Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2682 resultaten - Pagina 76 van 179

...  64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89  ...
[3] Men zegt dat ook Mozes in de woestijn een eigen boek in goed begrijpelijke taal heeft geschreven; maar dat zou reeds tijdens de Babylonische gevangenschap verloren zijn gegaan. En toen later de Grieken en de Romeinen het Babylonische rijk veroverden en verwoestten, zouden die gedenkwaardige boeken ook in de handen van de overwinnaars terecht zijn gekomen. En zo bezitten ook wij dus alleen maar brokstukken van de oude mozaïsche wijsheid.
Hoofdstuk 124: Hoe moeilijk het is om het volk voor te lichten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Ook Maria luisterde heel aandachtig naar de lessen van Rafaël en was buitengewoon onder de indruk door de wijsheid ervan; Gabriël en Johannes Michaël verklaarden haar en de leerlingen alles nog dieper en geestelijker dan Rafaël bij zijn toehoorders deed en ook kon doen, omdat zij nog niet verlicht waren in de dingen van de geest.
Hoofdstuk 125: Juiste kennis van de natuur is belangrijk - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] Toen de Samaritanen dat allemaal met grote aandacht aan hun tafel hadden gehoord, zei de voornaamste spreker: 'Vrienden, dat is dus de Heer Zelf, als zichtbaar mens onder ons mensen! Wat een heerlijke gestalte! Wat een Hemels zacht liefdesvuur straalt er uit Zijn ogen, wat een wijsheid straalt er uit Zijn hoge voorhoofd, en tot wat voor woorden moet Zijn heerlijke mond wel niet in staat zijn!
Hoofdstuk 126: De Samaritanen bewonderen de verschijning van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Onze Samaritanen, die dat ook allemaal met de grootste aandacht hadden beluisterd en strenge volgelingen van de mozaïsche leer waren, waren het er onder elkaar niet mee eens dat Ik de vier Indo-joden toestond ook het vlees van andere dieren, zo en zo klaargemaakt, te eten; maar toen ze hoorden wat Ik antwoordde op de blinde vraag van de zeven verklede tempeldienaren, gaven ze Mij gelijk en prezen onder elkaar Mijn wijsheid.
Hoofdstuk 127: Over het eten van allerlei vlees en vruchten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Natuurlijk zal het onze rabbi's niet erg aanstaan en ze zullen hun hoofd schudden, omdat zij leren dat een echte orthodoxe Jood eerder van honger moet omkomen dan zich te verzadigen met een spijs die volgens Mozes niet door God gezegend is. Maar door deze woorden van de Heer zal de oude onzin moeten wijken voor het meest zuivere inzicht, dat als een ochtendzon uit deze woorden oplicht, en iedere verstandige Samaritaan zal daarom de liefde en wijsheid van de Heer zijn leven lang prijzen.
Hoofdstuk 127: Over het eten van allerlei vlees en vruchten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Want ik ben zelf allang van mening dat alle materie in zichzelf ook geheel geestelijk is en door de wijsheid en almacht van God in allerlei vormen zichtbaar en voor onze uiterlijke zintuigen voelbaar wordt, en de reme en vanuit God machtige geesten zullen de materie overeenkomstig de volle innerlijke waarheid waarschijnlijk alleen maar zien zoals ze is, en niet zoals ze zich aan onze afgestompte zintuigen voordoet.
Hoofdstuk 128: De maaltijd bij Kisjonah - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[17] Luister zelf niet naar de bedreigingen en duistere woorden van jullie rabbi's, die zich erg laten voorstaan op hun verborgen wijsheid, die weinig volkomen waars bevat, maar houd vast aan wat jullie van Mij hebben gehoord, dan zullen jullie menige rabbi naar Mij toekeren!
Hoofdstuk 132: De Heer geeft aanwijzingen voor het verkondigen van Zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] Nu vroeg de wijze Philopold Mij: 'Heer en Meester volliefde, wijsheid en kracht! Wij hebben uit Uw waarachtig goddelijke mond zoveel gehoord over wat U hebt gedaan, maar over Uw eerste daden, toen U Uw aardse ouderlijk huis verliet, weten wij helemaal niets. Ik heb met Maria, de moeder van Uw lichaam, en ook met Joël en Uw andere lichamelijke aardse broeders over Uw hele jeugd gesproken, en wat ik heb gehoord -vanaf Uw wonderbaarlijke komst op deze aarde, in het lichaam van Maria tot aan Uw dertigste aardse levensjaar -heb ik getrouw in de Griekse taal in een gedenkboek opgeschreven, zonder ook maar iets toe te voegen of weg te laten.
Hoofdstuk 134: De Heer vertelt over Zijn verzoeking in de woestijn (Matth. 4:1-11) De Heer in Jesaïra - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Philopold zei: 'Maar, Heer en Meester, hoe kon U Zichzelf door een aartsduivel laten verzoeken, en hoe heeft hij U ook maar enigszins kunnen benaderen? Want tussen U en een duivel bestaat door Uw wijsheid en macht immers zo'n grote kloof, dat daar eeuwig nooit een boze geest overheen zou kunnen komen? Wie was die meer dan vermetele boze geest eigenlijk? O Heer en Meester, nu U mij al zoveel hebt verteld, vraag ik U mij daar toch wat meer en preciezer over te vertellen!'
Hoofdstuk 134: De Heer vertelt over Zijn verzoeking in de woestijn (Matth. 4:1-11) De Heer in Jesaïra - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Toen Ik Mij zo ongeveer twee uur lang met de twaalfvissers had beziggehouden en Mijn onderricht voor deze dag en avond afsloot, kwam er bijna buiten adem een dienaar van het huis naar ons toe in de zaal en zei: 'Beste heren, ik was op het terras bezig en keek in de richting van het oosten. Daar ontdekte ik een buitengewoon grote ster, die heel dicht bij de horizon staat. Het licht ervan is rood als bloed, maar tevens zo sterk dat je er niet lang naar kunt kijken. Ik heb nog nooit zo'n ster gezien.Wat zal die ster te betekenen hebben? De Heer Heiland uit Nazareth, wiens wijsheid naar men zegt die van Salomo overtreft, zal zeker het beste kunnen weten wat de ster betekent.'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Wat jij in je vraag als een prijzenswaardige wens hebt uitgedrukt, werd ook altijd toegelaten, en de eenvoudige en in hun zeden nog zuivere en onbedorven mensen van de oertijd zijn in alle dingen door zuivere geesten onderricht, omdat ze voortdurend omgang met hen hadden. De geesten toonden de mensen hoe ze metalen uit de aarde moesten graven en hoe ze allerlei nuttige werktuigen en gereedschappen konden maken met behulp van het vuur, waarvan ze ook van de geesten geleerd hadden hoe ze dat moesten maken. Want van wie anders hadden de eerste mensen, die wat begripsvermogen betreft volledig aan kinderen gelijk waren, dat allemaal moeten leren dan .van die van wijsheid vervulde wezens, voor wie alles duidelijk is vanuit Gods licht in hen?
Hoofdstuk 138: Over het contact met goede geesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Kijk, zo blijkt reeds in de dode materiële wereld dat er om vuur en licht te maken een zekere activiteit aan vooraf moet gaan! Aan het licht van het leven van de ziel moet dus des te meer een zekere activiteit voorafgaan; hierdoor wordt de liefde gewekt, die het levenselement is, en uit de toegenomen werkzaamheid hiervan ontstaat dan pas het licht van de ziel, en dat is de wijsheid, die zichzelf en alle dingen vanuit zichzelf ziet, beoordeelt en ordent.
Hoofdstuk 142: De werkzaamheid van de ziel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Kijk, vriend, zo zit het met de dingen van het leven van de ziel en haar innerlijk helder onderscheidingsvermogen, en je hoeft dus niet bang te zijn dat een zalige ziel als gevolg van haar godgelijke wijsheid ooit traag en passief wordt, omdat de wijsheid van een ziel hier, en nog meer aan gene zijde, steeds het gevolg van haar werkzaamheid is; als die ooit zou ophouden of zou kunnen ophouden, zouden bij de zielook haar wijsheid en haar innerlijke levenshelderheid ophouden. - Heb je dat nu begrepen?'
Hoofdstuk 142: De werkzaamheid van de ziel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Alleen door de liefde, wijsheid en macht van de volmaakte geesten worden de slechte, onvolmaakte zielen aan gene zijde daarin tegengehouden, geleidelijk aan verder ontwikkeld en zo mogelijk ook stap voor stap dichter bij het rijk Gods gebracht.
Hoofdstuk 143: De werkzaamheid van de geesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Wees allemaal broeders en zusters onder elkaar. Wie onder jullie de eerste en de belangrijkste wil zijn, dient de knecht en dienaar van allen te zijn! Want in Mijn rijk is de meest deemoedige, geringste en schijnbaar minste juist de belangrijkste en grootste in alle wijsheid en macht.
Hoofdstuk 145: De deemoed van de arbeiders in de wijngaard van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89  ...