Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 744 van 1166

...  732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755 - 756 - 757  ...
[5] zie mij, ellendige worm ge­nadig aan, terwijl ik in het stof van mijn volstrekte nietigheid voor U lig neergeknield,
Hoofdstuk 246: Cyrenius vraagt om de zegen van het Kindje en krijgt een goddelijk antwoord. Nobel afscheidsgebed van Cyrenius. Het Kindje zegent hen die afscheid nemen en stelt hen gerust met de woorden: Waar uw hart is, daar is ook uw schat! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[7] laat Uw allerheiligste Naam, o mijn leven, heel mijn macht uitmaken, heel mijn kracht en al mijn sterkte!
Hoofdstuk 246: Cyrenius vraagt om de zegen van het Kindje en krijgt een goddelijk antwoord. Nobel afscheidsgebed van Cyrenius. Het Kindje zegent hen die afscheid nemen en stelt hen gerust met de woorden: Waar uw hart is, daar is ook uw schat! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[8] O mijn allerdierbaarste Je­zus, Die de oorspronkelijke Ko­ning zijt van mijn hart, zie genadig op mij, arme zwakke zondaar neer, en laat in Uw genadige barmhartigheid toe, dat ik gesta­dig toe neme in liefde tot U!
Hoofdstuk 246: Cyrenius vraagt om de zegen van het Kindje en krijgt een goddelijk antwoord. Nobel afscheidsgebed van Cyrenius. Het Kindje zegent hen die afscheid nemen en stelt hen gerust met de woorden: Waar uw hart is, daar is ook uw schat! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[9] Neem, mijn eeuwig aller­dierbaarste Jezus, mijn liefde aan als een poging tot dankbaarheid voor de oneindige genade en er­barming, die U mij bij elke adem­ tocht toebedeelt!'
Hoofdstuk 246: Cyrenius vraagt om de zegen van het Kindje en krijgt een goddelijk antwoord. Nobel afscheidsgebed van Cyrenius. Het Kindje zegent hen die afscheid nemen en stelt hen gerust met de woorden: Waar uw hart is, daar is ook uw schat! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[13] Juist in die liefde voor jou en tot jou, daarin ligt Mijn groot­ste Zegen!
Hoofdstuk 246: Cyrenius vraagt om de zegen van het Kindje en krijgt een goddelijk antwoord. Nobel afscheidsgebed van Cyrenius. Het Kindje zegent hen die afscheid nemen en stelt hen gerust met de woorden: Waar uw hart is, daar is ook uw schat! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[20] 'O God, o Gij, mijn God, o Gij, mijn grote God. ..Wat mag ik dan wel zijn, dat Gij mij kust met dezelfde mond, waaruit heel de schepping voortkwam!
Hoofdstuk 246: Cyrenius vraagt om de zegen van het Kindje en krijgt een goddelijk antwoord. Nobel afscheidsgebed van Cyrenius. Het Kindje zegent hen die afscheid nemen en stelt hen gerust met de woorden: Waar uw hart is, daar is ook uw schat! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[3] Daarna zei Jozef nog tegen Cyrenius: 'Broeder, met deze ze­gen geef ik je tevens mijn harte ­wens te kennen, die hierin be­staat:
Hoofdstuk 247: Jozef zegent Cyrenius. Jezus neemt afscheid van Cyrenius. Vertrek van Cyrenius. Jozef bij Jonatha - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[11] En het Kindje, Dat naast Jozef stond zei: ' Amen, zeg Ik. .. Zo niet hier, dan toch wel in Mijn Rijk!
Hoofdstuk 247: Jozef zegent Cyrenius. Jezus neemt afscheid van Cyrenius. Vertrek van Cyrenius. Jozef bij Jonatha - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[19] Want alleen de liefde kan Mijn tegenwoordigheid verdra­gen, zoals alleen vuur, vuur ver­dragen kan!
Hoofdstuk 247: Jozef zegent Cyrenius. Jezus neemt afscheid van Cyrenius. Vertrek van Cyrenius. Jozef bij Jonatha - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[21] Dit is dan ook de reden, waarom Ik Mij uit de wereld te­rugtrek: Mijn vuur mag de wereld niet aangrijpen en verwoesten !
Hoofdstuk 247: Jozef zegent Cyrenius. Jezus neemt afscheid van Cyrenius. Vertrek van Cyrenius. Jozef bij Jonatha - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[24] Hier ben Ik thuis met de ge­hele volheid van Mijn liefde, Mijn genade en Mijn erbarming!
Hoofdstuk 247: Jozef zegent Cyrenius. Jezus neemt afscheid van Cyrenius. Vertrek van Cyrenius. Jozef bij Jonatha - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[7] en dan zelf met mij en mijn knechts mee te gaan op een van mijn scheepjes voor de ochtend­vangst!'
Hoofdstuk 248: Jozef en Jonatha bemerken tijdens een vroege vistocht een schip dat in gevaar verkeert. Zij schieten te hulp en trekken het vlot - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[7] Bij die gelegenheid zijn er dan flink wat goud­ en zilvervissen in mijn net gevallen, reden voor mij om voor de rest van de dag het vissen maar op te geven.
Hoofdstuk 249: Het Kindje stelt vragen over de visvangst van die morgen. Het Kindje dat op vis belust is, wordt door Jozef terechtgewezen en dient hem van repliek: Ik voel Mij thuis, overal waar men Mij liefheeft. Rijke vangst op aanwijzingen van het Kindje - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[10] Jonatha zei: 'Maar, mijn leven, dat maakt helemaal niets uit! U moet namelijk weten, dat er langs de kustlijn een groot aantal bunnen hangen, die vol zitten met prima vis en waar we best een stuk of wat verse vissen uit kunnen ne­men!'
Hoofdstuk 249: Het Kindje stelt vragen over de visvangst van die morgen. Het Kindje dat op vis belust is, wordt door Jozef terechtgewezen en dient hem van repliek: Ik voel Mij thuis, overal waar men Mij liefheeft. Rijke vangst op aanwijzingen van het Kindje - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[11] Nu lachte het Kindje weer en zei: ' Als dat zo zit, dan mag je voor Mijn part je goud­ en zilver­vissen best zelf houden!
Hoofdstuk 249: Het Kindje stelt vragen over de visvangst van die morgen. Het Kindje dat op vis belust is, wordt door Jozef terechtgewezen en dient hem van repliek: Ik voel Mij thuis, overal waar men Mij liefheeft. Rijke vangst op aanwijzingen van het Kindje - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
...  732 - 733 - 734 - 735 - 736 - 737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755 - 756 - 757  ...