Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 72 van 139

...  60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85  ...
[11] Kijk, de `engelen' sluiten ons in en we zullen ons deze keer niet verweren, maar ons door hen laten oppakken. Eerst wanneer ze over ons een heel menslievend oordeel hebben geveld, zullen we ons wat gaan roeren, want dit alles behoort bij de zaak. Zonder deze ervaring zouden jullie geen volkomen inzicht hebben in deze geestelijke situatie, en langs een andere weg zouden we deze geesten niet gauw benaderen en ze dan, voor hun eigen bestwil, van hun waanideeën overtuigen. Daarom laten we ons, zoals gezegd, intussen heel goedmoedig oppakken, opdat jullie daaruit ook mogen inzien op hoe ontelbaar veel manieren de Heer Zijn dienaren aanhoudend vruchtbaar liefdewerk weet te verschaffen.
Hoofdstuk 70: Bij de paradijselijke augustijnen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[7] Jullie vragen waarom deze zogenaamde nieuw-scholastici zich het wezen van de drie-enige God niet nog volmaakter voorstelden en waarom de Heer hun dat niet heeft aangegeven. Dat komt omdat zij allemaal daarnaast als gevolg van de vroegere uit drie personen bestaande goddelijke drie-eenheid, toch nog wat verkeerde ideeën hadden. Een deel van deze scholastici kreeg later toch al een beter inzicht en heeft zich daarom onder de bescherming van de Griekse kerk geplaatst, waar zij zich toen tot een echte sekte ontwikkelden onder de naam van `Unitariërs'. Maar onder de roomse bisschop bleef steeds de eerste regel gehandhaafd en wel onder de strenge clausuur van het zwijgen. Dit zwijgen ging mettertijd zo ver, dat zelfs de ingewijden slechts heel weinig woorden met elkaar mochten wisselen. Ieder voor zich mocht wel in gesprek gaan met het innerlijke woord, maar het was niet geoorloofd dit innerlijke woord aan iemand anders mee te delen. Zo verkommerde mettertijd ook deze goede orde en ze stond bij veel latere hiërarchen niet meer in hoog aanzien.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] Jullie zouden even goed kunnen vragen waarom de Heer zoveel onkruid en wilde en giftige dieren op aarde heeft geplaatst, hoewel jullie daarvan nergens het nut inzien. Ik zeg jullie, wat dat betreft gaat de Heer altijd Zijn ondoorgrondelijke wegen volgens Zijn eigen raadsbesluiten. Voor ons is het voldoende om er heilig van overtuigd te zijn dat Hij een oneindig goede Vader is. Als we die overtuiging hebben, weten we ook dat Hij niets voor een slecht doel heeft geschapen, maar dat Hij alles ontegenzeggelijk naar het beste doel leidt en ook eeuwig leiden zal! Jullie vragen of we nu ook de overige delen van de kerk zullen bezoeken en bezichtigen. Dat is niet nodig; daarom begeven we ons nu naar het eigenlijke klooster en doen daar onze waarnemingen. Kijk, daar komt zojuist een vriendelijke augustijn uit de zogenaamde sacristie. Hij groet ons en wenkt ons om naar hem toe te komen. Dus geven wij ook gevolg aan zijn wenk.
Hoofdstuk 66: uitleg over de Inrichting van het augustijnenklooster - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Kijk daar, aan de overkant van de binnenplaats van het klooster geeft een openstaande deur toegang tot een tamelijk grote tuin. Daar zullen we naartoe gaan en zien wat we allemaal in de tuin aantreffen. Wel, de tuin ligt reeds uitgestrekt voor onze ogen. Hoe bevalt hij jullie? Jullie zeggen: vriend, werkelijk, men moet een vijand zijn van iedere hoger gevoel voor schoonheid, als men geen genoegen zou hebben aan deze tuin. Deze prachtige bogen langs de hoge tuinmuren, deze fonteinen, de prachtige zuilentempels en dan de vele mooie bloemen en ook nog de fruitbomen in de mooiste orde gerangschikt, - men moet werkelijk zeggen: hier zijn kunst en voortreffelijke smaak verenigd. De natuur is overal heel mooi en harmonisch afgestemd op de kunst. Daar, boven de tuinmuur uit, verheft zich een mooi paleis dat wat zijn pracht betreft, werkelijk niets te wensen overlaat. We zijn van mening dat als de geesten die hier ergens in deze tuin wonen maar enigszins overeenstemmen met deze prachtige aanleg, op zichzelf beschouwd dan toch geen totaal bedorven mentaliteit kunnen hebben. Ja, geliefde vrienden en broeders, ik zeg jullie, dat lijkt wel zo, maar jullie moeten daarbij de volgende regels niet vergeten:
Hoofdstuk 70: Bij de paradijselijke augustijnen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[7] Jullie vragen wat zulke engelen eigelijk op aarde waren. Hebben jullie nog nooit gehoord van zogenaamde lekenbroeders, of beter gezegd, kloosterknechten? Ook hier zijn ze dienstwillige geesten van het klooster. Maar met de bedoeling dat hun dienst hun beter zal bevallen, worden ze als engelen aangekleed. Dat komt allemaal door de verkeerde denkbeelden die dergelijke mensen hadden toen ze het tijdelijke voor het eeuwige verruilden. De grote liefde en ontferming van de Heer laat deze wezens echter bij hun denkbeelden totdat ze zich zo zachtjesaan bewust worden dat met dergelijke situaties iets mis moet zijn. Op de eerste plaats omdat ze zich met al deze mooie vruchten nooit volkomen kunnen verzadigen. Het eten en drinken komt hun bijna voor, alsof ze droomden dat ze aten en dronken. Ten tweede zien ze hier boven zich wel voortdurend witte wolken voorbijtrekken, maar waar deze wolken hun licht vandaan krijgen, kunnen ze niet zien. En ten derde valt hun mettertijd op dat ze, wel wetend in de geestelijke wereld te zijn, nergens een heilige te zien krijgen, ook niet de Moeder Gods, Maria, dus ook geen Petrus en geen aartsengel Michaël. Een vierde heel groot probleem voor hen is dat, wanneer ze over de tuinmuur kijken waar ze gewoonlijk met ladders opklimmen, zij niets dan onvruchtbare steppen zien en alleen maar hun tuin veel vruchten voortbrengt. Ten vijfde werkt ook de omstandigheid dat hun kloosterkerk behalve door henzelf door niemand anders bezocht wordt, eraan mee om hen geleidelijk wakker te schudden. En zo zijn er nog meer van dergelijke duwtjes, waardoor de geest er op wordt gewezen dat er met zijn paradijs iets mis moet zijn.
Hoofdstuk 70: Bij de paradijselijke augustijnen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] Kijk, de opperste leider van dit paradijselijk monnikencollege komt heel voorzichtig naar ons toe en ondervraagt ons, zeggende: wij en alle goede geesten loven God de Heer! Als jullie eveneens goede geesten zijn, zeg ons dan wat jullie verlangen.
Hoofdstuk 72: Netelige vragen - eerlijk antwoord - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[8] Goed gesproken; ik zei jullie toch dat deze komedie jullie wat zou verrassen. Maar de eigenlijke komedie is nog niet begonnen. Tot nu toe is dit verschijnsel in zekere zin niets anders dan het optrekken van het doek van. het meest ergerlijke theater op aarde. Pas wanneer jullie op dit hemeltheater de handelende personen zullen zien, dan zullen jullie nog grotere ogen opzetten. Maar zoals gezegd, jullie moeten je niets aantrekken van al wat nog gaat komen, want dit alles komt voort uit de totaal nietszeggende bedriegerijen van deze geesten.
Hoofdstuk 76: Het opblazen van de bedrieglijke hemel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Aan de ene kant is hier alles wel bedrog en ijdele schijn, maar volgens jullie eigen oude bijbelspreuk: `Voor de reine is alles rein', is in al deze bedrieglijke verschijningen voor ons ook niets bedrieglijks, want juist door deze verschijningen laten de geesten hun hele innerlijk zien en het is voor geen van hen mogelijk om iets anders tevoorschijn te laten komen dan juist alleen maar datgene wat volkomen met zijn innerlijke wezen overeenstemt.
Hoofdstuk 78: Tweede akte van de komedie in de kloosterhemel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Luister, lieve vrienden en broeders, dit is even gemakkelijk te begrijpen als het andere, want deze hele hemel is niets anders dan het product van verkeerde denkbeelden van deze geesten. Wanneer zij zich zo opblazen, dan groeit deze hemel evenredig met hen mee. Opdat jullie ook dat door en door zullen begrijpen, zal ik nog een duidelijk aards voorbeeld geven.
Hoofdstuk 80: Verdere uitleg over de bedrieglijke komedie. Het geestelijke leven wordt op oneindig veel verschillende manieren begeleid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Wanneer de Heer Zijn kerk en Zijn dienaren op aarde met zo'n heerlijkheid toerust, hoeveel te meer zal Hij dat hier in het rijk der zalige geesten doen. Wanneer Hij dus hogere boden naar ons toe stuurt, dan kun je toch vol vertrouwen verwachten dat dergelijke boden niet in de gedaante van zo'n echt straattype zullen verschijnen, maar met grote praal en hemelse majesteit. Want er staat toch in de Schrift dat de Heer met grote macht en heerlijkheid zal rondtrekken op de wolken des hemels. Hoe kunnen dergelijke straattypen dan afgezanten van God zijn? Vermomde boden van de hel, ja, maar geen hogere boden van de hemel. Daarom maar recht vooruit met ze naar de dwangtoren, die gebouwd is uit louter gewijde stenen. Het zal dan wel meteen duidelijk worden, van wat voor gezindheid ze zijn. Want zo'n gewijde steen moet voor duivelen duizendmaal erger branden dan de onderste hel.
Hoofdstuk 71: In ogenschijnlijke gevangenschap bij de paradijselijke augustijnen. Hun twijfel over de juistheid van hun handelen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[11] O mijn lieve vrienden en broeders, dat moet jullie helemaal niet beangstigen, want hier in het rijk van de geesten beleven wij, dienaren van de Heer, vaak heel andere gevechten dan dit, waarvan jullie nog nauwelijks het eerste begin zien. Wacht eerst eens tot deze helden meer naar voren komen voorzien van allerlei wapens; dan zullen jullie pas het reusachtige van deze theaterhelden zien. Jullie zien nu ook onze vroegere kleine Abrahamstafel op dezelfde manier vergroot. Zo zullen jullie ook zien, hoe zich hier spoedig, zonder zich om ons te bekommeren, enkele reusachtige bedienden zullen vertonen en deze tafel gaan dekken met evenredig reusachtige vruchten. Al gauw daarna gaan zulke zelfde reuzengasten aan tafel zitten en jullie zullen meesterstukken van veelvraat zien, doordat jullie dan in de letterlijke zin van het woord en de betekenis waarachtige wereldeters voor je zult zien. Maar stel je voor vandaag tevreden met wat jullie tot nu toe hebben gezien. De volgende keer volgt pas de hoofdkomedie en dus genoeg voor vandaag.
Hoofdstuk 76: Het opblazen van de bedrieglijke hemel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Kijk, de tafeldekkers zijn er al en zij zijn allemaal even groot als onze eerste toneelheld. Kijk hoe vier tafeldekkers over de niet bepaald sierlijke tafel van Abraham een tafellaken uitspreiden, dat groot genoeg lijkt te zijn om jullie hele planetensysteem inclusief jullie zon, als onbeduidende appels in te wikkelen en naar de markt te brengen. Nu wordt er fruit op tafel gezet, dat bestaat uit de jullie naar de vorm welbekende soorten van de aarde zoals peren, appels, pruimen en dergelijke. Ook wordt er een soort brood bij gelegd en bij elk stuk, dat bestemd is voor één persoon, wordt ook een beker geplaatst, die ogenschijnlijk ongeveer het drievoudige van de hoeveelheid water van de aardse zeeën kan bevatten. Jullie vragen hoe zoiets in hemelsnaam mogelijk is.
Hoofdstuk 77: Komediespel in de kloosterhemel. De reuzentafel en het eten van werelden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Ik zeg jullie: voor geesten onder elkaar is zoiets heel goed mogelijk. Jullie zullen zelf ook wel eens hebben ondervonden dat wanneer je je fantasie een beetje laat werken, het voor jullie heel gemakkelijk was en nog is, om je bijvoorbeeld de gestalte van een of ander jullie welbekend dier of van iets anders, zo monsterachtig groot voor te stellen dat je er tenslotte bijna zelf van zou schrikken. Welnu, wat voor jullie op aarde slechts in de fantasie van jullie geest mogelijk was en voor elk mens op zijn manier mogelijk is, dat is hier in het rijk der geesten voor iedere geest ook mogelijk, maar het openbaart zich dan als verschijningsvorm. Zulke verschijnselen worden hier echter 'drogkunsten' genoemd, vooral boze geesten bedienen zich daarvan wanneer ze een of andere stiekeme streek willen uithalen. Omdat ook deze geesten zich op een dwaalspoor bevinden en daardoor vaak nog kwaadwillig zijn, kunnen zij zich ook wel van een meer onschuldige drogkunst bedienen om ons als vermeende vijanden af te schrikken. Zodra zij zich er echter van overtuigd hebben dat wij niet schrikken van hun bedrog, zal dit alles weer heel vlug tot zijn vorige toestand ineenschrompelen. Dan zullen zij ook geen tweede poging meer wagen.
Hoofdstuk 77: Komediespel in de kloosterhemel. De reuzentafel en het eten van werelden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Kijk nu eens: de gasten die van alle kanten komen, gaan aan tafel zitten, grijpen met hun buitensporige reuzenhanden naar de kolossale vruchten en brengen die naar hun huiveringwekkende mond, die naar het lijkt groot genoeg is om bijna een aarde, als was het een aardbei, te verwerken. Jullie verbazen je erover hoe het mogelijk is, dat jullie dit fantastische drogfenomeen in zijn ontzettende omvang met jullie ogen met het grootste gemak kunnen overzien. Dat komt ten eerste omdat deze ogenschijnlijke grootte helemaal geen grootte is, maar enkel bedrog. Wij bevinden ons echter door de Heer in het helderste licht; daardoor kan zich voor ons ook niets zo bedrieglijk groot vertonen, dat wij het niet in al zijn valse facetten in één oogopslag kunnen overzien. Ten tweede heeft dat ook nog een andere reden en wel, dat voor deze geesten onze gestalten in gelijke mate vergroot en even waarheidsgetrouw zichtbaar zijn als hun grote, bedrieglijke verschijningsvorm. Dat is dus op deze manier te begrijpen.
Hoofdstuk 77: Komediespel in de kloosterhemel. De reuzentafel en het eten van werelden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Jullie zeggen nu wel: lieve vriend en broeder, dat is wel een verschrikkelijke manier van genezen. Ik zeg jullie: dat moet wel zo zijn, willen deze ernstig zieke mensen genezen, want dergelijke wezens behoren in geestelijk opzicht tot de `jichtlijders' en deze kwaal kan alleen door een flink geestelijk `vuurstoombad' genezen worden. Jullie hebben op aarde toch ook stoombaden die vooral voor jichtaandoeningen geneeskrachtig zijn; waarom zouden er in het rijk van de geesten voor zulke gevallen dan niet ook soortgelijke geestelijke stoombaden zijn?
Hoofdstuk 81: Derde akte op het tragikomische podium - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85  ...