Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 762 van 1037

...  750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755 - 756 - 757 - 758 - 759 - 760 - 761 - 762 - 763 - 764 - 765 - 766 - 767 - 768 - 769 - 770 - 771 - 772 - 773 - 774 - 775  ...
[11] En Agla ging met haar vader naar een zijvertrek, kleedde zich om en kwam in een grijs harig kleed met haar vader naar het gezelschap terug.
Hoofdstuk 302: De huichelachtige woorden van Drohuit en het antwoord van Fungar-Hellan. Agla in het grove boetekleed. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] O, had ik er maar niet één ooit begaan! O, was ik toch maar niet naar de laagte gegaan, dan was ik tegenover God nog zo rein en onschuldig geweest als ik op de hoogte steeds was! Maar nu is het gebeurd en ik kan het gebeurde niet meer ongedaan maken! Daarom denk ik dat het na dat alles nu een grote dwaasheid van mij zou zijn om uit te zoeken welke van mijn zonden volgens het inzicht van mijn geweten de grootste zou zijn!
Hoofdstuk 303: Mahals vraag aan Agla naar de zwaarste van haar zonden. Agla's goede antwoord, berouw en weeklagen. Mahals dank aan God. Agla aan de borst van haar vader Mahal. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[4] Ik denk dat voor God iedere zonde tegen Zijn heilige orde even zwaar weegt en het gevolg ervan gelijk is, namelijk dat die de eeuwige dood veroorzaakt van de geest van de mens! En is de mens in zijn geestelijk deel volkomen dood, zoals ik dat nu zeker ben, dan weet ik toch werkelijk niet welke zonde mij het meest heeft gedood; want ik denk dat het er nauwelijks toe doet of men iets meer of iets minder dood is, omdat iemand die volledig dood is naar mijn mening toch niet nog meer dood kan worden!
Hoofdstuk 303: Mahals vraag aan Agla naar de zwaarste van haar zonden. Agla's goede antwoord, berouw en weeklagen. Mahals dank aan God. Agla aan de borst van haar vader Mahal. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Bij de eerste schrede naar de laagte had ik meteen moeten omkeren, - dan zou ik nog zijn zoals ik vanaf mijn geboorte was en allen die ik heb gedood zouden nog leven! Maar nu is het te laat en er blijft voor mij niets anders over dan het berouw over mijn eerste stap naar deze laagte hier!'
Hoofdstuk 303: Mahals vraag aan Agla naar de zwaarste van haar zonden. Agla's goede antwoord, berouw en weeklagen. Mahals dank aan God. Agla aan de borst van haar vader Mahal. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] Hierop wierp Fungar-Hellan alle versierselen van zich af, en de koning en alle andere voorname leiders volgden hem daarin na; en al het goud en zilver werd naar de munterij gebracht en daar tot gangbare munt geslagen.
Hoofdstuk 304: Fungar-Hellans spreekt over de dwaasheid van uiterlijke pracht en de wijsheid van eenvoud. Mahals lof aan de generaal. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] En Fungar-Hellan zei tegen die eerste veldoversten: 'Ga en geef het volgende bevel: er wordt opgebroken drie uur voor zonsopgang, en de gehele legermacht zal eerst naar de tempel van de god van de ertsen en smeden gaan! Daar zullen dan de arbeiders naar voren gaan om onmiddellijk te beginnen met het vernietigen van alles wat ook maar enigszins lijkt op afgoderij en natuurlijk vooral in de hoofdtempel!
Hoofdstuk 305: De generaal beveelt het leger om de tempel van de god van de ertsen en smeden aan te vallen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] Maar nog voor de grote hofstoet op het grote leger stootte, was het grootste deel daarvan al in volle opmars naar de niet zeer ver van Hanoch gelegen tempel van de smeden gods, die zoals reeds bekend ter ere van Thubalkaïn, de uitvinder van de ertsbewerking, was opgericht.
Hoofdstuk 306: Fungar-Hellan rijdt tot voor de tempel. Het afgewezen ultimatum. De vurige kunsten van de tempeldienaren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Daarop liepen meteen een paar poortknechten naar de opperpriester en deelden het hem mee.
Hoofdstuk 306: Fungar-Hellan rijdt tot voor de tempel. Het afgewezen ultimatum. De vurige kunsten van de tempeldienaren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] Toen de voorhoede een dergelijk woeden van het vuur zag, trokken ze terug naar het grote leger dat ook halt maakte, omdat het ook niet in die ware vuurzee durfde door te dringen.
Hoofdstuk 306: Fungar-Hellan rijdt tot voor de tempel. Het afgewezen ultimatum. De vurige kunsten van de tempeldienaren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[14] En Fungar-Hellan deelde dat als bevel mee aan het hele leger; en allen keken een hele dag lang naar het enorme spektakel.
Hoofdstuk 306: Fungar-Hellan rijdt tot voor de tempel. Het afgewezen ultimatum. De vurige kunsten van de tempeldienaren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[5] Door dit antwoord raakte Fungar-Hellans hele wezen vol boosheid. Hij trok zich terug naar zijn leger en droeg de mijnwerkers dadelijk op om tien schreden voor de ringmuur zes mijngangen tot onder de muur te graven en dan onder de muur grote zakken gevuld met korrels sterke springstof te leggen en die dan te ontsteken door middel van het lopende vuur van een lont dat zeker brandt en niet eerder uitdooft dan nadat het zijn dienst heeft gedaan.
Hoofdstuk 307: De afwijzing van Fungar-Hellan door de poortwachters. Het opblazen van de ringmuur om de tempel door middel van mijnen. Het neersabelen van de vijfduizend tempeldienaren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Toen de priesters en het grote aantal andere dienaren van deze tempel de verschrikkelijke aanslag op hun heilige muur zagen, vluchtten zij naar de bergen, maar liepen helaas in de val van de reeds uitgebreide wachtposten van Fungar-Hellan, werden met hun hele hebben en houden gevangengenomen en zo voor de generaal geleid.
Hoofdstuk 307: De afwijzing van Fungar-Hellan door de poortwachters. Het opblazen van de ringmuur om de tempel door middel van mijnen. Het neersabelen van de vijfduizend tempeldienaren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] Toen de tijding van deze vernietigingsoperatie zich in de her en der verspreid liggende smelterijen de ronde deed, schrokken de werkmeesters hevig en zonden meteen afgevaardigden naar het kamp van Fungar-Hellan en lieten hem onder de gepaste eerbetuigingen vragen wat deze afschuwelijke gebeurtenis te betekenen had.
Hoofdstuk 308: Fungar-Hellan en Mahal onderrichten de afvaardiging van de heren van de ertswinning. Het afwijzende besluit van deze heren met betrekking tot de bekering tot God. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Nauwelijks heerst er een korte tijd rust, of in een handomdraai komt er alweer ergens een hongerige bedrieger van een profeet vandaan, voorzien van enige toverkunsten en een paar lichtekooien met gladde gezichtjes! Zo'n kerel begint dan heel brutaal op goed geluk de grote domkoppen iets voor te spelen, en die ezels dansen dan meteen naar zijn pijpen!
Hoofdstuk 308: Fungar-Hellan en Mahal onderrichten de afvaardiging van de heren van de ertswinning. Het afwijzende besluit van deze heren met betrekking tot de bekering tot God. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[12] Wij zullen dus blijven zoals wij zijn! En wie niet aan onze kant wil staan, kiest maar partij voor wie hij wil, wij bemoeien ons daar niet mee; alleen moet hij wel verdwijnen naar degenen wier partij hij kiest!'
Hoofdstuk 308: Fungar-Hellan en Mahal onderrichten de afvaardiging van de heren van de ertswinning. Het afwijzende besluit van deze heren met betrekking tot de bekering tot God. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
...  750 - 751 - 752 - 753 - 754 - 755 - 756 - 757 - 758 - 759 - 760 - 761 - 762 - 763 - 764 - 765 - 766 - 767 - 768 - 769 - 770 - 771 - 772 - 773 - 774 - 775  ...