Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 742 van 1088

...  730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755  ...
[16] Eén van de kinderen echter, een kordate jongen die totaal onbevangen is, komt niet mee met de afgerichte kinderen - want dat krijgt hij niet over zijn hart dat zijn hoge vader zeer liefheeft -, maar komt helemaal alleen naar de vader toegerend, en is overigens ook minder netjes gekleed.
Hoofdstuk 232: Hoe de juiste liefde tot God er uitziet. De gelijkenis van de vorst en zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[22] Goed geantwoord! Ik zeg je echter, dat Ik net zo'n Vader ben! Wie dus ook naar Mij toekomt zoals deze onbevangen jongen, die zich niet aan al die dwaze beleefdheidsregels houdt, zal ook voor Mij de allerliefste zoon zijn!
Hoofdstuk 232: Hoe de juiste liefde tot God er uitziet. De gelijkenis van de vorst en zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] Ga daarom heen en breng hem hiernaartoe; Ik zal Mijn adem erover doen gaan, en jij moet hem dan voor Mij en Henoch uit naar de tempel dragen!
Hoofdstuk 233: Lamechs goede toespraak tot zijn volk over het ware offer van het hart en zijn verzoek aan de Heer om inlichtingen over zijn beide vermiste zonen Jubal en Jabal. De troostende woorden van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] Alle anderen moeten ons volgen; want niemand zal vóór jou naar binnen gaan! Amen.'
Hoofdstuk 233: Lamechs goede toespraak tot zijn volk over het ware offer van het hart en zijn verzoek aan de Heer om inlichtingen over zijn beide vermiste zonen Jubal en Jabal. De troostende woorden van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze opdracht van de Heer ging Lamech naar de troonzaal om de plaat te halen.
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] Met de grootste eerbied begaf hij zich naar de troon, gaf God de eer en wilde toen met de hoogste eerbied de plaat pakken, die op de troon was opgesteld.
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[4] Toen hij verschillende pogingen deed, de heilige plaat op te tillen om hem volgens de wil van de Heer naar de eetzaal te dragen, opdat Hij Zijn adem erover zou doen gaan, en hij – Lamech namelijk - hem dan naar de tempel zou dragen, en hij ondanks alle pogingen toch niet in staat was iets te bereiken, begon hij er ernstig over na te denken, en het schoot hem te binnen dat hij eens van Kisehel, van Henoch of van de Heer Zelf had vernomen: 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!'
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[10] Ik was een dwaas; daarom ging ik zonder Hem naar de zaal om het heiligdom te halen! Maar deze ervaring heeft mij voldoende duidelijk gemaakt wat de mens zonder de Heer vermag!
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Daarom ga ik nu meteen naar de Heer, opdat Hij met mij moge zijn, en dan zal ik zeker niet weer met lege handen hier komen!
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] Hierop ging Lamech naar de Heer, die intussen met Henoch en de zeven anderen had gesproken, viel voor Hem neer en zei:
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Daarom kom ik nu dan ook onverrichter zake weer bij U en verzoek U uit de grond van mijn hart, met mij mee te willen gaan naar de troonzaal om mij te helpen Uw heilige plaat van zijn plaats te krijgen!
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Want anders zal het nooit mogelijk zijn deze naar de tempel te brengen!'
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Alleen naar Mijn wil geschieden alle dingen eeuwig!
Hoofdstuk 234: Lamechs vergeefse poging om de voor hem te zware heilige tafel te dragen. 'Zonder Mij zijn jullie tot niets in staat, maar met Mij werkelijk tot alles!' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[8] Maar als zij die moeilijkheden zouden krijgen, wat dan, als Ik Mij niet zoals nu zichtbaar in jullie midden zou bevinden, en bij de latere nakomelingen ook het vaste, onwankelbare geloof aan Mij verloren mocht gaan en met dat geloof de noodzakelijke liefde tot Mij. Dan zou ook niemand zoals jij nu, naar Mij toe kunnen gaan en zeggen: `Heer, nu zie ik in dat men zonder U tot niets in staat is; kom daarom en help me met het dragen en verplaatsen van de grote, zware last!'
Hoofdstuk 235: De woorden van de Heer over de zware last van de wet. Waarom een mens een goddelijke wet nooit geheel kan vervullen. Het gebod van de liefde en de deemoed van het hart - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] En laat ons dan nu deze plaat optillen en hem naar de plaats van zijn hoge bestemming dragen tot jullie eeuwigdurende heil! Amen.'
Hoofdstuk 235: De woorden van de Heer over de zware last van de wet. Waarom een mens een goddelijke wet nooit geheel kan vervullen. Het gebod van de liefde en de deemoed van het hart - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  730 - 731 - 732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755  ...