Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 730 van 1112

...  718 - 719 - 720 - 721 - 722 - 723 - 724 - 725 - 726 - 727 - 728 - 729 - 730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743  ...
[1] Toen allen zich enigszins van hun grote weemoed hadden hersteld, stond Henoch op, ging naar Lamech toe en sprak de volgende woorden:
Hoofdstuk 241: Henochs woorden over de nutteloosheid van een opgelegd geloof en een door de zichtbare aanwezigheid van God afgedwongen liefde tot de Heer. Het wezen van de deemoed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze meer algemene toespraak wendde Henoch zich alleen tot Lamech en zei tegen hem:
Hoofdstuk 242: Henochs woorden aan Lamech over zijn taken als priester in de tempel. Voorschriften voor het onderzoeken van de bezoekers in de voorhof van de tempel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] Daarom ook moet het gemoed van iedereen die binnen wil gaan eerst door de poortwachters onderzocht worden; en hebben ze hem niet waardig bevonden, dan moeten zij hem zeer dringend waarschuwen niet eerder de voorhof te betreden, dan nadat hij zich heeft gereinigd en zich zo waardig gemaakt zal hebben de voorhof te betreden.
Hoofdstuk 242: Henochs woorden aan Lamech over zijn taken als priester in de tempel. Voorschriften voor het onderzoeken van de bezoekers in de voorhof van de tempel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze woorden van Henoch begaven zich alle aanwezigen - zoals Lamech, Thubalkaïn, Mura, Cural, de zeven boden en dus ook Henoch - uit de ruime voorhof naar de stad en daar naar het huis van Lamech.
Hoofdstuk 244: De terugkeer van het gezelschap in de stad en in het huis van Lamech. De volksoploop. Henochs goede raad en Lamechs doeltreffende verklaring aan het volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] Maar toen het gezelschap de Hof van God verliet (zo werd de voorhof van de tempel later genoemd) om zich naar de stad te begeven, zie, daar werden zij door het volk opgehouden!
Hoofdstuk 244: De terugkeer van het gezelschap in de stad en in het huis van Lamech. De volksoploop. Henochs goede raad en Lamechs doeltreffende verklaring aan het volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] En Henoch wendde zich daarop tot Lamech en zei tegen hem: 'O, jij kleingelovige! Heb je dan niet de sleutels in je hand?!
Hoofdstuk 244: De terugkeer van het gezelschap in de stad en in het huis van Lamech. De volksoploop. Henochs goede raad en Lamechs doeltreffende verklaring aan het volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Nu kreeg Lamech weer moed en zei tegen de hardste schreeuwers: 'Luister, die jonge, voortreffelijke Man laat Zich in het geheel niet opsluiten door ons; want Hij is de almachtige, enige Heer!
Hoofdstuk 244: De terugkeer van het gezelschap in de stad en in het huis van Lamech. De volksoploop. Henochs goede raad en Lamechs doeltreffende verklaring aan het volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] Als jullie mijn woorden niet willen geloven, dan zijn hier de sleutels! Neem ze, ga er naar toe, doorzoek de tempel, en breng de heerlijke Man hierheen, en die zal Zich dan voor jullie ogen Zelf op mij wreken! Mochten jullie Hem echter niet vinden, dan zullen jullie toch wel geloven dat het is zoals ik jullie nu heb verteld, en dan kunnen jullie niets meer tegen mij hebben?!
Hoofdstuk 244: De terugkeer van het gezelschap in de stad en in het huis van Lamech. De volksoploop. Henochs goede raad en Lamechs doeltreffende verklaring aan het volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Hierop weken de schreeuwers terug en zeiden: 'Nu geloven wij dat het zo is als jij hebt gezegd! Vergeef ons echter onze grove opdringerigheid; want die jonge man heeft immers zo onze harten voor zich ingenomen!'
Hoofdstuk 244: De terugkeer van het gezelschap in de stad en in het huis van Lamech. De volksoploop. Henochs goede raad en Lamechs doeltreffende verklaring aan het volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[14] En zoals dat hij kinderen al duidelijk het geval is. is dat des te meer zo bij de volwassen mens, bij wie zich begeerten hebben ontwikkeld die het kind nog vreemd zijn.
Hoofdstuk 245: Henochs woorden over het wezen van de voeding. Een vermaning tot matigheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] In natuurlijke kost rusten verdorven geesten, en heeft de mens er teveel van in zich opgenomen, dan worden zij meester van zijn eigen geest en ondergraven zijn wezen zoals knagende kevers en wormen een boom ondergraven, hem ruïneren en tenslotte geheel te gronde richten.
Hoofdstuk 245: Henochs woorden over het wezen van de voeding. Een vermaning tot matigheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[6] Maar Lamech merkte heel goed wat zijn keukenmeester in zijn baard had gemompeld, hij wendde zich tot hem en zei: 'Luister, Brudal! Wat je niet begrijpt, kan je immers worden uitgelegd! Zie, tussen Lamech de koning, en Lamech de leider, is het volgende onderscheid:
Hoofdstuk 246: Lamech laat een broederlijk feestmaal voor de armen en gevangenen bereiden. De verwondering van Brudal, de keukenmeester, en zijn gevangen gehouden familie - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] En toen Lamech deze armen zag was hij tot tranen bewogen, hij boog zich over hen heen, liet hen opstaan en zei tegen hen: 'Kom bij me! Ik heb jullie gekweld, ik heb mij ernstig aan jullie bezondigd; maar ik wil nu ook al die krenkingen zodanig goed maken, dat woorden tekort zullen schieten als jullie daarover willen spreken!
Hoofdstuk 246: Lamech laat een broederlijk feestmaal voor de armen en gevangenen bereiden. De verwondering van Brudal, de keukenmeester, en zijn gevangen gehouden familie - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[5] Lamech verbaasde zich dan ook heel erg en wist niet zo gauw wat hij Henoch moest antwoorden. Maar na een poosje vermande hij zich tenslotte toch en richtte de volgende woorden tot Henoch:
Hoofdstuk 247: Henochs en Lamechs samenspraak vanwege de vertraging van het feestmaal. Henoch legt de geestelijke overeenkomst uit van de tempel en het binnenste van de tempel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[6] 'Hoge, machtige vriend van de Heer! Zie, toen ik mijn keukenmeester volgens jouw raad mijn wens te kennen gaf, verbaasde hij zich over mijn woorden; ik liet hem toen het onderscheid zien tussen de koning en de leider Lamech.
Hoofdstuk 247: Henochs en Lamechs samenspraak vanwege de vertraging van het feestmaal. Henoch legt de geestelijke overeenkomst uit van de tempel en het binnenste van de tempel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  718 - 719 - 720 - 721 - 722 - 723 - 724 - 725 - 726 - 727 - 728 - 729 - 730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743  ...