Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 719 van 1490

...  707 - 708 - 709 - 710 - 711 - 712 - 713 - 714 - 715 - 716 - 717 - 718 - 719 - 720 - 721 - 722 - 723 - 724 - 725 - 726 - 727 - 728 - 729 - 730 - 731 - 732  ...
[3] Het dier mocht hun weliswaar geen kwaad doen, maar alleen hun door zijn grimmigheid uitstralende gedaante en van woede ontstoken beweging, doen terugschrikken en zo weerhouden van hun dwaasheid; maar het dier leerde hun toch zijn spierkracht kennen doordat het een os, dat wil zeggen een uit het struikgewas naderbij gesnelde reuzen-oeros, voor hun ogen verwoed aanviel en deze onmiddellijk met huid en haar verslond.
Hoofdstuk 67: Het bezoek van de vaderen aan de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] De goede bodem, waarop nu mijn voeten rusten, heeft mij nu reeds ongeveer negenhonderd jaar voor een nieuwe val behoed, waartoe jij gedurende dertig jaar niet eens in staat was! Deze goede bodem maakte nu ook, of was de verdeemoedigende oorzaak, dat ik nu jouw stevige drager geworden ben, terwijl jij eens de mijne was. Want nu heb ik jou door de grote genade van boven oneindig veel heerlijker in mijzelf opgericht en ben ik ervan verzekerd dat je in mij in eeuwigheid niet ten val zult komen; en mocht het al mogelijk zijn dat je in mij zou vallen, dan zul je mij niet buigen en terneerdrukken, maar ik zal wel in staat zijn je met de genade van boven op te richten, opdat je een vaste inwoner kunt blijven van diegene aan wiens haren de Heer meer gelegen is dan aan de gehele aarde, die voorheen je wankelende draagster was!
Hoofdstuk 65: Adams terugblik op zijn leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Deze scène dwong de weinige reislustigen ook terstond om te keren en ontnam hun geheel en al de verdere lust tot reizen en dat des te meer, toen de aanvoerder van de kleine schare door de tijger zelfs met een duchtige zwiep van zijn staart krachtig bediend werd.
Hoofdstuk 67: Het bezoek van de vaderen aan de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] Vandaar dat deze kinderen tengevolge van een dergelijke les ook bijzonder veel respect voor dit dier hadden en zich er niet weinig over verwonderden dat zij Asmahaël op de nek van het dier zagen zitten en zich geheel op zijn gemak liet dragen.
Hoofdstuk 67: Het bezoek van de vaderen aan de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] En Henoch antwoordde hen: "O, alsof ik niet wist wat jullie harten reeds lang beklemt! Jullie mogen de hemel danken dat het slechts je kinderen waren, waarin een slecht zaadje, door jezelf geplant, wortel wilde schieten, anders was deze tijger een kwade verrader voor je geworden en degene die het dier op zijn nek draagt, had je wijsheid tot een grote zotheid gemaakt!
Hoofdstuk 67: Het bezoek van de vaderen aan de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Maar juist toen deze kinderen van de middag zich wilden terugtrekken, begon de tijger zo geweldig te brullen, dat de grond onder hun voeten trilde en al de kinderen van de middag van angst op de grond vielen en vol vrees om hulp begonnen te roepen.
Hoofdstuk 67: Het bezoek van de vaderen aan de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[23] Adam raakte de tong van het dier aan en meteen liet het luid klinkend de volgende verstaanbare woorden horen, die aldus luidden: "Adam, groot einde en begin van de hele schepping uit de hand van God! Zie, degenen die je liet terugtreden, gehoorzaamden blindelings; maar hun wil zondigt in deze blindheid! Wek daarom eerst de trouw in hun hart op en maak hun wil nederig; kijk dan pas welke vruchten de middag je zal brengen. Maar als je in de geest maaltijd wilt houden, wijs je kinderen dan niet terug; want als ik een maal houd, laat ik mijn kinderen niet achteruit gaan - en ik ben slechts een tijger! Amen; luister: Amen."
Hoofdstuk 67: Het bezoek van de vaderen aan de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Een heer zijn, betekent groot, wijs en machtig zijn; maar wanneer het de mens, die deemoedig zou moeten zijn, ten deel valt een heer te zijn, waarlijk, dan komt dat de deemoed duur te staan! Maar heeft de mens zijn heerschappij aan de voeten van de Heer neergelegd en in plaats daarvan de liefde verkozen en heeft hij zich daardoor klein gemaakt voor de Heer, luister, dan wordt de deemoed gemakkelijk voor deze kleine!
Hoofdstuk 68: Adams woorden tot de zijnen en de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[3] Wat waren wij allen zonder haar? Niets dan halfverstandelijk bewegende machines, die tenslotte hun eigen waan zouden hebben verbruikt en de heer van de natuur zou een armzalige slaaf, zo nietig als een mug, zijn geworden, die bij het zien van een boomkikvors, door grote vrees gedreven, gevlucht zou zijn als een lam bij het zien van een verscheurende wolf. En wel, omdat hij niet wist wat in deze of gene woont en het allerminst, dat zijn eigen ziel een laatste en volledig gevormde onsterfelijke ziel is, ja een ziel waarin alle zielen van de schepselen verenigd zijn! En omdat hij, voor driekwart dood zijnde, dat vanuit zichzelf onmogelijk te weten kon komen, hoe zou hij dan wel zijn innerlijke leven, zijn liefde, zijn geest en de zuiver goddelijke afkomst daarvan hebben kunnen begrijpen?!
Hoofdstuk 68: Adams woorden tot de zijnen en de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] Maar voor we deze streek zullen verlaten, moet ook Asmahaël vanaf zijn drager iets zeggen over dit gebied in vergelijking met de diepte, opdat de kinderen een levend getuigenis over hun dwaasheid gegeven wordt; dan een kleine versterking en vervolgens de zegen en het vertrek! Amen."
Hoofdstuk 68: Adams woorden tot de zijnen en de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[20] Zie toch eens, hoe deze ongehoorzaamheid jullie tot slaven heeft gemaakt!
Hoofdstuk 68: Adams woorden tot de zijnen en de kinderen van de middag - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] Evenals het ons ook niet raakt wat die bijna geheel onzichtbare diertjes doen onder een rottend minuscuul blaadje dat door een zacht briesje van het mos weggevoerd werd en met een daaraan hangend dauwdruppeltje in zee viel! Toch staat deze vergelijking in bijna geen vergelijk met hoe oneindig veel minder een hele wereld, met ons erbij, voorstelt ten opzichte van God. En zo zijn wij en al ons doen en laten zo goed als helemaal niets tegenover God.
Hoofdstuk 69: Seths troostende woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Maar luister! Juist deze God heeft iets, dat Hem zeer ter harte gaat en dit ene is nu juist Zijn eigen, eeuwige liefde zelf, waardoor wij - en alle dingen ten behoeve van ons - ontstaan zijn. Door en in deze liefde is God onze Vader en zijn wij Zijn kinderen. In deze liefde bekommert Hij Zich met evenveel zorgvuldigheid om zowel het minst beduidende alsook om het allergrootste; en zo maakt ook in Zijn zorgende liefde voor alle dingen Zijn onmiskenbare goddelijkheid en vaderlijke liefde zich bekend.
Hoofdstuk 69: Seths troostende woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Is dat steentje niet zodanig vast, dat niemand in staat is het te verbrijzelen en weerstaat het niet iedere storm, iedere druk, iedere slag?! Ja, jullie zagen weliswaar de tijger een machtige stier in één ogenblik in kleine stukken scheuren; maar waarlijk, als deze tijger op een steentje nauwelijks groter dan een ei zou hebben gebeten, dan zou het met zijn ergste wapen gebeurd zijn! En als hij het in zijn geheel zou hebben ingeslikt, dan zou hij zijn dood verslonden hebben en gedurende zijn ontbinding zou het steentje ongeschonden gebleven zijn!
Hoofdstuk 69: Seths troostende woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] En zie, toen de vaderen een dergelijke dubbele aanhef hadden gehoord, verbaasde het hen een beetje dat zij er nu ook, samen met deze kinderen van de middag, bij betrokken zouden worden.
Hoofdstuk 70: Henoch predikt over de liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  707 - 708 - 709 - 710 - 711 - 712 - 713 - 714 - 715 - 716 - 717 - 718 - 719 - 720 - 721 - 722 - 723 - 724 - 725 - 726 - 727 - 728 - 729 - 730 - 731 - 732  ...