Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 72 van 1037

...  60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85  ...
[15] Na deze woorden gaat de overste vlug naar buiten.
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[17] De overste, die maar al te gauw merkt dat de Nazareeërs niet met zich laten spotten, keert ijlings naar de synagoge terug en sluit haastig de deuren achter zich, waarop een hele lading nagegooide stenen enige indrukken achterlaten, die maar al te duidelijk aangeven hoe de Nazareeërs over de nieuwe overste denken.
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[19] CHIWAR zegt dan erg geïrriteerd: "Wat zeg je nu, ellendige dwaas! Hoe kan dat ons werk zijn, als wij je allemaal gewaarschuwd hebben om niet naar buiten te gaan? Pas als wij je bij het volk zullen aanbevelen, kun je met het volk spreken en onderhandelen, zolang wij je echter niet aanbevelen, zul je steeds mishandeld worden zo .vaak. je het waagt alleen in de stad op straat te lopen! Want het volk vindt je alleen al daarom al slecht, omdat je je functie gekocht hebt! Maar nu je echter ons en ook het gehele volk direkt al wilt tiranniseren om daarmee door een schrikbewind orde op zaken te stellen, haat iedereen je als de hel, en ik zeg je dat je nu het best maar je baan aan een waardiger persoon kunt verkopen, want voor je toekomst geef ik geen stater!
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[26] CHIWAR zegt: "Zowel ik als Roban hebben je dat al gezegd, en hier op de tafel ligt de Schrift; die toont je precies de wil van Jehova. Handel daarnaar en niet naar de doemwaardige mensenregels van de tempel, dan zul je het bij ons heel goed hebben! Je moet je het welgevallen van God bevechten, dan zul je ook al het andere van zelf krijgen!"
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[27] KORAH zegt: " Ja, dat zal ik van nu af aan doen zoveel als mij maar mogelijk is. Maar jullie zullen het toch niet vervelend vinden als ik op z'n minst voor een jaar mijn standplaats hierheen naar Nazareth verplaats? Want hier bij jullie kan ik echt iets leren, terwijl er in Kapérnaum -en zeker ook in Chorazin, net als in de andere kleine steden aan de Galilese zee -alleen maar ellendige hielenlikkers te vinden zijn!"
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] CHIWAR zegt: "Oho, als men meer dan vier dagen in het graf ligt te vergaan en de lijklucht maar al te goed tot iedere nog zo afgestompte neus doordringt - zoals wij allen ondanks alle zalfjes maar al te grimmig ondervonden hebben toen wij haar naar de groeve begeleidden en daar de klaagliederen ten einde toe zongen, dan is er van bewusteloosheid geen spoor meer aanwezig! Maar Jezus, de goede Heiland, kon wonderbaarlijk wat alleen God kan. Hij riep haar slechts door een woord, zonder enig hulpmiddel, ogenblikkelijk weer in het aangename leven terug, en thans is zij levendiger en gezonder dan zij ooit in haar hele leven was, -want zij is nog zeer jong en telt nauwelijks zestien lentes!"
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[21] Kortom, deze Jezus is een mens met zulke buitengewone vermogens, dat men naar eer en geweten moet zeggen: Zo'n mens heeft de aarde sinds Adam nog niet als bewoner gehad! Alle elementen gehoorzamen Hem; myriaden geesten staan steeds voor Zijn dienst klaar, en zo heb ik ook van Zijn leerlingen gehoord, dat Hij op Zijn reis van Sichar naar Kana in Galiléa midden op de dag de zon in een oogwenk verduisterd heeft, en haar daarna binnen enkele ogenblikken weer net zo helder als voorheen heeft laten schijnen!
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[24] Als echter naar mijn mening, die alleen maar voor mij geldt, een mens zulke dingen doet, dan houd ik hem voor meer dan een mens en voor meer dan een groot profeet! Hij zei weliswaar een paar dagen geleden -ik geloof bij een visvangst aan de zee, die ook heel wonderbaarlijk te noemen was -, dat ieder mens dat zou kunnen, als hij een vast, onwankelbaar geloof had. Maar ik denk dat zo'n geloof net zo wonderbaarlijk zou zijn als het grootste wonder zelf, want zo'n geloof kan alleen maar een gevolg zijn van het zich duidelijk bewust zijn van het kunnen, waardoor alle denkbare succes verzekerd is.
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[25] Wie zijn krachten kent, kan daarop ook vertrouwen voor zover hij uit ervaring de zekerheid heeft gekregen, dat deze krachten voldoende zijn om iets te volbrengen. Als de mens echter zijn geloof in het gelukken groter zou maken dan zijn krachten reiken, zal naar mijn mening dat geloof meteen begeleid worden door twijfel als hij een opdracht ziet, waarvan hij zich maar al te zeer bewust is, dat zijn krachten daarvoor verreweg niet toereikend zijn.
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Naar mijn mening stemt alles van deze Jezus daarmee overeen: de afstamming staat authentiek vast, en zulke daden, die de aarde op haar bodem nooit heeft meegemaakt, zijn ook overvloedig aanwezig. Daarom weet ik echt niet wat ons zou verhinderen om Hem als Diegene aan te nemen, die Hij zeer duidelijk is!?
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Dat de heerszuchtige tempel niet gemakkelijk daartoe zal overgaan, ligt er dik boven op, maar wij moesten ons daarbij helemaal niet meer op de tempel richten, die naar mijn mening volkomen dood is en ons verder bescherming noch wijsheid en nog minder enig blijvend levensonderhoud kan geven, -behalve wanneer wij haar voor een baan zoveel geven, dat tien mensen daarvan honderd jaar lang goed zouden kunnen leven.
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Goddank ken ik alle huidige schurkenstreken van de tempel, en neem het beslist niet zo nauw om deze zo veel mogelijk om de tuin te leiden, op wat voor manier dan ook! Want, vriend, wie in deze tijd niet door de tempel zwaar misleid wil worden, die moet zo verstandig zijn om zelf de tempel zo goed mogelijk te bedriegen! Of denk je dat jij met een eerlijk en rechtvaardig gemoed en gezicht iets uit zult richten in de tempel? Oh, daar zal niemand zich op kunnen beroemen! Maar ga er met een echt geslepen gemoed en gezicht naar toe, dan sta ik er voor in dat je de tempeldienaars naar believen om je vingers kunt winden!
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[22] Zo vertelden ons Roban en een paar honderd getuigen, die wij ondervraagd hebben, dat Hij in Sichar twee oude vervallen huizen, het oude huis van Jozef en Benjamin en het oude slot van Ezau, dat nu in bezit is van de rijke koopman Jaïruth, door Zijn woord in een oogwenk heeft gerestaureerd. Dat heeft Hij zodanig gedaan, dat alle daar wonende bouwmeesters heel openlijk toegeven dat zij voor de restauratie der beide oude huizen ondanks alle inspanning tien volle jaren nodig gehad zouden hebben, als zij zo'n herbouw langs natuurlijke weg hadden moeten klaren! Bovendien stond niet alleen het zeer uitgebreide gebouw voor wat betreft de bouwkundige materialen in een oogwenk daar, maar ook nog naar alle mogelijke behoeften ingericht, en wel in zo'n doelmatige en tevens zeer schone stijl, dat men zoiets van de hand van bouwlieden wel nergens op deze aarde kan vinden!
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] Toen Chiwar die woorden had uitgesproken, stapte er opeens een enorme grote REUS de eetzaal binnen, kwam met een kwaad en honend gezicht voor Chiwar staan en zei met een donderende stem, waarvan de steunpilaren van de eetzaal begonnen te trillen: "Ben jij die lichtzinnige mug, die in het oor van de leeuw een stormgeraas wil ontketenen? Probeer eens, ellendige aardworm, hoe je het in een gevecht met mij kunt klaarspelen! Ik kan ook iets, wat nog zeer onbekend voor je zou kunnen zijn! Kijk, jouw messias is alleen maar afhankelijk van mijn grootmoedigheid, omdat het voor mij nu niet bepaald eervol is om met muggen een gevecht te beginnen, maar als hij teveel praatjes heeft naar mijn zin, laat ik hem zonder meer aan het kruishout vastmaken, en dan kun jij je messias aan het kruishout aanbidden! -Maar wat wil je nu doen als ik je ogenblikkelijk in stukjes scheur ter grootte van een zonnestofje?"
Hoofdstuk 89: Chiwar en de satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Toen vroeg KORAH aan Chiwar of Ik Mij nog in de stad ophield, en of hij niet nader kennis met Mij zou kunnen maken. En verder zei hij: "Ik ben er mij nu helemaal van bewust dat jouw Messias iets buitengewoon goddelijks in zich moet hebben, want in satans gunst staat hij in geen geval, en zijn naam schijnt voor satan de grootste kwelling te zijn! - Dat zijn twee, weliswaar op buitengewoon wonderbaarlijke wijze ondervonden feiten, die ik mij eeuwig niet uit het hoofd zal kunnen praten, en daaruit concludeer ik nu met een rustiger gemoed, dat jij met de uitroep 'Zoon van de Allerhoogste' ook helemaal gelijk zou kunnen hebben, en daarom zou ik, als dat te doen zou zijn, toch kennis met hem willen maken. Breng jij me naar hem toe!"
Hoofdstuk 90: Korah herinnert zich een ontmoeting in de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85  ...