10915 resultaten - Pagina 75 van 728
... 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 ...
[20] Kijk nu eens naar een veldheer, die een liefdeloze tiran voor zijn ondergeschikten is! Allen zullen zich in een uitzichtloze toestand bevinden, en als zij voor hem in de strijd moeten gaan, zullen zij zich overgeven aan de vijand om daardoor hun liefdeloze heer kwijt te raken. Toont een wijze veldheer echter dat hij zijn ondergeschikten lief heeft als een vader zijn kinderen, dan kan de vijand komen en dan zullen zij zich met al hun moed en met de grootste zelfverloochening voor hun geliefde veldheer tot de laatste bloeddruppel verweren en de vijand vernietigen!Hoofdstuk 146: Jarah toont haar souvenirs. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[25] De HOOFDMAN zegt: "Dat is ook haast niet aan te nemen, omdat je al ver op ons voor ligt, maar je zult gezien jouw grote liefde voor Hem, ook een kleine en kort durende periode van alleen gelaten zijn, als een berg zo zwaar op je voelen drukken! -Maar nu gaan wij naar Hem, want Hij schijnt iets van plan te zijn!"
Hoofdstuk 146: Jarah toont haar souvenirs. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] IK zeg: "Dat is wel goed als je niet weet dat je met Mij ook stil in je hart kunt spreken. Als je dat echter wel weet, dan is niet de vraag zelf, maar de domme manier van vragen een fout, en die wil Ik alleen maar bij jullie afkeuren. Kijk eens hoe de beide. Essenen en de groep Farizeeën nu grote ogen opzetten over jullie, omdat je Mij hardop iets hebt gevraagd, terwijl jullie als hun meesters toch zouden moeten weten, dat Ik iedere vragende ook stil in het hart volledig antwoord kan geven!
Hoofdstuk 147: De stem van de Heer in het hart. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Weliswaar ligt de oorzaak daarvan bij jullie niet in onkunde of eigenzinnigheid, maar in jullie oude gewoonte. Let echter in het vervolg toch meer op, opdat de mensen kunnen merken, dat jullie echt Mijn leerlingen zijn, en je voor de wereld niet de achting verliest die je voor je nieuwe ambt bovenal nodig hebt.
Hoofdstuk 147: De stem van de Heer in het hart. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] De zon stemt geheel overeen met het wezen van God; de aarde met haar dalen, vlakten, heuvels, bergen, rivieren, stromen, meren en zeevlakten echter geheel met de uiterlijke mens.
Hoofdstuk 149: Verdere geestelijke symboliek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Als jullie echter een hoofd en leider voor jullie werk uitkiezen, bid en onderzoek dan, opdat het ambt niet aan een onwaardige gegeven wordt; want een slechte onverstandige leider is voor een groep mensen hetzelfde, wat een slechte herder voor zijn kudde is. Als hij de wolf ziet komen, slaat hij het eerst op de vlucht en laat de schapen als prooi voor de wolven achter, of hij wordt uiteindelijk zelf een wolf en doodt zijn lammeren geestelijk, zoals dat nu het geval is bij de Farizeeën en hun hogepriesters. Zij lopen in schaapskleren rond, maar inwendig zijn zij verscheurende wolven! Nauwelijks een mug geven zij te eten, maar voor datgene wat zij voor een mug gaven, eisen zij een hele kameel terug!
Hoofdstuk 150: Opdracht aan de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] EBAHL deelt nu het brood uit en breekt, om niet tekort te komen, slechts kleine stukken van het halve brood; maar het halve brood wil niet kleiner worden. Als hij echter ziet dat het niet kleiner wordt, hoewel hij alle berggasten voor een paar mondenvol extra gegeven had, begint hij grotere stukken erbij te geven, maar ook nu wordt het halve brood niet kleiner. Als hij dan ziet dat de berggasten nóg trek hebben, begint hij het uitdelen weer van voor af aan en breekt nu nog grotere stukken van het brood. En als hij rondgegaan is onder de goed dertig mensen die met ons de berg hebben bestegen, heeft hij nog een behoorlijk stuk in de hand en zegt tegen Mij: "Heer dat heb ik over. Zal dat wel genoeg zijn voor U, voor Raphaël, voor Jarah en voor mij?"
Hoofdstuk 151: De gezegende maaltijd op de berg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] IK zeg: "Vriend, erger je daar niet over! Want weet je, Ebahl dacht dat er niets zou overblijven, daarom was hij met het uitdelen in het begin ook zo zuinig mogelijk, hij wilde jou ook niet bij degenen voegen, die tenslotte niets gekregen zouden hebben! Maar omdat door Mijn wil toch wat overbleef, is daarmee pas de tweede verdeling begonnen. Als je echter veel belang hecht aan de tweede uitdeling, die beslist niet beter is dan de eerste, zeg het dan, dan geef Ik je graag Mijn aandeel."
Hoofdstuk 151: De gezegende maaltijd op de berg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] De HOOFDMAN zegt, erg boos door de betiteling 'moederverkrachter': "Hé, vijand van alle mensen en God Zelf, matig je, want je hebt geen recht om in het bijzijn van God, jouw Heer, een oordeel uit te spreken! Als ik in de slaap, meegesleurd door mijn zinnen, gezondigd heb, dan heb ik alleen mijzelf, maar nooit jou in iets benadeeld. Ik geloof echter, dat God méér is dan jij, en Hij heeft mij nog nooit verwelkomd zoals jij, gemene leugenaar! Het is wel waar dat ik eens, toen ik veertien jaar oud was, gemeenschap heb gehad met mijn moeder, maar mijn moeder verleidde mij daartoe. Want ze verkleedde zich als een zinnelijke Griekse en droeg over haar gezicht, dat toch al erg knap was, een fijn Grieks masker, kwam 's nachts bij mij, liet mij al haar onweerstaanbare bekoorlijkheden zien en wilde mij hebben. Want mijn moeder was toen amper achtentwintig jaar oud. Toen ik als haar eerste kind geboren werd, was zij dertien en een half. Ik stond in Rome bekend als een der mooiste en aantrekkelijkste jongemannen, geen wonder dat mijn eigen moeder verliefd op mij werd en zich vermomde om van mij te kunnen genieten! Ellendeling! Ben ik dan een verkrachter van mijn moeder omdat ik als vurig Romein, die dacht het met een zinnelijke en zeer aantrekkelijke Griekse te doen te hebben, met mijn moeder gemeenschap had? Kan jij, blinde ezel uit de hel ooit iemand een moordenaar noemen, omdat hij, toen hij van het dak viel, tijdens zijn val een mens raakte en doodde?! - Zeg op, ouwe ezel uit de hel!"
Hoofdstuk 152: De hoofdman daagt de satan uit.(19.3.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[22] Bij God zijn alle dingen wel mogelijk, maar in dit geval geloof ik dat het ook de goddelijke almacht moeilijk zal vallen om deze geest tot berouwen boetedoening te brengen. Want als hij zijn vrije wil behoudt, verandert hij nooit; wordt hem zijn vrije wil echter ontnomen, dan bestaat hij niet meer en dan is er in de gehele oneindigheid geen satan meer. Maar hem met de grootst mogelijke kwellingen en pijn te willen verbeteren, is hetzelfde als water met een zeef in een lek vat scheppen! Volgens mij zou het verstandigste nog zijn, hem voor alle tijden der tijden pijnloos in de een of andere gevangenis op te sluiten, dan zou hij in ieder geval de levende mensen niet meer kunnen beïnvloeden!"
Hoofdstuk 152: De hoofdman daagt de satan uit.(19.3.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[23] IK zeg: "Vriend, dat zijn zaken, die je nu nog niet zult kunnen begrijpen; eens zullen ze je echter duidelijk worden! De aardse tijd heeft daarvoor weliswaar geen maat, -maar een hele oergrondmiddenzon wel! Als die eenmaal aan zijn einde komt, zal ook de nog steeds mogelijke ommekeer van de satan niet meer veraf zijn, maar waar zal deze aarde dan al zijn en deze zon?! Want een lichaam zoals de oergrondmiddenzon heeft een voor jou ondenkbare tijd nodig, tot al het geoordeelde leven, dat zich in haar bevindt en dat nu schijnbaar dode materie is, tot op het laatste stofje overgaat in het vrije geestelijke leven!
Hoofdstuk 152: De hoofdman daagt de satan uit.(19.3.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[24] Maar, zoals gezegd, dat kun je nu nog lang niet begrijpen! Dat begrijpen ook de engelen nu niet. Weldra zal er echter een tijd komen waarin je niet meer twijfelt aan hetgeen nu gezegd is, en waarin je dingen zult geloven waar je nu nog geen weet van hebt! Maar nu daarover verder niets meer! Maak je klaar, dan gaan we op ons gemak terug!"
Hoofdstuk 152: De hoofdman daagt de satan uit.(19.3.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Hier riep Ik alle berggasten bij elkaar en zei: "Luister allen nu naar Mij! Wat Ik jullie al op de berg heb gezegd, zeg Ik jullie nu allemaal nog een keer: Houd al het op de berg beleefde en geziene voorlopig voor je! Als jullie echter door een duidelijk teken uit de hemelen daartoe opgewekt worden, predik het dan van de daken aan de mensen, die van goede wille zijn. Maar voor de slechte wereld moet het voortdurend zo verborgen blijven, zoals het centrum van de aarde verborgen is! Want een uiterlijk wereldse mentaliteit zal dat nooit begrijpen en zou jullie als krankzinnigen verdoemen! Maar dat zou dan ook de eeuwige dood betekenen van die zielen.
Hoofdstuk 153: De afdaling van de berg. In Genezareth - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] De HOOFDMAN zegt: "Heer, als we echter door nieuwsgierigen gevraagd worden naar wat er allemaal op de berg gebeurd is, wat moeten we dan voor antwoord aan zulke vragers geven?"
Hoofdstuk 153: De afdaling van de berg. In Genezareth - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Maar de KNECHTEN zeiden: "Wij zijn niet bevoegd om dat toe te staan; maar wij zullen een bode zenden. Als Hij het goedvindt kunnen jullie Hem zien en spreken; staat Hij het echter niet toe, dan moeten jullie zijn advies opvolgen en heel rustig en welgemoed hier vandaan gaan, -want Hij is niet altijd in de stemming om bezoeken te ontvangen en nog minder om gesprekken te voeren. " -Met dit verhaal komt een knecht naar Mij toe en vraagt Mijn mening.
Hoofdstuk 154: De zieken in de herberg bij Ebahl. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)