Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 740 van 1112

...  728 - 729 - 730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753  ...
[18] De oude, maar anders toch zeer waardige moeder Eva is echter ook nog geheel met die mannen verweven! Men mag zich bij haar immers nooit over een man beklagen, want dan is het afgelopen! Toen eertijds - het is gewoon om te lachen - de vrouw van Uranion zich bij haar beklaagde, kreeg zij een flinke berisping in plaats van een troostende rechtvaardiging! En wij allen moesten onze gerechtvaardigde ergernis inslikken en verder zwijgen als een muis voor de kat! Nee, wie dat terecht vindt, moet toch zijn wijsheid uit - ik weet niet wat voor bron gedronken hebben!'
Hoofdstuk 3: De verblufte mannen. Het gepraat van de nieuwsgierige vrouwen. De goede mening van de zuster van Aora. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[20] Nu, hoe kort is het nog maar geleden dat de oeroude vader Adam zelfs de mooie, jonge Pura bij zich in huis nam en zich dan altijd door haar naar de hoogte liet begeleiden, - men meent zelfs te hebben gezien dat hij haar heeft gekust!'
Hoofdstuk 3: De verblufte mannen. Het gepraat van de nieuwsgierige vrouwen. De goede mening van de zuster van Aora. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[24] Ik durf stellig te beweren dat ieder van ons zich zonder het minste protest door de heerlijke man in verrukking zou hebben laten brengen, als de man het maar gewild had!
Hoofdstuk 3: De verblufte mannen. Het gepraat van de nieuwsgierige vrouwen. De goede mening van de zuster van Aora. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] Deze aanspreking en de scherp vragende toon ontmoedigde onze Mira enigszins; toch kwam zij al spoedig weer tot zichzelf omdat zij dacht: 'Is het de Heer, dan zal Hij het immers niet zo heel erg ernstig menen en zal Zich zeker door mijn vurig smekende hart laten vermurwen; en is hij slechts zo'n starre wijze, dan ga ik in het ergste geval weer net zo weg als ik ben gekomen!'
Hoofdstuk 5: Mira's binnenkomst in de hut en haar beproeving, loutering en opname door de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] Deze woorden hadden Mira bijna het leven gekost als zij zich niet in het bijzijn van de Heer van het leven had bevonden. Want haar lang verborgen liefde kwam nu volledig tot uitbarsting en dit uitbreken was nog te weinig voorbereid; daarom zonk onze Mira dan ook als het ware ontzield ineen op de vloer van de hut.
Hoofdstuk 6: Mira sterft van liefde en wordt weer tot leven gewekt door de Heer. De vuurstorm van liefde en het plotselinge verdwijnen van de Heer. De terugkeer van de Heer en het toebereiden van de maaltijd. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] En dat was goed en volgens Mijn orde, want zo moet iedereen eerst volledig voor de wereld afsterven voor hij de volheid van de levende kracht en macht van Mijn liefde in zich kan opnemen en vervolgens kan verdragen!
Hoofdstuk 6: Mira sterft van liefde en wordt weer tot leven gewekt door de Heer. De vuurstorm van liefde en het plotselinge verdwijnen van de Heer. De terugkeer van de Heer en het toebereiden van de maaltijd. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Dus in zo'n liefde stond Mira op en keek Mij, haar heilige, meest liefdevolle Vader, met zulke ogen aan, welke op hun beurt buiten Mij niemand zou hebben verdragen; want zelfs Mijn hart werd door deze aanblik gedwongen zich iets terug te trekken en dat om reden van de meest wijze liefde.
Hoofdstuk 6: Mira sterft van liefde en wordt weer tot leven gewekt door de Heer. De vuurstorm van liefde en het plotselinge verdwijnen van de Heer. De terugkeer van de Heer en het toebereiden van de maaltijd. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] Deze opdracht maakte onze Mira buitengewoon blij, en zij ging dan ook met een opgewekt gemoed naar buiten en kondigde de vaderen aan dat zij zich, aangezien de maaltijd bereid was, volgens de wil van de Heer in de hut moesten begeven.
Hoofdstuk 7: Mira's vergeefse, onvriendelijke uitnodiging aan de vaderen tot de maaltijd in de hut. De Heer maant tot deemoed. Mira nodigt de vaderen nogmaals uit, nu niet tevergeefs. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[15] Met deze woorden snelde zij de hut binnen en wilde zich tegenover de Heer over de vaderen beklagen.
Hoofdstuk 7: Mira's vergeefse, onvriendelijke uitnodiging aan de vaderen tot de maaltijd in de hut. De Heer maant tot deemoed. Mira nodigt de vaderen nogmaals uit, nu niet tevergeefs. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] Toen dus alle vaderen in de hut plaatsgenomen hadden aan de grote kindertafel van de heilige Vader en zij zich ook allen aan het goed gekookte maal gesterkt hadden, zei de Heer tegen hen: 'Nu is op de hele aarde de goede orde tot stand gekomen; daarom ben Ik weer in jullie midden en zegen nu in jullie de hele aardbol door Mijn zichtbare aanwezigheid!
Hoofdstuk 8: De maaltijd in de hut van Purista. De woorden van de Heer over zijn liefdesverbond met de kinderen van de aarde en de zichtbare gemeenschap tussen hemel en aarde. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] En als de aarde in die toestand steeds meer zal verzinken en vervallen, zal zij zich in haar eigen gericht storten, en Ik zal dan niet, zoals nu, als een Vader vol liefde en mildheid met haar kinderen spreken, maar als een eeuwige God zal Ik haar dan in het vuur van Mijn toorn Mijn gericht toedonderen!
Hoofdstuk 8: De maaltijd in de hut van Purista. De woorden van de Heer over zijn liefdesverbond met de kinderen van de aarde en de zichtbare gemeenschap tussen hemel en aarde. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] Alle vaderen verheugden zich daar buitengewoon over. Adam en Eva snelden naar Abel en Seth naar Sehel en Ghemela naar Zuriël en zij spraken over dingen van de geest en over het volkomen en geheel en al vrije en zodoende ook allerzaligste leven van de geest.
Hoofdstuk 9: Het zichtbaar worden van de geesten Abel, Sehel en Zuriël. Seth en Sehel, Adam en Abel in gesprek. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] Luister daarom wat de Vader zegt en onthoud Zijn woord in je, en jullie allen zullen ondervinden dat een ieder die het woord van de Vader in zich heeft, ook het eeuwige leven in zich heeft!
Hoofdstuk 9: Het zichtbaar worden van de geesten Abel, Sehel en Zuriël. Seth en Sehel, Adam en Abel in gesprek. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[19] Maar als iemand zich verheft en zegt: `Ik heb alles op eigen grond verworven!', die is een leugenaar zoals de oude draak, die de grote erbarming van de Vader tot de zijne maakt en zegt: Ik ben heer over de Heer en ik kan Hem verslaan wanneer ik wil!', terwijl hij toch vanuit zichzelf en door zichzelf het meest verslagen wezen is.
Hoofdstuk 9: Het zichtbaar worden van de geesten Abel, Sehel en Zuriël. Seth en Sehel, Adam en Abel in gesprek. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] En Zuriël antwoordde haar: 'Luister, dochter van de Heer, die vraag is overbodig! Het leven is overal een en hetzelfde en er kan op zich geen verschil zijn tussen leven en leven, wanneer het een leven vanuit de Heer is; maar is het leven niet vanuit de Heer, dan is het ook geen leven meer, maar een pure dood, die weliswaar ook bewust is van zichzelf, maar dat bewustzijn is slechts zelfbedrog. Want alles wat een dode zich bewust is, heeft de vorm van een slechte ijdele droom omdat zijn wereld geen grond heeft en al zijn bezit nog minder voorstelt dan het luchtigste schuim!
Hoofdstuk 10: Ghemela's vragen over het leven aan deze en aan gene zijde. Het antwoord van de geest Zuriël. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
...  728 - 729 - 730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753  ...