Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 749 van 1166

...  737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755 - 756 - 757 - 758 - 759 - 760 - 761 - 762  ...
[14] Weet je mijn jongen, hij die doodt en niet weer levend ma­ken kan, die is echt verschrikke­lijk.
Hoofdstuk 285: De herdersjongen uit de dood opgewekt; diens vrees voor het heilige Kindje. Zijn vader wijst hem terecht en legt een waar getuigenis af over Jozef en het Kindje. De liefde van het Kindje - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[25] en Mijn Liefde betekent voor jou eeuwig leven!'
Hoofdstuk 285: De herdersjongen uit de dood opgewekt; diens vrees voor het heilige Kindje. Zijn vader wijst hem terecht en legt een waar getuigenis af over Jozef en het Kindje. De liefde van het Kindje - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[7] 'Breng dan degenen, die dergelijk kwaad door mijn hoogst onschuldige zoon te lijden zouden hebben gekregen, eerst maar eens hier,
Hoofdstuk 286: Foutief oordeel van de dorpsrechter over Jezus. Jozef gaat daar moedig tegenin. Valse getuigen. Jozef maakt Jezus een verwijt. ­Oordeel van de Eeuwige Rechter. Jozef vergist zich en krijgt van het Kindje de les gelezen - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[8] dan ben ik bereid om met hen naar de Tempel te gaan, om die zaak door de hogepriester te laten beslechten!'
Hoofdstuk 286: Foutief oordeel van de dorpsrechter over Jezus. Jozef gaat daar moedig tegenin. Valse getuigen. Jozef maakt Jezus een verwijt. ­Oordeel van de Eeuwige Rechter. Jozef vergist zich en krijgt van het Kindje de les gelezen - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[18] Want u hebt nu de woorden van de rechter nagepraat, die een leugenaar is en geenszins Mijn woorden, die eeuwige waarheden zijn!
Hoofdstuk 286: Foutief oordeel van de dorpsrechter over Jezus. Jozef gaat daar moedig tegenin. Valse getuigen. Jozef maakt Jezus een verwijt. ­Oordeel van de Eeuwige Rechter. Jozef vergist zich en krijgt van het Kindje de les gelezen - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[6] ik wil trachten die op mijn school te krijgen, zodat -door diens vlotte vorderingen mijn leerlingen meer opvallen dan die van mijn mededinger!'
Hoofdstuk 287: Piras Zacheüs, de onderwijzer, wil het Kindje op zijn school hebben om daardoor zelf roem te kunnen oogsten. Jozef raadt de onderwijzer aan om het Kindje eerst te testen, waarna Jezus deze huichelaar te schande maakt - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[26] 'Wee mij, arme stumper die ik ben! Ik ben volledig de kluts kwijt, zelf heb ik mij te schande en tot voorwerp van spot gemaakt! Ik heb mezelf schade berokkend door te willen dat dit Knaapje op mijn school zou komen!
Hoofdstuk 287: Piras Zacheüs, de onderwijzer, wil het Kindje op zijn school hebben om daardoor zelf roem te kunnen oogsten. Jozef raadt de onderwijzer aan om het Kindje eerst te testen, waarna Jezus deze huichelaar te schande maakt - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[30] Wee mij! Ik ben immers al een nar; ik kwam om een leerling te werven, maar een leraar heb ik aangetroffen, Wiens geest ik nooit zal kunnen evenaren! Vrienden, o voelt met mij de schande, die ik gevoel! Een grijsaard is door een jongetje voor gek gezet. ..dit zal nog mijn dood gaan worden!
Hoofdstuk 287: Piras Zacheüs, de onderwijzer, wil het Kindje op zijn school hebben om daardoor zelf roem te kunnen oogsten. Jozef raadt de onderwijzer aan om het Kindje eerst te testen, waarna Jezus deze huichelaar te schande maakt - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[14] Jozef sprak nu tot Piras Zacheüs: 'Vriend luister: als ik over de natuur van mijn jongen zou willen spreken, zou ik aan vele dagen nog te kort komen,
Hoofdstuk 288: Jezus vergunt Piras Zacheüs een verhelderende blik op Zijn zending. Jezus als hoogleraar in de natuurkunde. Goede uitwerking op Piras. Wat is boven en wat beneden? - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[27] Bij u is het nog nacht, dus bent u ook onder. Maar Ik ben altijd in de hoogste lichtsferen ge­weest; daardoor zult u Mijn licht­natuur in uw nachtelijke duister­nis wel evenmin kunnen vatten, als onze tegenvoeters, die nu nacht hebben, ons kunnen zien! ' ...Vervolgens liep het Kindje weg.
Hoofdstuk 288: Jezus vergunt Piras Zacheüs een verhelderende blik op Zijn zending. Jezus als hoogleraar in de natuurkunde. Goede uitwerking op Piras. Wat is boven en wat beneden? - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[22] U hebt Mijn Macht proef­ondervindelijk vastgesteld; laat dat dus een duidelijk vermaan voor u zijn!
Hoofdstuk 289: Overpeinzingen van de onderwijzer over de jongen, waarschu­wing van Jezus aan de onderwijzer. Jezus, licht voor de heidenen en oordeel over de joden! De onderwijzer neemt de vlucht - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[22] veeleer was mijn winstbe­jag daaraan schuld en mijn onbe­hoorlijke haast!
Hoofdstuk 290: In Jozefs huis gaat het gemoedelijk toe, hetgeen de kinderen van de buren best bevalt. De kinderen op het dakterras. Zenon breekt zijn nek. De dode wordt tot leven gewekt. Getuigenis van Zenon over Jezus. Jezus' vermaan aan Zenon - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[23] En toen ik door mijn eigen zonde was gedood, toen kwam U, Heer, en gaf mij het leven terug.'
Hoofdstuk 290: In Jozefs huis gaat het gemoedelijk toe, hetgeen de kinderen van de buren best bevalt. De kinderen op het dakterras. Zenon breekt zijn nek. De dode wordt tot leven gewekt. Getuigenis van Zenon over Jezus. Jezus' vermaan aan Zenon - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[15] Maar hen, die zich minder voor wereldse zaken interesseren, hen zal Ik in Mijn Dienst nemen, voor eeuwig! En al hebben ze dan misschien slechts één uur van de dag gewerkt, Ik zal hun toch het­zelfde loon uitkeren, als Ik zal doen aan hen, die heel de dag allerijverigst gewerkt hebben!
Hoofdstuk 297: De elfjarige Jezus gaat met Jacob hout sprokkelen. Jacob, door een adder gebeten, sterft. Jezus wekt Jacob weer op. Een evangelie over de arbeid. Opwekking van de dode Kefas en van de dode timmermansknecht Mallas. Afgunst kan de dood veroorzaken! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[16] Heil wacht iedere luiaard in wat werelds is; wee degene, die al te vlijtig is in wereldse zaken! Want de eerste zal Mijn vriend zijn. .., maar de tweede veeleer Mijn vijand!'
Hoofdstuk 297: De elfjarige Jezus gaat met Jacob hout sprokkelen. Jacob, door een adder gebeten, sterft. Jezus wekt Jacob weer op. Een evangelie over de arbeid. Opwekking van de dode Kefas en van de dode timmermansknecht Mallas. Afgunst kan de dood veroorzaken! - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
...  737 - 738 - 739 - 740 - 741 - 742 - 743 - 744 - 745 - 746 - 747 - 748 - 749 - 750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755 - 756 - 757 - 758 - 759 - 760 - 761 - 762  ...