Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 734 van 1112

...  722 - 723 - 724 - 725 - 726 - 727 - 728 - 729 - 730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747  ...
[11] Maar waarom heb Ik dan de mens zo gemaakt? - Omdat Ik hem tot Mijn volkomen gelijke heb geschapen en hij zich dan tegenover Mij geheel en al zelf zou vormen, dat wil zeggen: de mens moet Mij in zichzelf vormen volgens zijn beeld en voorstelling zoals Ik hem tevoren volgens Mijn beeld heb gevormd.
Hoofdstuk 259: De twijfelaars herkennen allen de Vader. De woorden van de Heer over de verschillende godsvoorstellingen van de mensen en de oorzaak daarvan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[14] En zo vormt de een Mij als dit en de ander als dat; maar slechts weinigen geven zich de moeite om Mij in hun hart de heilige en eeuwig en altijd liefdevolste Vader te laten zijn.
Hoofdstuk 259: De twijfelaars herkennen allen de Vader. De woorden van de Heer over de verschillende godsvoorstellingen van de mensen en de oorzaak daarvan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze woorden begaf het gezelschap zich allereerbiedigst weer naar hun vroegere plaatsen.
Hoofdstuk 260: De woorden van de geestelijk blinde verstandsheld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Ik zeg: Neen! Want laat eens een zuigeling flink ver weg van huis in den vreemde opgroeien. Als dan na twintig jaar de echte vader zich aan hem laat zien, dan zal men zich als vader er zeer spoedig van kunnen overtuigen dat het niet zo gemakkelijk is om alleen met liefde het vaderschap aan de zoon te bewijzen, en men zal tot andere bewijsmiddelen zijn toevlucht moeten nemen, waardoor de zoon er op verstandelijke wijze van overtuigd wordt dat degene die zijn vader zegt te zijn ook werkelijk zijn echte vader is.
Hoofdstuk 260: De woorden van de geestelijk blinde verstandsheld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] Op mij na geloven weliswaar allen dat je geheel naar waarheid sinds eeuwigheid God bent; maar zie, dat is een zwak geloof, dat alleen door Lamechs en jouw eigen wijze welbespraaktheid tot stand gebracht is en daarom ook even gemakkelijk in rook zal opgaan als het ontstaan is, en het volk zal dan weer in grote duisternis wandelen en zich Gods gericht op de hals halen.
Hoofdstuk 260: De woorden van de geestelijk blinde verstandsheld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] En de Heer wendde Zich tot onze woordvoerder, zag hem veelbetekenend aan en richtte toen de volgende woorden tot hem:
Hoofdstuk 261: Het antwoord van de Heer: gebrek aan deemoed, liefde en goede wil als oorzaken van de blindheid van de twijfelaar. De uitzichtloze weg van het verstand als weg naar het licht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] En als de zoon dan mogelijkerwijs zijn gehoor en zijn gezicht weer terug heeft en dan van zijn vader leert spreken, zeg Me, zal de zoon dan ook nog naar andere bewijzen vragen om zijn vader te kunnen erkennen, of zal de grote liefde van de vader hem niet in de eerste plaats en onfeilbaar zeggen dat hij zijn ware vader vóór zich heeft?!
Hoofdstuk 261: Het antwoord van de Heer: gebrek aan deemoed, liefde en goede wil als oorzaken van de blindheid van de twijfelaar. De uitzichtloze weg van het verstand als weg naar het licht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze indringende, levende leer maakte onze woordvoerder een diepe buiging voor de Arme en ging zwijgend terug naar zijn gezelschap. Toen hij daar aankwam, wendde hij zich tot een van zijn vrienden en stelde hem de volgende vraag:
Hoofdstuk 262: De door de Heer terechtgewezen twijfelaar in gesprek met een van zijn vrienden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[4] Het is waar: de woorden die de man spreekt vloeien over van de diepste wijsheid, en de liefde ligt daar overal aan ten grondslag; maar als ik daarnaast weer deze ontzettend eenvoudige mens, uit wiens mond zulke heerlijke woorden komen, eens goed in het oog neem en tegen mijzelf zeg: 'Moet dat, kan dat wel God zijn, God, de oneindige, de almachtige, de eeuwige?', o zie, daar verzet mijn verstand zich te allen tijde tegen!
Hoofdstuk 262: De door de Heer terechtgewezen twijfelaar in gesprek met een van zijn vrienden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[3] Hij werd uit zijn vele ervaringen gewaar, dat alle dieren die hij kende zich als dierenkinderen aan hun verwekkers vastklemmen en hen niet eerder verlaten dan dat zij volledig met de benodigde dierlijke kracht zijn toegerust; en in het plantenrijk ontdekte hij nu ook - zoals men pleegt te zeggen - dat de appel niet ver van de boom valt.
Hoofdstuk 263: De door zijn vriend beleerde twijfelaar op weg naar erkenning van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[4] Na zulke goede gedachten wendde hij zich weer tot zijn vriend en zei tegen hem: 'Luister, mijn allerbeste vriend en broeder, hoe meer ik nu over je woorden nadenk, des te meer licht vind ik daarin! In het begin leken zij mij geheel zonder betekenis te zijn; maar zie, ze wekken bij mij een steeds groter interesse! Daarom komt het mij voor dat zij eigenlijk niet helemaal uit jezelf komen.
Hoofdstuk 263: De door zijn vriend beleerde twijfelaar op weg naar erkenning van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Maar ik zeg je nu ook, dat jouw woorden mij dichter bij het doel hebben gebracht dan je misschien zou denken! Ja, je kunt het van me aannemen, het idee van de goddelijke mens wordt voor mij ook steeds helderder, en mijn gemoed verzet zich daar niet meer zo erg tegen; maar dat die arme man zich zo heeft verkleed, begrijp ik niet zo goed!
Hoofdstuk 263: De door zijn vriend beleerde twijfelaar op weg naar erkenning van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze woorden bedacht de woordvoerder zich niet langer en nam de arme Man geheel en al in zich op als de Heer van hemel en aarde.
Hoofdstuk 264: De vrees van Terhad, de nieuwe bekeerling, voor de Heer. De licht- en troostvolle woorden van de Heer tot de vreesachtige Terhad - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] Maar nu begon iets anders hem te bedrukken en hij wendde zich daarom weer snel tot zijn vriend en zei tegen hem:
Hoofdstuk 264: De vrees van Terhad, de nieuwe bekeerling, voor de Heer. De licht- en troostvolle woorden van de Heer tot de vreesachtige Terhad - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] Ik Zelf zei tegen je: Als Ik jou of' iemand anders of een heel volk tekenen van Mijn tegenwoordigheid zal geven, dan is er een gericht over hen gekomen, dat de dood in zich bergt.
Hoofdstuk 264: De vrees van Terhad, de nieuwe bekeerling, voor de Heer. De licht- en troostvolle woorden van de Heer tot de vreesachtige Terhad - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  722 - 723 - 724 - 725 - 726 - 727 - 728 - 729 - 730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747  ...