote rust door; alleen de ziel van judas kon geen rust vinden. Veel gedachten en menige influistering trokken er door zijn ziel, zodat hij de nacht slapeloos doorbracht.
Hoofdstuk 68: Nicodemus en de oversten bij de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[29] Wij sloegen de weg naar Jericho in en zagen weldra judas naar ons toekomen, die vanaf de heuvelons vertrek had opgemerkt en zich bij ons aansloot, zonder op de gezichten van de apostelen te letten, die daar nu niet direct blij mee waren. Deze reis maakte Ik nu alleen met de twaalf, en van Mijn overige aanhangers was er verder niemand meer bij ons.
Hoofdstuk 69: Het gesprek tussen judas en Thomas. Het afscheid van Bethanië Verblijf aan de Jordaan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[4] Hij vroeg waar hij Mij zou kunnen treffen, en Ik zei hem dat Ik tot de volgende dag rond het middaguur op deze plaats zou blijven.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] In een geheime zitting werden nu eens deze, dan weer andere middelen overwogen, zonder dat de tempelheren het eens hadden kunnen worden. Toen werd hun gemeld dat iemand de Hoge Raad wilde meedelen waar de Nazarener zich bevond.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[9] Uitermate verheugd liet Kajafas deze man, die Judas Iskariot was, bij zich komen en bracht hem naar de Hoge Raad. Daar deelde Judas de Raad mee, dat hij meende in staat te zijn de gezochte Jezus van Nazareth in de handen van de tempelwacht over te leveren, als daarbij maar de nodige voorzichtigheid in acht werd genomen.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] Op de vraag, hoe hij dat dan wilde doen, antwoordde Judas: 'Ik heb mij geruime tijd in zijn nabijheid opgehouden, en ik ken hem en zijn aanhangers dus van heel dichtbij. Er is zelfs een tijd geweest dat Ik meende in hem.de verwachte Messias der joden te moeten zien. Maar nu ben ik ervan overtuigd geraakt dat hij geen ander oogmerk heeft dan onze vanouds eerbiedwaardige voorschriften en wetten, die onder de heilige bescherming van de tempel staan, omver te werpen, zonder dat hij in staat is daar iets krachtigs en beters voor in de plaats te stellen. Hij is dus gevaarlijk, en als eerlijke jood, die zijn best behoort te doen om de achting voor de wet van Mozes hoog te houden, bied ik mijn diensten aan om aan die gevaarlijke activiteiten een einde te maken. Ik weet nog niet of het zal lukken; maar waar zoveel wijze mannen bijeen zijn, zal het zeker lukken om het juiste middel te vinden waarmee deze wonderheiland gevangen genomen kan worden.'
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[13] Een van de Farizeeën die na het opwekken van Lazarus zo'n geduchte afstraffing hadden opgelopen, riep: 'Laat vooral niemand proberen hem in Bethanië gevangen te nemen! Daar zou dat nutteloos zijn; want zijn duivelskracht zou daar weer tevoorschijn komen. Het zou het beste zijn als men hem 's nachts gevangenneemt -enerzijds vanwege het volk, dat sterk op zijn hand is, en bovendien heb ik horen vertellen dat de kracht van zulke tovenaars 's nachts zwakker is. Op een bepaald uur zou zelfs de ergste tovenaar even zwak zijn als ieder gewoon mens, zodat hij aan niemand weerstand kan bieden. Zeg op - jij moet dat weten, aangezien jij in zijn nabijheid hebt verkeerd: heeft ook deze man zijn zwakke uur? Wat doet hij 's nachts?'
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[18] Nu vroeg Kajafas hem wat hij voor deze dienst verlangde.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Nu woonde er in de stad een man, die tot degenen behoorde die door Mij al in het begin van Mijn tijd als leraar gezond waren gemaakt, toen Ik de eerste keer in Jeruzalem zelf optrad. Hij was een trouw aanhanger van Mijn leer en was niet bang voor de joden en de afgunstige Farizeeën. Hij had een kleine herberg, die steeds door gegoede gasten werd bezocht. Met name kwamen er veel Romeinen bij hem, die naar Jeruzalem reisden, en daarom stond hij in aanzien bij het volk en kon hij goed in zijn levensonderhoud voorzien. Deze waard had Mij al herhaaldelijk via Mijn leerlingen uitgenodigd om bij hem te komen.
Hoofdstuk 71: Het paaslam. De voetwassing. Judas verraadt de Heer. Het avondmaal van de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] Nadat wij op de traditionele wijze het lam hadden gegeten, stond Ik op, omgordde Mij en begon aan de voetwassing (Joh. 13:4-12), waarmee de diepste verdeemoediging van de Mensenzoon werd uitgedrukt, omdat dat een taak van de laagste dienaren en slaven was. Tegelijkertijd wordt daarmee gezegd dat niemand Mijn wegen kan bewandelen, zonder dat Ik eerst de instrumenten voor hem heb gereinigd, die het hem mogelijk maken ook deze weg te gaan - dat wil dus zeggen: zijn hart moet volledig gereinigd zijn van al het stof van de wegen van de wereld, die hij tot dan toe heeft bewandeld, en Ik ben degene die hem daarvoor de middelen aan zal reiken. Daarom moet niemand die wassingen vrezen, anders zal hij geen deel aan Mij hebben.
Hoofdstuk 71: Het paaslam. De voetwassing. Judas verraadt de Heer. Het avondmaal van de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[22] Door al die gesprekken was het al laat geworden, en nu nam Ik nogmaals het brood, waarvan Ik de eerste stukken had toebereid, en zei tegen de elf: 'Laat ieder nog een stukje nemen, dat Ik hier klaarmaak. Het is Mijn lichaam, het vleesgeworden Woord, dat in jullie levend moet worden. Neem ook deze beker, drink allen daaruit; het is Mijn bloed, dat voor jullie vergoten zal worden ter vergeving van jullie zonden. Wie niet Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt, zal nimmer zalig worden. Jullie weten nu hoe jullie dat moeten begrijpen en zullen Je met meer aan zulke woorden ergeren. * (* Zie hiervoor o.a. deel 9, hfdst. 73:2, Wie in Mijn woord het brood der hemelen eet en door te leven naar Mijn woord, dus door de werken van de ware, geheelonbaatzuchtige liefde tot God en zijn naaste de wijn van het leven drinkt, die eet ook Mijn vlees en drinkt Mijn bloed. Want zoals het natuurlijke brood dat de mens eet in de mens tot vlees wordt en de gedronken wijn tot zijn bloed wordt omgevormd, zo wordt in de ziel van de mens ook Mijn woord brood tot vlees en de wijn van de werken van liefde tot bloed.) Eet en drink, en doe het, steeds als jullie dat doen, ter gedachtenis aan Mij .Waar er twee dit ter gedachtenis aan Mij zullen doen en in Mijn naam bijeen zijn, daar ben Ik ook onder hen'
Hoofdstuk 71: Het paaslam. De voetwassing. Judas verraadt de Heer. Het avondmaal van de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Daarom voelde deze ook het bange uur en zei (Jezus): 'Mijn ziel is ten dode bedroefd!' Daarna zei hij ook tegen de drie: 'Blijf hier en waak met mij!'
Hoofdstuk 72: Jezus in Gethsemané. De gevangenneming van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[6] Hij ging wat verderop en bad de woorden: 'Vader, als het mogelijk is, laat deze kelk van mij weggaan; maar niet zoals ik wil, maar zoals U wilt!'
Hoofdstuk 72: Jezus in Gethsemané. De gevangenneming van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  678 - 679 - 680 - 681 - 682 - 683 - 684 - 685 - 686 - 687 - 688 - 689 - 690 - 691 - 692 - 693 - 694 - 695 - 696 - 697 - 698 - 699 - 700 - 701 - 702 - 703  ...