Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 77 van 1110

...  65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90  ...
[12] Ik zeg: 'Neen, Mijn vriend, iedere minuut vertraging is gevaarlijk! Jullie bereiken vandaag net na zonsondergang een marktplaats, die achter de berg naar het oosten ligt, daar zal men jullie hulp nodig hebben en je zult daar een goed onderdak vinden; maar blijf daar niet langer dan drie dagen, en doe dat ook niet lichtvaardig ergens anders! Tot daar moet je bij elkaar blijven; in die marktplaats moet je je in groepjes splitsen!'
Hoofdstuk 141: Eerste uitzending van de apostelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] En toen ze in hun hart duidelijk de woorden vernamen: 'Wat jullie willen, dat zal ook dadelijk gebeuren!', - zeiden ze tegen de treurige bewoners: 'Vrede zij met u! Het Rijk van God, waarvan wij in de naam des Heren de verkondigers zijn, kome tot u! Ga met ons mee uw plaats in, en we zullen voor u afrekenen met de onrechtvaardige en harteloze belastingafpersers!'
Hoofdstuk 142: De eerste daad van de uitgezonden apostelen. Aan de Galilese zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Petrus zegt: 'Laat dan iedereen vrij en geef alles terug en ga dan in vrede! Maar zie er van af Herodes ooit weer zo'n dienst te bewijzen; want bij de eerstvolgende stap in die richting, gebeurt met jullie, wat nu in je bijzijn met jullie leider is gebeurd!'
Hoofdstuk 142: De eerste daad van de uitgezonden apostelen. Aan de Galilese zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Toen de leerlingen, zoals nu duidelijk genoeg verteld is, de plaats verlieten waar Ik hen de opdrachten gaf, bleef Ik daar nog tot zonsondergang, zegende dit arme volkje en de kindertjes, en trok toen ook verder met nog een groot aantal leerlingen die Mij omringden, naar de steden langs de zee van Galiléa. Een aantal van de leerlingen die bij Mij gebleven waren, hoorde daar thuis en was daar geboren. Ik leerde en predikte daar Zelf wat Ik de twaalven had opgedragen om te leren en te prediken, en Ik genas overal de zieken. (Matth. 11: 1 )
Hoofdstuk 143: Aan de zee. Het antwoord van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Maar Herodes, een geboren Griek, vond alleen geld belangrijk en al het andere kon hem niet in het minst schelen. Behalve geld hadden ook nog hele mooie concubines voor hem enige waarde. Om die te plezieren kon hij zelfs onmenselijk worden als ze dat wensten; verder kreeg niemand zonder geld iets van hem gedaan, - maar voor geld deed hij dan ook alles.
Hoofdstuk 143: Aan de zee. Het antwoord van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik zeg jullie allen: Wie oren heeft, die hore! Ook de Mensenzoon is een zon, en Johannes is Zijn maan. De maan geeft wellicht in jullie geestelijke nacht en getuigde vooraf over het licht dat nu bij jullie is gekomen, en dat je nog steeds niet herkent in jullie duisternis; als de glans van deze maan nu echter mat wordt, omdat de zon van de dag bij jullie schijnt, hoe kan je hem dan van zonde verdenken?
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Nu vraag Ik echter, omdat jullie allen in de woestijn bij het dopen en prediken van Johannes geweest zijn, - jullie hebben allemaal zijn prediking gehoord, en de meesten hebben zich ook laten dopen -: Waarvoor zijn jullie dan de woestijn in gegaan?
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Wilden jullie soms een riet zien dat de wind heen en weer bewoog? (Matth. 11:7) Of zijn jullie naar buiten gegaan om een mens te zien die in zachte kleding gehuld was? Kijk, degenen, die zachte kleren dragen, wonen in de paleizen, maar niet in de harde woestijn bij Bethabara! (Matth. II :8) Of zijn jullie daarheen gegaan om een profeet te zien?
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Ja, Ik zeg je: Johannes is méér dan een profeet! (Matth. 11:9) Want van hem staat geschreven: 'Zie, Ik zend Mijn engel voor U uit, die Uw weg voor U zal bereiden!' (Matth. 11:10) Bemerken jullie nu, wie hij is?
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[18] Als jullie het wilt aanvaarden dan is nu juist deze Johannes dezelfde als Elia,, die in de toekomst, dat wil zeggen vóór de Messias, nog éénmaal moest komen! (Matth. 11:14) Hij is dan ook gekomen en heeft voor Mij geprofeteerd en heeft Mijn weg voorbereid, zoals jullie het zelf ondervonden hebben. Zeg nu eens, of je nu weet, wie Johannes is!'
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Vóór jullie staat degene, die het 'Moet' uitspreekt, als dat nodig is! Maar Hij zegt jullie ook, dat Hij wat Johannes betreft hier geen 'Moet' uitgesproken heeft.
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Wel heeft er vóór hem nooit een mens een zo streng leven geleid als hij -want, als hij een begeerte in zijn lichaam voelde, at en dronk hij dagenlang niets en was op die manier de grootste boeteling der aarde, zonder ooit gezondigd te hebben -; maar toch zeg Ik jullie allen: Als een zondaar zich bekeert en vol liefde in zijn hart tot Mij komt, staat hij hoger dan Johannes!
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Want wie tot Mij zegt: 'Heer ik ben een zondaar en ik ben niet waard, dat U in mijn huis komt!', is Mij liever dan negen en negentig rechtvaardigen, die geen boetedoening nodig hebben en in hun hart God ervoor prijzen, dat ze geen zondaars zijn en daarom beter zijn dan iemand die haast niet zondigt. Ik zeg jullie: Hun loon zal eens in Mijn rijk niet zeer groot zijn!'
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Bij zo'n gelegenheid ontbraken natuurlijk nooit de Farizeeën, die Mij vanuit Kapérnaum overal heen volgden. omdat deze Mij weer opgewekt en vrolijk zagen eten en drinken, en zagen hoe Ik ook aan tafel de berouwvolle tollenaars - die, volgens de Joden, verstokte zondaars zijn - in alle vriendschap de handen reikte en hen zelfs Mijn beste vrienden noemde, had Ik het weer gedaan bij de Farizeeën en andere aartsjoden.
Hoofdstuk 146: Kis. Bekering van Kisjonah de tollenaar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Ik antwoord: 'O ja, maar niet tot nadeel van de door hen vervloekte, maar tot nadeel van de vervloeker in eigen persoon. Wie oren heeft om te horen, die hore! (Matth. 11: 15) Want Ik zal jullie vertellen, wat er echt met hen aan de hand is: Denken jullie, dat ze sabbat houden omdat Mozes dat voorgeschreven heeft? Of denken jullie, dat ze daarom vasten?
Hoofdstuk 147: De gelijkenis van de fluitende kinderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90  ...